Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Tokio Hotel » Everything will be fine » 30.

Everything will be fine

23 dec 2009 - 12:06

1603

7

519



30.

Een kerstcadeautje voor jullie (a) prettige feestdagen iedereen!
Van iedereen een deeltje, omdat ik net heb ontdekt dat ik als sinds juli 2008 aan dit verhaal schrijf.
Voor jullie allemaal, mijn trouwe lezers van fanfic, omdat jullie reacties dit verhaal naar een nieuw level hebben gebracht. Bedankt voor alles <3


Bill

Goed. Dat heb ik dus weer eens grondig verpest. Die ruzie met Tom galmt nog steeds door mijn hoofd als ik mijn spullen alweer in een koffer smijt. Misschien was het toch verkeerd om haar zomaar te kussen? Wie weet wat denkt ze nu wel niet van mij. Straks ben ik haar nog kwijt. Dat mag niet gebeuren. De paniek neemt toe. Ik kan Yaren niet verliezen!
Onderweg naar de deur struikel ik over een paar schoenen en moet me vastgrijpen aan de deurklink. Ik jammer als ik daarna op mijn enkel probeer te steunen, maar ga toch verder. Tom staat in de hal, met in zijn handen een stapel onderbroeken, me afwachtend aan te kijken. Waarschijnlijk verwacht hij excuses. Nou, hij krijgt ze niet. Het was misschien gemeen om dat tegen hem te zeggen, maar het was wel de waarheid. Naar mijn mening had hij Yaren al genoeg gekwetst, dat mocht maar eens gedaan zijn.

Tom

Die broer van mij is echt een halvegaren. Hopelijk is dat niet iets wat wij gemeen hebben.
“Wat?”¯, vraagt hij een beetje gepikeerd omdat ik sta te staren.
“Niets.”¯, ik haal mijn schouders op, stap mijn kamer binnen en dump mijn boxers op bed. Het was dom om te denken dat hij nu al zijn excuses zou aanbieden. Ik ben niet diegene die haar heeft gekust om zo’n stomme reden hoor.
“Tom?”¯
Ik mompel wat als antwoord maar ga gewoon verder met inpakken. Hij draait het volume van mijn radio wat zachter en legt zijn hand op mijn schouder, alvorens hij gaat zitten. Ik kijk verbaasd op. Bill zou nooit toegeven in een ruzie.
“Sorry.”¯, fluistert hij. Net ongeloofwaardig genoeg.
“Goed geprobeerd Bill. Maar nee, je mag mijn auto niet lenen.”¯
Betrapt kijkt hij wat in het rond en begint te friemelen aan een draadje van zijn broek. Die ik overigens afschuwelijk vindt maar dat is iets wat ik nu beter niet kan zeggen.

