Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Overige » My 100 little stories » 19. Huis

My 100 little stories

11 aug 2010 - 13:21

745

3

241



19. Huis

NonFanfic

Ik wilde dat ik een eigen huis had. Dat ik ergens kon schuilen, ergens waar het warm was. Ergens waar ik veilig was, waar mijn familie was. Ergens waar ik kon slapen, kon dromen. Ergens waar ik welkom was.
Maar dat had ik allemaal niet. Ik had geen eigen huis waar ik kon schuilen, het was alleen maar koud hier, ik was niet veilig, mijn familie wilde niets meer van me weten. Slapen kon ik wel, maar het was niet heel veilig: Andere stonden klaar om je af te maken of te verkrachten. Dromen ging niet: alleen nachtmerries kwamen op bezoek. En welkom, dat was ik helemaal nergens.
Vind je het gek.
Ik ben tenslotte een zwerver. En zwervers zijn gevaarlijk, allemaal aan de drugs, allemaal niet te vertrouwen. Het scheen niet in mensen op te komen dat er ook goede zwervers waren: Arme drommels die simpelweg niet aan werk kunnen komen, die uit hun huis gezet zijn, die geweigerd worden door iedereen, die met een gitaar eerlijk geld proberen te verdienen, maar overal weggejaagd worden want diegene is een zwerver.
Zo ziet mijn leven er dus ongeveer uit.
Ik ben Ashley, drieëntwintig jaar. Ik leef op de straten van Rotterdam. Het is eenzaam, zeker als je een jong meisje bent.
Ik heb inmiddels wel geleerd dat je niemand kan vertrouwen. Medezwervers niet, voorbijgangers niet, politie al helemaal niet, mensen van de supermarkt niet…
Oh, ik weet heus wel hoe dat allemaal komt: de vooroordelen die ik al eerder genoemd heb.
Het is nu iets makkelijker. Mensen hebben medelijden met me, dus ik krijg soms, vooral bij de bakker op de hoek, iets te eten en te drinken. Één keertje mocht ik daar slapen, in de bakkerij. Het was er lekker warm. Tot de vrouw het ontdekte.
Toen sliep ik dus weer op straat.
Maar het liefste had ik gehad dat ik dat allemaal niet kreeg. Dat zo’n stom rotjong me niet verkracht had. Dat ik nu géén kind kreeg.
Maar het is niet anders. Het leven is hard.

‘Pssht, jij! Ja ,jij, dat zwangere meisje!’ Ik kijk opzij. Een mollige vrouw met krullend bruin haar wenkt me. Een beetje verbaasd en wantrouwig loop ik naar haar toe. ‘Ik weet wie jij bent,’fluistert ze, alsof ze bang is dat we afgeluisterd worden. ‘Jij bent Ashley. Kom binnen, ik vang je op. Vertrouw me. Ik doe dat wel vaker. Je kind mag niet verloren gaan.’ Ik kijk haar niet begrijpend aan. ‘Kom nou maar!’ Ik volg haar maar naar binnen. Daar krijg ik meteen een kop hete thee in mijn handen geduwd van een magere man.

Drie maanden blijf ik er, dan wordt ik naar een ziekenhuis gebracht. Mijn kind komt ter wereld. Het is een meisje. Shannon, noem ik haar. Een maand moeten we beiden in het ziekenhuis blijven, en dan worden we ondergebracht in een gastgezin.
De mollige vrouw en de magere man zijn overleden. Zomaar, plots ineens.
Vier jaar lang hield ik het uit in dat gastgezin. Toen ben ik weggegaan. Shannon is daar nog steeds, denk ik. Ik ben nu achtentwintig jaar oud, en zit weer op mijn vaste plekje in Rotterdam. Ik geniet van de zon.
Shannon moet nu vijf jaar zijn. Ik beeld me in hoe ze eruit ziet. Bruin, stijl haar dat in twee vlechtjes zit, sproetjes en sprankelende groene ogen.
‘Shannon, loop eens door jij!’ hoor ik een ongeduldige stem zeggen. Mijn ogen vliegen open. Shannon? Dat kan toch niet? Ik spring op, en loop uit het steegje, naar de winkelstraat die er uitgestorven bij ligt. En ja, daar zie ik ze.
Een roodharige man die een klein meisje aan de hand heeft. Het meisje heeft twee vlechtjes in haar bruine haar. Mijn ogen worden groot.
‘Shannon?’vraag ik. Het meisje en de man kijken om. Het meisje heeft groene ogen. ‘Shannon..’fluister ik.
‘Wie is dat, papa?’ vraagt ze met een hoog stemmetje. De man- ik ken hem niet- wil Shannon mee trekken.
‘Kom meisje, luister maar niet naar die zwerver.’ Ze kijkt me aan. ‘Shannon, kom mee,’dringt de man aan. Ze fronst haar wenkbrauwen, zwaait eventjes, en huppelt dan, naast de roodharige man weg.
Dus dat is Shannon nu. Geadopteerd, bedenk ik me nu. Door die man met het rode haar. Waarschijnlijk was ze gelukkig. Gelukkiger dan als ze bij mij was. Ik haal diep adem en draai me dan om.
Ik loop naar het steegje en laat me zakken.
Wat had ik graag een huis gehad zeg, dan was Shannon nog bij mij.


Reacties:


xEmma
xEmma zei op 17 aug 2010 - 15:24:
Arme Ashley<'3


dobbyenwinky
dobbyenwinky zei op 12 aug 2010 - 11:32:
Wauw. Echt heel mooi geschreven. En ook zo zielig!
Arme Ashley.
Gelukkig is het goed afgelopen met Shannon.

Snel verder?

xx


missxangel
missxangel zei op 11 aug 2010 - 14:18:
Mooi, echt mooi.
Nu wil ik ook zo'n stukje gaan schrijven!
Dankje voor de inspiratie
Maar even over je stukje, het is echt mooi