Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Tokio Hotel » Crush » 47.

Crush

28 jan 2010 - 20:53

837

0

169



47.

De volgende ochtend ben ik al om 7 uur wakker. Na het sms’je van Bill ben ik vrijwel gelijk terug gegaan naar het hotel. Ik kon gewoon niet meer leuk doen. Ik nam uitgebreid afscheid van de rest van de crew, die zou ik niet meer zien. Ze gaan vandaag met het vliegtuig terug, maar aangezien dat niet betaald werd door de productiemaatschappij moest ik gewoon met de trein. Ik kan moeilijk mijn ouders vragen om een vliegticket naar Berlijn te betalen, ze zien me aankomen. Nu ik eenmaal wakker ben kan ik niet meer in slaap komen. Een onrustig gevoel woelt door mijn maag. Ik heb honger, maar weet ook dat ik geen hap door mijn keel zal krijgen als ik probeer te eten. De hele tijd spookt er maar één ding door mijn hoofd, één ding genaamd Bill. Waarover zou hij willen praten? Diep van binnen denk ik dat ik het wel weet, maar ik probeer het te verdringen. Het is zo duidelijk als het maar kan zijn. Zijn afstandelijkheid, de manier waarop hij me steeds afwimpelt: hij wil me niet meer.

Na een uur hou ik het niet meer vol en besluit ik uit bed te gaan om me aan te kleden. Ook mijn make-up smeer ik op mijn gezicht en drie kwartier later kijk ik tevreden in de spiegel. Dan zie ik er in ieder geval goed uit als ik gedumpt word. Ik zie dat het kwart voor 10 is als ik op mijn horloge kijk en besluit om maar te gaan. Gisteren heb ik Bill ge-sms’t dat ik er om half 11 zou zijn en aangezien het nog ongeveer een half uurtje reizen is, kan ik wel alvast weg. Ik bel een taxi en vijf minuten later staat deze voor de deur. De studiowoning waar Bill verblijft, heeft er nog nooit zo deprimerend uitgezien. Ook al schijnt de zon, is de lucht blauw en speelt een straatmuzikant een vrolijk muziekje, ik merk het niet. Het enige wat door mijn hoofd gaat is datgene wat al een paar weken door mijn hoofd gaat. Die mooie dunne jongen met zijn zwartomrande ogen en creatieve kledingstijl. Ik loop steeds langzamer naarmate ik dichter bij de deur kom. Ik durf niet. Ik weet dat het over is, maar toch ben ik bang om het te horen.

“Hey,”¯ klinkt de zachte stem van Bill nadat ik de moed had verzameld om toch naar binnen te stappen. “Hey,”¯ zeg ik terug. “Wil je wat drinken ofzo?”¯ vraagt hij, maar ik schud mijn hoofd. Laat het maar gewoon snel voorbij zijn. Hij neemt me mee naar boven, naar zijn kamer, zonder me aan te raken. Kon hij eerst niet wachten om mijn hand te pakken of om me te knuffelen, nu lijkt hij alles te doen om dat te vermeiden. Bill laat zich op het tweepersoons bed neerzakken en gebaard dat ik naast hem moet komen zitten. De dekens voelen nog steeds zacht, zoals ze altijd deden, maar deze keer voel ik het niet. We zijn beide stil, alsof we allebei wachten tot de ander wat zegt. Na een tijdje onderbreek ik de ongemakkelijke stilte. “Wat is er?”¯ vraag ik. Hij kijkt verschrikt op, alsof hij nu pas doorheeft dat ik er ook nog ben. Langzaam opent hij zijn mond en dan komt het er allemaal uit. Alles waar ik bang voor was, alles wat ik niet wilde horen.

“Ik denk dat we hier beter mee kunnen stoppen.”¯ Zo, hij had het gezegd en het kwam honderd keer harder aan dan ik gedacht had. “Ik dacht dat ik van je hield, maar ik denk dat ik het mis had. Ik zie je als een vriendin, maar niet als mijn vriendin,”¯ vervolgd hij zijn verhaal. Ik probeer naar zijn woorden te luisteren en ze langzaam tot me door te laten dringen. Maar het doet pijn, zo’n pijn. Ik hou van hem en ik dacht dat hij van mij hield. Ik had het fout. God, wat had ik het fout. “Sam, zeg eens wat,”¯ hoor ik Bill na een tijdje zeggen. Het was me niet eens opgevallen dat hij gestopt was met praten.

Langzaam richt ik mijn blik op en kijk ik hem aan. Zijn mooie chocoladebruine ogen staan koel, alsof het hem niets kan schelen, maar toch heb ik het gevoel dat er iets anders achter zit. Alsof het een beschermlaagje is wat alle emoties afweert. “Ik… Ik heb niets te zeggen,”¯ stamel ik. De tranen lopen over mijn wangen en ik doe niet eens de moeite om ze te stoppen. Hij mag best zien wat hij heeft aangericht. “Het spijt me,”¯ zegt hij dan. “Het spijt je? Doe verdomme normaal man! Je zei dat je van me hield. Juist jij, met je eeuwige gepraat over de ware liefde, zou moeten weten hoe zo’n pijn het doet als je er later achter komt dat dit gelogen is!”¯ roep ik uit. Hij kijkt me aan en even lijkt het beschermlaagje weg te vallen, maar hij hersteld zich snel. En dan begint hij te praten…


Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.