Yaren

Een beetje dwaas sta ik rond me heen te kijken. Waar ga ik eigenlijk naartoe? Bill en Tom zijn uitgesloten. Ik kan me wel voorstellen wat die twee nu aan het doen zijn. Dingen die ze bijvoorbeeld helemaal niet moeten doen. Ze zouden moeten inpakken maar het zou wel eens kunnen dat ze dat even vergeten zijn. Tom geeft waarschijnlijk commentaar op Bill zijn kleren, of toch iets wat daar dicht bij aansluit. Commentaar alleen is al goed genoeg om Tom zijn bezigheden te omschrijven. Bill zit te mokken. Of omdat hij iets niet mag of omdat Tom zich niet kon inhouden en keihard is beginnen lachen bij het zien van outfits. Ja, dat was wel iets typisch.
Goed. Links of rechts. Links heb je het stuk van het baantje dat uitkomt langs de straat. Van daaruit kan ik gaan waar ik wil. Rechts heb je het stuk dat leidt naar het verlaten deel van ons dorp. Ondermeer het bos ligt daar. En bossen zijn nu niet meteen my cup of tea, als je begrijpt wat ik bedoel.
Dan maar links. Het wordt wel even riskant om Gustav en Jasmin te passeren zonder gezien te worden, maar normaal lukt het wel. iPod in mijn oren, muziek op een schadelijk hoog niveau en hopen dat ik dit goed kan volbrengen.
Ik probeer zo heimelijk mogelijk omheen het muurtje te gluren om in te schatten of ik kan gaan of niet. Dit ziet er vast achterlijk uit. Nee, ik zie zeker achterlijk uit. Misschien ben ik dat effectief ook door nog maar aan dit soort acties te denken…
Goed. Ik schud even met mijn hoofd om terug bij de zaak te komen. Hier gaan we. Voorzichtig stap ik over het laatste stuk kiezels en loop dan de stoep op. Met één simpele blik achterom besef ik wat ik doe. Niemand staat daar nog, maar wat ik achterlaat staat er des te meer. In mijn hoofd weet ik dat ik nu naar het station ga. De volgende logische stap is naar huis. Naar mijn huis. Met daarin, hopelijk, mijn moeder. Tenzij dat ik haar eerst ergens kan gaan zoeken. Nou ja, zoeken is een groot woord. Verloren lopen doet ze niet, dus haar vaste plaats in het café zal ze wel warm houden. Als ik er niet ben om te koken zal haar redenering wel zijn: “Ik moet toch iets binnen krijgen.”¯ Ach, druk maken heeft geen zin meer, ze stopt er toch niet mee.
Ik stap stevig door. Ik kan er zijn in vijf minuten, de trein kan er zien binnen tien. Perfect.

Georg

Voor de zoveelste keer kijk in van mijn gsm naar de klok aan de muur en terug. Zou ik of zou ik niet? Die vraag speelt al een tijdje doorheen mijn hoofd. De wil om Yaren te bellen is groot, maar misschien stoor ik dan iets belangrijks. Het wordt tijd dat Gustav het één en ander onderneemt, of iemand anders gaat met haar lopen. Het zou me eigenlijk niet verbazen als ik straks het bericht krijg dat ze weg is. Gewoon verdwenen. Typisch Yaren. Het scenario speelt zich af voor mijn ogen. Binnen enkele maanden, jaren staat weer voor onze neus. Ons klein mysterie. Met aan haar hand één of andere gast die zichzelf goed genoeg vindt voor haar. Eentje die wij totaal niet gaan goedkeuren. Dan haar mond die open gaat en zegt, “Ik ben zwanger en we gaan trouwen.”¯ Bill die vloekt, Gustav die wegloopt, Tom die haar met open mond aanstaart en ik, ik die haar ga behoeden van die fout te maken.
Ik neem mijn gsm en typ blindelings haar nummer. Terwijl de toon overgaat begin ik zenuwachtig op mijn nagels te bijten. Ze gaat niet opnemen.

Sofie

Al neuriënd loop ik de trap af, naar de keuken. Gisteren blijven hangen was toch niet zo’n goed idee. Wees maar blij dat ik niet aan het zingen ben, want na een nacht als die van gisteren is dat niet meteen iets wat je wilt horen. Een glas, wat water en een bruistablet. Dat zal alles zijn wat ik nu nodig heb. Een grimas van pijn trekt over mijn gezicht als de telefoon rinkelt. Ik mopper wat, maar neem toch op.
“Met Sofie.”¯
“Blijven hangen?”¯
“Slimste thuis zeker?”¯, er kan een kleine grijns af.
“Hangt ervan af hoe je het bekijkt.”¯
“Wat scheelt eraan Yaar?”¯, ze slaagt er altijd in om me vrolijk te maken. Altijd.
“Niets.”¯
“Bijna. Echt, heel goed geprobeerd.”¯
“Ik leg het wel nog uit.”¯
En ze legt gewoon af. Niet te geloven.
Na ongeveer twee minuten met de hoorn in mijn hand te staan leg ik hem uiteindelijk neer. Wat had dat nu weer te betekenen? Soms vraag ik me af waarom ze altijd zo speciaal moet doen.

