Hoofdcategorieën
Home » Tokio Hotel » Gone. » [8]
Gone.
[8]
Ik mag er niet meer aan terugdenken, het is nu al zo lang geleden. Ik kan mezelf wijsmaken dat het aan mijn broer ligt, of aan de rest van de band. Het is niet zo. Ik ben de schuldige, ik heb mezelf in de problemen gewerkt. Ik heb haar leven in een kort moment kapot gemaakt, ik weet dat het mijn schuld is. Alleen ik weet het, mijn broer weet niet eens van haar bestaan. Haar vroegere bestaan. Niemand kan het zich herinneren, het was maar een dag zoals een ander. Maar het achtervolgt me, het doet me schuldig voelen. Ik kan niet langer met mezelf leven, hoe depressief dat ook mag klinken. Ik kan dit leven niet meer volhouden, elk optreden, elke fan doet me aan haar denken. Aan haar hysterische stem, haar wanhopige ogen. Zwarte potloodlijnen rond haar ogen, slordig en veel te dik aangebracht. Half uitgelopen door haar tranen, die maar bleven komen terwijl ze naar me toe rende. Een doorgedraaide fan, zoals we er duizenden hebben. Ze was in de backstage binnengeraakt en gilde iets in een taal die ik niet begreep. Belgisch, of is het Nederlands? Ik kon dan niet letterlijk verstaan wat ze riep, maar ik had al vaker met hysterische fans te maken gehad, dus ik dacht er niet verder bij na. Ik wachtte geïrriteerd op de bodyguards die zouden ingrijpen, maar deze lieten op hun wachten. Ik was moe, ik had doorheen de gehele dag nog niets gegeten en ik had heimwee. Ik was toen nog gelukkig, altijd gelukkig, buiten die dag. Verkeerde plaats, verkeerde tijd, verkeerde toestand? Toeval? Maar toen het tot me doordrong dat niemand haar zou wegsturen, voelde ik me genoodzaakt haar brutaal buiten te werken. Had ik dat maar niet gedaan. Maar denken komt bij mij veel te vaak na de actie. ‘Bill Kaulitz, Bill! I just want to talk to you. Just listen. Please!’ Haar woordenschat Engels was blijkbaar even beperkt als de mijne. ‘I want you to go away. Now!’ Ik probeerde vriendelijk te blijven, maar had het moeilijk. Ik wou haar helemaal niet kwetsen, ik wou van al onze fans houden. Maar juist die dag, 14 oktober 2007, verloor ik mijn geduld. ‘But Bill, i need you. Just for a second. Don’t go away!’ Haar jammerlijke toon maakte me ziek, dat ze godverdomme iemand anders ging lastig vallen. Het kon me op dat moment niet schelen dat ze van me hield, dat ze me miste. Dat leken al onze fans te doen. ‘I don’t want to listen to you. I don’t know you. And believe me, I don’t fucking care about you.’ Ik zag mijn woorden aankomen als dolksteken, recht door haar hart. En direct had ik spijt van mijn woorden, maar gezegd is gezegd. Ik was te moe om de door mij aangerichte schade op te merken, ik wou gewoon dat ze verdween. Ik wou een grote, warme pizza en ik wou mijn bed. Ik wou dat iedereen me met rust liet. En ja, het meisje verdween, en ik dacht haar nooit meer terug te zien. Ik schudde het schuldgevoel dat even kwam opzetten van me af en voegde me bij de rest van de band. Niet één keer spookte het beeld van dat wanhopige meisje door mijn hoofd, ik was haar al vergeten. Ze was niet speciaal genoeg geweest, ze had me maar even willen spreken, maar ik had dat geweigerd. Ik was weer eens egoïstisch geweest, iets waar ik de rest van mijn leven spijt van zal hebben. Het besef van mijn daden kwam pas de dag erna, toen het plaatselijke nieuws doordrong tot ons hotel. Meisje van dertien springt onder trein na concert Tokio Hotel En ik wist dat zij het was, ik voelde het. Hoe hard ik mezelf probeerde wijs te maken dat het toeval was. Ik wist het. We waren allemaal