Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Tokio Hotel » Ik ben Yaren. » Hoofdstuk 8; Vliegt

Ik ben Yaren.

2 maart 2010 - 18:11

803

6

498



Hoofdstuk 8; Vliegt

Sorry dat ik nu pas terug schrijf. Eerst had ik geen zin meer, toen had ik het druk en daarna vond ik je niet meer tussen al mijn spullen.

We zijn verhuisd!

Oeps, dat was misschien iets te groot geschreven. Nu moet ik binnen enkele zinnen mijn pagina al omdraaien. Ach, nog veel blaadjes te vullen dus valspelen kan vast geen kwaad.
En weet je wat ik net heb gemerkt? Ik heb mezelf niet eens voorgesteld! Dat is een beetje erg niet?

Hier gaan we dan maar, denk ik.
Hallo, ik ben Lies en ik ben negen. Bijna tien, nu ik eraan denk. Tot voor kort woonde ik in België. Maar door omstandigheden zijn mijn ouders en ik naar hier verhuist, Duitsland. Tot nu toe is ‘hier’ een beetje saai, maar ik overleef het wel. hoop ik.
Sinds een week ga ik hier naar school en ze zeggen dat de taal me wel ligt. Gelukkig! Anders stond ik hier voor Piet Snot. De kinderen zijn wel oké. Maar volgens mij doen ze voorlopig vriendelijk omdat ik nieuw ben. Maar het is natuurlijk ook een pluspunt dat ze me van haar nog pluim kennen.
Als ik eindelijk tien word zal ik het mooiste cadeau ooit krijgen. Alle nodige departementen van de overheid hebben toestemming gegeven om mij van naam te laten veranderen. Niemand zal hier ooit moeten weten wie ik ben en wat er met mij gebeurt is.
Dat moet ik ook even uitleggen zeker?
Toen ik zes was stond ik na schooltijd te wachten op mijn moeder. Ze kwam niet opdagen, maar braaf als ik ben bleef ik wachten en wachten. Na een half uur zonder enig teken van leven begon ik het langzaam op te geven. Tot mijn oom plots voor mijn neus stopte met zijn nieuwe wagen. Mama had wat problemen op werk en daarom kwam hij me halen. Vond ik allemaal best, want hij luisterde graag naar mijn verhalen over goede toetsen en de woordjes die ik had leren schrijven. De hele weg naar huis bleef hij vragen stellen en ik was o zo fier op alles wat ik al kon. Pas na een hele tijd merkte ik dat we niet naar huis aan het rijden was. Uitjes waren leuk, ook al zou papa er nu niet bij zijn. Op mijn vraag wat we gingen doen kreeg ik het antwoord dat ik als eerste zijn pas aangekochte villa mocht zien. Hij had zijn eigen manier om me speciaal te laten voelen, en dit lukte zeker en vast.
Na een rit van wat uren leek kwamen we eindelijk aan. Zijn villa bleek een aftands houten hutje te zijn midden in een bos. Maar misschien verwachtte ik er gewoon teveel van.
Niet lang na onze aankomst sloot hij me op in een van de kleine kamertjes. Er lag een oud, versleten matras op de grond en er stond een emmer met twee rollen toiletpapier naast. In het begin dacht ik dat hij een spelletje met me speelde, maar na enkele uren werd het donker en besefte ik dat hij me helemaal alleen had gelaten. Hij was toen terug naar huis gegaan zodat niemand iets zou verdenken. In de volgende uren werden alle mogelijke instanties ingelicht om naar mij te gaan zoeken.
Hij kwam een paar keer per maand, om mijn voorraad water en conservenblikken aan te vullen. En om zijn gang te gaan natuurlijk. Je sluit een kind van zes niet op omdat je het fijn vindt, maar omdat je bepaalde behoeftes moet vervullen. En ik was nu eenmaal het eerste wat hij in handen kon krijgen. Het kind van zijn geliefde zus, zijn petekind.
Dat ging door voor zo’n twee jaar, en alle hoop om mij levend terug te vinden was allang opgegeven. God, ik dacht zelfs dat ik er nooit meer zou weg geraken. Tot die ene nacht. Hij was te laat, veel te laat. Mijn water was op, de emmer vol en ik had nog maar één blik rijstpap. Storm woedde door het land en had er zelfs voor gezorgd dat het gebied overstroomt was. En dí¡t was mijn redding. Met mijn laatste krachten kon ik de reeds verrotte deur opentrappen en zo vluchten. Ik ben het bos ingelopen en blijven rennen tot ik voor de zoveelste keer struikelde over een wortel van een enorme eik. Twee grote handen plukten me van de grond en ik dacht dat het allemaal voor niets was geweest. Gelukkig voor mij werd ik herkend door een plaatselijke politieagent en meteen naar een ziekenhuis gebracht. Mijn ouders spoedden zich naar Frankrijk en de pers volgde. In één klap was ik verpest, kapot, vernederd en beroemd. Wat wil een meisje van zes nog meer?
Verrast het je nog dat ik zo bitter ben?

Dat was eruit voor ik het wist…

De tijd vliegt en ik lijk de enige te zijn die blijft stilstaan. Ik kan er niet meer tegen.


Reacties:

1 2

MyReflection
MyReflection zei op 5 maart 2010 - 14:28:
die laatste zinnen doen het hem echt steeds,
mare, snel verder,
xx


Melisande
Melisande zei op 2 maart 2010 - 22:05:
Ahw arme Yaren!
Ze heeft best wel echt een hele stomme oom O_O
Het is echt apart hoe ze haar gevoelens omschrijft...
Heel nuchter, met een klein beetje sarcasme erin
Ik hou ervan <3
En ik neem trouwens ook aan dat het niet autobiografisch is O_O
Want anders, idd omg Ö

With love <3


RNN
RNN zei op 2 maart 2010 - 20:21:
De tijd vliegt en ik lijk de enige te zijn die blijft stilstaan. Ik kan er niet meer tegen.


Ik wou dat ik die had verzonnen 8D
Het is echt prachtig. Echt heel prachtig.

Wauw.<33


adelain
adelain zei op 2 maart 2010 - 18:48:
ik weet even niets te zeggen. dit hadden we natuurlijk al in het andere verhaal gelezen, maar het blijft apart. al helemaal geshcreven door een negen/tien jarig kind (ach ja, een schrijver die een kind van negen/tien iets laat schrijven)

liefteren


Xpam05
Xpam05 zei op 2 maart 2010 - 18:29:
Waauuuww..
Echt zoo mooi!
ik krijg er helemaal de kriebels van!
Snel verdeer?
xxx