Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Overige » 21st Century Breakdown » [2.4] Little girl

21st Century Breakdown

12 aug 2010 - 13:29

1565

4

361



[2.4] Little girl

Sorry, het duurde veel te lang, maar door de hel die ze ook wel 'school' noemen stond m'n hoofd een hele tijd niet naar schrijven.

Het was een warme, heldere dag. De lucht boven het grote bos van het district First Heaven was strakblauw. Zonnestralen probeerden zich dapper een weg te vechten door het bladerdak, maar slechts enkelen lukte dat daadwerkelijk.
In het bos zelf merkte je amper iets van de warmte. De bomen verschaften veel koele schaduw. In één van die schaduwen lag een meisje langzaam wakker te worden.
Ze ging even met haar hand door haar rode haar, haar vingers uit elkaar als een soort kam. Snel daarna stond ze op en klopte zich af. Ze rekte zich uit, om de laatste stijfheid uit haar spieren te verdrijven, en ging daarna naar het langzaam stromende poeltje voor zich. Daar friste ze zich wat op, dronk ze wat en vulde ze haar drinkfles. Daarna at ze haar ontbijt, bestaande uit wat bessen en een appel, die ze de vorige dag gelukt had, op en vertrok.

De muur had ze al snel gevonden, omdat ze de vorige dag op verkenning was geweest. Ze gleed met haar hand langs de ruwe, koele stenen. Daarna pakte ze haar vuursteen, die als mes diende. Ze kraste met de steen een redelijk brede en platte V in de muur als herkenningsteken. Een vogel en de formatie waarin ze meestal vlogen. En de V van vrijheid, waar ze al jaren voor vocht. Vrijheid, die ineens een stuk dichterbij leek.
Toen het teken in de muur stond borg ze haar mes weer op en begon in stevige tred langs de muur te lopen, terwijl ze die goed controleerde op gaten en zwakke plekken.
Een paar uren later besloot ze om even te gaan zitten. Ze had onderweg wat Eekhoorntjesbrood en bessen gevonden, die ze op zou eten als lunch. Terwijl ze ze langzaam opat gleden haar ogen langs de omgeving.
Hier was het bos een stuk dunner en de plantjes die er groeiden waren klein. Er groeide hier ook wat dor gras, dat in haar benen prikte. De muur was niet koel, doordat de zon vrijspel had en er op scheen. Daardoor was het wat warmer dan in het bos. Het laatste wat opviel waren de vele wilde bloemen die er groeiden. Ze hadden allerlei kleuren - paars, rood, geel, oranje - en roken heerlijk.
Celine stopte het laatste stukje Eekhoorntjesbrood en haar mond en wilde opstaan, maar toen zag ze een klein diertje, een stukje verderop. Ze keek beter en zag dat het een eekhoorntje was, dat wat schuchter naar de muur liep. Hij verdween tussen het hoge gras bij de muur.
Celine’s blik bleef gericht op het gras. Ze bleef wachten tot ze weer beweging zag. Eén minuut. Drie minuten. Vijf minuten. Nog een paar minuten, maar er gebeurde nog steeds niets. Het is niets, zei ze tegen zichzelf. Hij is gewoon verdwenen tussen het hoge gras en ik staar naar niets.
Toch liep ze toen ze opstond in één rechte lijn naar die plek, gewoon voor de zekerheid. Haar handen gingen door het kriebelende gras. Ze boog zich voorover. Zag ze het goed? Ze trok wat gras weg om beter te kunnen kijken. Ja, ze had het goed gezien. Onderaan de muur zat een redelijk breed gat en het steen daarboven brokkelde wat af. Het was niet erg diep en zeker niet diep genoeg om haar erdoor te krijgen, maar er zat een gat.
Een golf van blijdschap en geluk overspoelde Celine. Misschien was dit het, misschien kon ze weg. Weg uit het Blessed, naar het Cursed, maar het was in ieder geval weg! Als een gek begon ze gras weg te trekken om er beter bij te kunnen. Toen er een mooi stuk vrij was liep ze weg van de muur, meer richting het bos. Ze pakte de eerste de beste steen die ze zag op en liep er mee terug naar de muur. Met de steen begon ze tegen de onderkant te slaan, vlak boven het gat. Er brokkelde meer baksteen af, waardoor het gat groter werd. Na een tijdje stopte ze, haalde het puin uit het gat en gooide het weg in het gras. Door al die inspanning had ze dorst gekregen, dus ze dronk snel wat water uit haar fles. Daarna ging ze verder met haar ontsnappingsroute. Met haar handen begon ze in het zand te graven. Meer en meer verdween uit het gat onder de muur, dat dieper en dieper werd. Ze kon haar arm al onder de muur door steken, het ging de goede kant op! Nog even, en het was zover. Nog even, en ze was er. Nog even doorgraven, nog even afzien. Graven, graven en graven.
Haar handen zagen zwart, om maar niet te zwijgen over de ruimte onder haar nagels. Maar dat maakte niet uit, dat zou wel weer goed komen. Na een hele tijd van graven had ze een ruimte onder de muur gecreëerd, die waarschijnlijk groot genoeg was om onderdoor te komen. Nog één keer keek ze om zich heen, naar de kleine boompjes en struikjes, het dorre gras, de bloemen en het dichtere bos in de verte. Toen keek ze naar de zwarte aarde onder de muur. Ze kroop in het gat en ging voorzichtig onder de muur door. Toen ze aan de andere kant op haar benen stond nam ze haar omgeving in zich op.
Ze stond tussen twee donkere muren, in een ruimte die zo breed was dat een mens erdoor kon lopen, maar niet meer. Boven haar zag ze de strakblauwe lucht. Voor en achter haar zag ze alleen maar muur, met daartussen een pad.
Misschien moest ze weer onder de muur door naar het Blessed kruipen. Misschien moest ze terug gaan naar haar schuilplaats, om de volgende dag pas naar het Cursed te gaan. Misschien wel, maar de opwinding was te groot. Ze was weg! Weg uit het Blessed! Weg van haar vader en de rest van haar familie! Weg van de kerk! Weg van alle streng gelovige mensen! Ja, ze was nog in First Heaven en nee, ze kon niet gaan en staan waar ze wilde. Maar ze was in ieder geval niet meer thuis en wist zeker dat haar vader haar niet ging zoeken. Hij was haar toch liever kwijt dan rijk, of niet?
Momenteel bevond ze zich in een niemandsland. Ze was niet in het Blessed, maar ook niet in het Cursed. Ondanks dat wilde ze hier het liefst zo snel mogelijk weg, omdat ze er waarschijnlijk geen eten of drinken kon vinden. Weer keek ze beide kanten op, waar moest ze naartoe? Uiteindelijk besloot ze om richting de stad te lopen. Vroeger was het één stad geweest, First Heaven. Daarom, redeneerde Celine, was daar ook in het Cursed de stad en misschien vond ze daar wel een gat waar ze doorheen kon kruipen, naar het Cursed zelf. Met een beetje geluk. Met heel veel geluk. Met onmenselijk veel geluk. Maar toch ging ze het proberen.
Met grote stappen liep Celine Goodness naar het Oosten. Weg van het bos, naar de stad. Op weg naar vrijheid.

