Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Tokio Hotel » Replacing (one-shot) » Replacing

Replacing (one-shot)

30 aug 2010 - 20:05

1170

10

536



Replacing

Het was niet luid, maar toch hoorde de eigenaar van de loft, die zich op de bovenste verdieping van een flatgebouw in het hartje van Berlijn bevond, een sleutel in het slot omdraaien. Hij keek de jongen naast hem aan.
“Vind je het erg als ik …?”¯
“Ga maar, ik begrijp het.”¯
Aan de stem van de jongen was te horen dat hij gehuild had, maar ook zijn bruine, rooddoorlopen ogen verraadde het. De jongen die de stilte verbroken had, stond recht en wierp een blik vol spijt en medelijden op zijn broer, daarna verliet hij de logeerkamer.
Het vrolijke gezicht van zijn vriendin, die hij een week had moeten missen, bracht een kleine glimlach op zijn gezicht. Zelfs na alles wat er gebeurd was, kon zij een lach op zijn gezicht toveren, al was het niet meer dan een kleintje.
Met een zucht zette ze haar koffers in de gang neer en liep naar de jongen die haar opwachtte. Hij sloot haar in zijn armen en gaf haar een welkomszoen.
“Ik heb je gemist.”¯
“Ik jou ook.”¯
Hij loog.
Katerine was een week naar Londen getrokken met enkele vriendinnen. Hij had haar geen enkele keer gesproken, op geen enkele manier hadden ze contact gehad, maar hij had haar niet gemist. Hij had zelfs niet aan haar gedacht, wat er deze week gebeurd was, was veel belangrijker dan Katerine.
Twee warme handen trokken hem mee naar de woonkamer en duwde hem de zetel in. Katerine ging voor hem op het salontafeltje zitten en nam zijn handen vast.
“Bill, ik heb fantastisch nieuws.”¯ Hij keek haar aan, maar toonde gen emotie. “Schat, is er iets?”¯
Hij schudde zijn hoofd.
“Vertel jij eerst het fantastische nieuws maar.”¯ Hij wilde haar goede humeur nog niet verpesten met het nieuws dat hij nog voor haar had.
“Schat, weet je nog dat je absoluut een grote loft wilde, met minstens drie extra slaapkamers?”¯
“Ja.”¯ Hij twijfelde terwijl hij zijn geheugen afzocht naar dat moment.
“Wel, ik denk dat er daar nu een van goed van pas zal komen.”¯ Geschrokken keek hij zijn vriendin aan.
Weet ze al van Tom? En waarom noemt ze dit fantastisch nieuws?
“Hoe, hoe bedoel je?”¯
“Ik ben zwanger.”¯
De drie woorden leken voor Bill de orkaan de losbarste in zijn wereld, een wereld die al een week klampte met hevige regen en stormachtig weer.
“W-wat? Dat men je niet.”¯
“Jawel, Is het niet geweldig?”¯ Aan de pretlichtjes in haar groene ogen was te zien dat dit geen vraag, maar een meningsuiting was.
“Nee!”¯ De jongen, die compleet verward was, stond boos recht. “Dit is niet geweldig! Dit is een geweldig grote ramp, ja, dat is het! Het kan niet! Het mag niet!”¯
Bills zelfbeheersing was ver zoek. Trillend, woedend, huilend en schreeuwend liep hij het gebouw uit. Pas toen hij de kou van de witte sneeuw hem bereikte, besefte hij dat hij bij een temperatuur van mins zes graden Celsius zonder jas of schoenen buiten stond. Hij keek om zich heen, maar wist niet waar hij heen kon.
Hij kon niet naar zijn ouders, die zouden dit nog niet aankunnen.
Hij kon niet naar zijn beste vriend, die zat in Amerika.
Hij kon niet naar zijn vriendin, hij kon haar niet utleggen dat hij nu zeker geen kinderen mocht.
Hij kon niet naar zijn tweelingbroer, die had hem nu teveel nodig om hem te kunnen helpen. Ook kon hijzelf de pijn geen derde keer op een dag meemaken. Hij zou het niet kunnen aanzien dat zijn zielsverwant in minder dan twaalf uur, drie keer lag te huilen van de ondraaglijke mentale pijn. Hij zou het niet aankunnen om hem zelf die pijn te moeten bezorgen.
Nog steeds had hij de beelden van vanochtend en vanmiddag niet verwerkt. De pijn die toen op het gezicht van zijn broer stond, had hij nog nooit bij iemand gezien. Nee, dit kon hij in zo’n korte tijd niet nog eens aan.