Gustav

“Bedankt schat.”¯, terwijl ze de laatste tas op het aanrecht zet slaat ze een diepe zucht. Ik snap niet hoe die zwangere vrouwen het allemaal klaarspelen.
“Graag gedaan.”¯
Nu, ik moet opzoek naar Yaren. Waar ze zo plots naartoe was, daar had ik het raden naar. Onderweg naar boven ligt een parel op de trap. Nieuwsgierig raap ik hem op en bekijk hem wat beter. Vaag herken ik hem van vroeger. Volgens mij was het een armband die ze had gevonden op de zolder in het nieuwe huis, toen ze daar pas was. Nou ja, pas. Eerder nadat ze mij had leren kennen. Ze had de moed niet gehad om daar alleen binnen te gaan, maar samen wou ze wel. Die armband, samen met wat foto’s en aantekeningen, had ze meegenomen. Daarna zag ik er haar soms mee. Met de mededeling dat hij belangrijk was. Iets over geschiedenis en afkomst, maar de rest van dat verhaal had ik gemist. Waarschijnlijk omdat dat de periode was waarin ik niet anders kon dan in haar ogen staren en me afvragen hoe ze die in hemelsnaam zo diepgaand hadden gekregen. Niet dat ik het ooit gevraagd had. Volgens mij was dat net een stap te ver.
Verder naar boven vind ik steeds meer parels. Het lijkt alsof dat arme ding het eindelijk begeven heeft. Net zoals ik dacht. Bovenaan, aan de rand van de armleuning, hangt een elastiekje. Niet langer één geheel.
“Yaren?”¯
Ik stap door de hal en kijk binnen in haar kamer. Als ik zie dat haar nachtkastje leeg is begin ik te panikeren. Oké, Yaren moet altijd speciaal doen en wilt nooit uitpakken, maar ze legt altijd iets op haar nachtkastje. Haar gsm lader, een boek, een horloge of toch tenminste oorbellen. Dit is niet goed. Ik wil er niet aan denken, maar het sluipt gewoon binnen in mijn hoofd. Met een bang hart stapt ik richting haar kast. Geen enkele verloren schoen op het tapijt, zelfs niet onder haar bed. Geen omver gestampte of lege bus deodorant op het rek. Geen dagboek op haar bureau. Geen dagboek…
Ik trek haar kast open en staar naar de lege schappen. Oké, dat is wel oké, Yaren pakt nooit uit. Niet voor korte verblijven en als ze moeilijk wilt doen ook niet voor lange. Dit kan te maken hebben met haar moeder. Ja, dat is een goeie uitleg.
Terwijl ik me omdraai besef ik dat ze weg is. Geen gepakte rugzak in de hoek van de kamer, en het belangrijkste, geen sokken aan het uiteinde van haar bed. Ze heeft altijd, maar dan ook altijd, koude voeten. Ze gaat slapen met kousen aan, maar na een paar uur moeten ze uit of krijgt ze er iets van. Die ruimt ze nooit op. En haar vader weet dat hij dat ook niet moet proberen.
Ze is weg.


Reacties:

1 2

RNN
RNN zei op 27 dec 2009 - 17:21:
Fuckend .
Dat is eng.. Iemand zó goed kennen!

Verder?


EmoCookie
EmoCookie zei op 25 dec 2009 - 2:17:
snel verder
& prettige kerstdage en een gelukkig nieuwjaar terug gewenst ^^
<3


Juliette
Juliette zei op 24 dec 2009 - 11:02:
Jij ook Fijne Feestdagen!

Oh.
Fuck.
Nee!
Ze moet niet naar haar moeder.
Kan er even niet iemand een heldenactie gaan doen en op de wegrijdende trein springen om haar terug te halen ^-^?
*heeft teveel fantasie*

Ik vind dit nog steeds een prachtig verhaal<3
xx


sprotje4
sprotje4 zei op 23 dec 2009 - 23:38:
verder


xNadezhda zei op 23 dec 2009 - 17:22:
Merry Christmas to you too! ^^
Ook al is het nog geen kerst xd

Dit stuk is prachtig <3
Hey, jouw verhaal is altijd prachtig! ^^
Maar ik was zelf een beetje aan het klooien/schrijven, dus ik houd het hier maar bij (:

<3