Het was uren later en Celine begon al moedeloos te worden. Misschien had ze haar geluk toch overschat. Enorm overschat. De begroeiing werd aan weerskanten minder, voor zover ze kon zien. Ze naderde gebouwen, aan de kant van het Blessed vooral in de kleur grijs. Zou dat aan de andere kant ook zo zijn?
Een moment lang overwoog ze om terug te gaan en morgen verder te zoeken, met nieuwe voorraden. Ze moest nog helemaal terug en wist niet precies hoe lang dat ging duren. Maar ze besloot om nog even door te gaan. Even maar, om zeker te weten dat er aan de rand van de stad niets was. Als ze niet snel iets vond zat het erop voor vandaag.
Er moest ergens een doorgang zijn en waarschijnlijk was die aan de stadkant, wist Celine. Dat leidde ze af aan de voetstappen, die ergens onderweg waren begonnen. Er was ooit iemand in de muur geweest, zoals zij nu, en waarschijnlijk was dat niet erg lang geleden, want de voetstappen waren nog zichtbaar.
De muur maakte weer een flauwe bocht. Toen ze die om was zag ze iets wat haar hart sneller deed slaan. Een stukje verderop, vlak voor een nieuwe bocht, zag ze een hoopje zand liggen. Ze rende er naartoe, maar toen ze aangekomen was, zag ze dat het maar een hoopje zand was, niets meer en niets minder. Ze zuchtte teleurgesteld.
Eigenlijk wou ze omdraaien en terug lopen, om morgen verder te gaan, maar zodra ze op weg was leek iets haar tegen te houden. Het voelde niet goed, terug gaan. Ze was al zo ver gekomen en ergens moest een doorgang zijn. Dat moest. Dus ze ging toch door.
Dat bleek geen slechte beslissing te zien, want snel daarna vond ze haar doorgang eindelijk. Het was een gat, verscholen in een iets scherpere bocht. Het was redelijk smal, als je er doorheen wilde moest je niet al te breed zijn. Ook was het gat aan de andere kant afgesloten met iets, waarschijnlijk een steen. Celine ging op haar buik liggen en stak haar armen door het gat. Ze voelde een ruw oppervlak onder haar handen en duwde er tegenaan. Het had vrij weinig effect, dus ze duwde iets harder. Nu kwam het in beweging. Na nog een krachtinspanning had ze het voorwerp uit haar weg verwijderd. Ze haalde een keer diep adem en kroop toen door het gat naar het Cursed.

Wie raadt welk deel van het liedje ik heb gebruikt krijgt een koekje!


Reacties:


Bodine
Bodine zei op 17 aug 2010 - 1:03:
Ik heb bijgelezen!
<3
Ik vind het cuwl, wist je dat al? Natuurlijk wist je dat al.
Goed, nou, ik vind het dus cuwl. ^^


MCRx30STM
MCRx30STM zei op 13 aug 2010 - 12:58:
whoohooo
love this story
love this chapter
yay ^^


Melisande
Melisande zei op 12 aug 2010 - 23:08:
Yayman!
Ze is in het Cursed *doet dansje*
En nu moet ik naar bed x]
<33


xNadezhda zei op 12 aug 2010 - 13:37:
Little Girl, dat stuk dat met 'Runaway' begint. [Het refrein, of niet?] [Denk ik.]

Anyway, me likes this very much! ;D
& ik ben blij voor Celine dat ze eindelijk weg is uit het Blessed, als er ergens een plek is waar ze ní­et bij past is het wel dat deel van de stad. Trouwens, nog een keer mijn complimenten, ik hoefde niet terug te lezen om te weten waar het over gaat.
Ies goed, is very goed. Jij bent ook zo iemand die met elk hoofdstuk nog beter gaat schrijven dan ze al kon. (:

Und me loves you