geshockt, niemand begreep het. Niemand buiten ik. Mijn broer was aangedaan, eveneens Georg en Gustav, maar ze voelden zich niet schuldig. Waarom zouden ze? Ze wisten niet dat ik, hun beste vriend, dat meisje de dood in had geholpen. De volgende dag kwam de bevestiging op mijn vermoeden; haar foto op de voorpagina van de streekkrant. Ik wou niet langer in België blijven, ik wou zo snel mogelijk naar huis. Ik wou alles vergeten, ookal besefte ik toen al dat dat niet meer kon. Maar de rest van de band wou naar de begrafenis, ze wouden hun steun betuigen aan de familie. Ik kon het niet, ik kon niet gaan. Maar Tom sleepte me mee, noemde me ongevoelig. Hij dacht dat ik er niet om gaf, hij zag de pijn en schuld in mijn ogen niet. Het was een kleine begrafenis, alleen familie en vrienden. Ik verstopte me achter mijn broer op de laatste rij stoeltjes, durfde niet voor de familie te verschijnen. Ik was bang dat ze het wisten, dat ze het aan me zouden zien. Dat het allemaal mijn schuld was. Dat als ik enkele dagen daarvoor mijn mond had gehouden, dit jonge meisje nog zou leven. Maar spijt, ongelofelijke spijt, komt altijd te laat. Mia heette ze, ze was pas dertien geworden en meermaals werd haar liefde voor onze band vermeld. Dit was haar eerste concert, waar ze in eerste instantie niet naartoe mocht gaan. Hadden ze het haar maar verboden, was ze die zondag maar thuisgebleven. Maar het lot had al over haar dood beslist. Wat maak ik mezelf wijs. Ik heb onbewust over haar dood beslist. De familie leek ons niets te verwijten, ze waren dankbaar voor onze komst. Ze vertelden ons dat Mia blij zou geweest zijn ons eindelijk te ontmoeten. Ze wisten niet over onze ontmoeting, ze wisten niet over mijn aandeel in haar zelfmoord. Tegen het einde van de ceremonie kon ik niet meer stoppen met huilen, ik was niet meer in staat mee te gaan naar het kerkhof. Ik mocht mezelf niet langer kwellen. Ik volgde de rest van de band om afscheid te nemen van de familie, om ze onze steun nog eens op het hart te drukken. Na talloze rode ogen en trillende onderlippen begroet te hebben, stond ik oog in oog met een jongetje van misschien zes jaar. Ik knikte en wou juist de groep volgen toen het jongetje mijn hand vastgreep. ‘Wacht, jouw naam staat hierop. Hij is van Mia.’ Ik begreep dan niet volledig wat hij zei, maar stak toch verdoofd mij hand uit naar de brief. De ontmoeting met dat meisje, de begrafenis en die laatste brief veranderden mijn leven voor altijd. Sinds die dag kan ik niet meer in de spiegel kijken, zonder te beseffen wat voor een beest ik wel niet ben.
Een moordenaar.
Reacties:
Renate (Ja, ik ken je naam, denk nu niet dat ik een stalker ben ofso )
Dit is echt prachtig.
Ik zit hier met tranen in mijn ogen, het was ook zo levensecht. Ik zag het voor mijn ogen, en ik voelde gewoon wat Bill gevoeld heeft.
En dit is echt geweldig.
Echt, zo mooi.
Zo, zakdoek gehaald, tranen weggeveegd.
Arme Bill. Slimme zet zenne!
Maar, ik kan het hem toch ook niet echt verwijten, het was gewoon een speling van het lot.
Arme Mia.
Buh, en nu ga ik doorlezen. Wacht even, nog maar één stuk? o.o
Renatewatjijhijhoe?
Dit is in een woord geniaal.geweldig.
een van de beste stukjes die je ooit hebt geschreven.
(nu niet denken dat derest niet geniaal is ^^)
maar echt. ik ben s p r a k e l o o s!
het is echt wow.
daiaaaimn;
ik kan niets anders zeggen o:
<3
...
Ik ben echt evne heel sprakeloos!
zoooo super facking prachtig mooi!
snel verdeerr?
xxxx
En toen stond mijn hart stil...
Die had ik dus niet zien aankomen... Stilte...
O mijn gott