Het was half tien die ochtend geweest, toen Bill door luid geklop op zijn deur afgeleid werd van zijn ontbijt. Met een ochtendhumeur had hij de deur opengetrokken en de stoorder een uitbrander willen geven, maar dat veranderde toen hij in het gezicht van zijn broer keek.
Hij had hem binnengelaten, zijn ontbijt een veel lagere prioriteit gegeven, en Tom in zijn armen genomen.
“Wat is er gebeurd?”¯ Dat was de eerste zin die de tweeling hadden gewisseld die dag.
Het antwoord was gegeven in snikken, Bill had niets anders verwacht, enkel de boodschap was compleet aders dan wat hij had gedacht.
“Sa-sara geeft mij alle s-schuld. Z-ze is ra-razend vertrokken. Ze, ze riep dat ik niet van haar hield,da-dat ik nooit van haar ge-gehouden heb. Maar ik was altijd dol op haar ge-geweest. Da-dat weet vje, he, Bill?”¯
Hij had hem geantwoord dat hij dat inderdaad wist en vond het volkomen logisch dat zijn broer tijdelijk bij hem zou intrekken. Deze pijn kon hij niet alleen aan, en nu zijn vriendin vertrokken was, voelde Bill zich verantwoordelijk voor zijn oudere tweelingbroer.
Geen twee uur later was hij opnieuw in tranen uitgebarst nadat hij een, bijna onmenselijke, schreeuw had laten horen. Uit het telefoontje dat eraan vooraf gegaan was, bleek dat Sara verongelukt was. Onderweg naar haar ouders had ze de controle over het stuur verloren, ze was tegen een paal opgebotst en was op slag dood. Bill had nooit zoveel pijn in een persoon gezien.

De beelden stonden in zijn geheugen gegrift, op dezelfde plaats als dat de beelden van dinsdag zaten. Zonder probleem zou hij over tien jaar de beelden nog kunnen oproepen, hij wist zeker dat hij het nooit vergeten zou.
Nooit zou hij de winterdag vergeten waarop hij samen met Tom en Sara gezellig in hun woonkamer iets zat te drinken.
Nooit zou hij vergeten dat Tom regelmatig naar buiten keek, om hun dochtertje, spelend in de sneeuw, in het oog te houden.
Nooit zou hij het bezorgde gezicht van Tom vergeten, toen hij het vierjarige meisje niet vond.
Nooit zou hij vergeten hoe Tom met een ongekende snelheid recht was gestaan en naar buiten gelopen was, toen hij de kleine Rachel vond.
Nooit zou hij vergeten hoe Tom met zijn kleren in de bevroren vijver gesprongen was, het ijs had stukgeslagen om tot bij het gat in het midden te komen, waar een kinderhoofdje uitstak.
Nooit zou hij vergeten hoe Tom, zelf verkleumd van de kou, het kleine lichaam gereanimeerd had.
Nooit zou hij het moment vergeten waarop de kleine Rachel, van wie hij peter was geweest, haar laatste adem had uitgeblazen.

Huilend en huiverend liet Bill zich in de sneeuw neervallen. De kou hielp hem zijn gedachten te ordenen.
Rachel Kaulitz, de dochter van zijn broer, het enige kleinkind in de familie, was geen week geleden gestorven aan onderkoeling.
Tom had geprobeerd haar te redden en waagde zijn leven voor haar, maar hij was er niet in geslaagd. Dat was de reden waarom zijn vriendin hem verlaten had.
Sara was woedend en ontroostbaar naar haar ouders vertrokken, maar ze is er nooit aangekomen.
Katerine had van dit alles niet geweten, ze was dan ook terecht blij dat ze zwanger was.

Dat alles, wist Bill, zou hij wel kunnen verwerken, maar er was een ding dat hij niet wilde aanvaarden.

Zijn ongeboren kind, zou Rachel vervangen.

[reacties??]


Reacties:

1 2

Evatjeu
Evatjeu zei op 10 feb 2011 - 20:49:
Prachtig!
xx


jorinloveth
jorinloveth zei op 12 dec 2010 - 20:02:
awh wat mooi
en die laatste zin is zo zielig ;[


sterretjhu
sterretjhu zei op 9 dec 2010 - 16:15:
Awwh, echt heeel erg mooi<3


Melisande
Melisande zei op 9 nov 2010 - 11:32:
Oh. Dit is echt vet sneu.
Maar het is gelukkig wél mooi^^
Goed gedaan =)
<3


realMe
realMe zei op 9 okt 2010 - 16:21:
oh dit is zo zielig. zo mooi geschreven.