Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Overige » Killers Instinct // HOTD » 1. Lente van de Dood

Killers Instinct // HOTD

4 sep 2010 - 19:10

1258

3

315



1. Lente van de Dood

Het was op een prachtige lentedag toen de wereld stierf.
Mijn naam is Katou Chiaki en ik ben een meisje van zeventien jaar, zittende in klas 3c op de school wiens dak ik toen stond. Voor de zoveelste keer spijbelde ik een les. Dat deed ik al die hele ochtend trouwens, en zo lang niemand mij op het dak vond, zou ik ook zo die middag doorgaan. Daar ging ik toen vanuit, tenminste. Nu weet ik dat ik me niet meer druk hoef te maken om zoiets als school.
Ik leunde met mijn armen op de rand van het hek die mij behield naar beneden te vallen. Ik liet mijn hoofd op mijn armen rusten en staarde naar de bomen die beneden volop in bloei stonden. Het hele schoolplein was bezaaid met lichtroze kersenbloesemblaadjes. Ik voelde de wind zachtjes om me heen waaien en voorzichtig met mijn haren spelen.
De vogels floten vrolijk, ik was op mijn gemak. Niets was er aan het handje, zoals mijn oudere broer zo goed kon zeggen. Nergens wees het erop dat de dag des oordeels aangebroken was.
Helemaal niets wees erop.
Toch was deze dag het begin van de nachtmerrie waarin mijn leven belande. Mijn leven en die van miljoenen anderen. Als je het dan nog leven mag noemen, eigenlijk.
Het begon voor mij pas echt toen ik die mafketel aan de poort beneden zag.
Van het dak af had ik een prachtig uitzicht op het gehele schoolplein en dus ook op de schoolpoort. Hij was gesloten, zodat niemand erin of eruit kon tot de bel ging en de schooldag afgelopen was. Wat ouderwets, maar effectief, en het had zelfs veilig kunnen zijn was het niet mijn gymdocent die zijn arm door het tralies stak en zo de hel in school haalde.
De mafketel waarover ik het heb was een man in net pak die doelloos opnieuw en opnieuw tegen het traliewerk van de poort aanliep. Steeds maar opnieuw. Het bleven met kleine stoten tegen het hek duwen, alsof hij zo open kon gaan. Ik bestempelde de man toen als niet helemaal honderd procent in zijn hoofd.
Nou moet je weten dat ik altijd een verrekijker op zak heb. Beetje onlogisch op school, maar ik had er een reden voor. Mijn broer en ik keken na schooltijd altijd naar auto’s van het dak van de school. Hij is altijd al gek op auto’s geweest en ik begin langzaamaan zijn obsessie over te nemen. Alhoewel ik toe moet geven dat er niet heel veel luxe modellen door onze stad rijden die de moeite waard zijn na te staren, soms hadden we geluk en zagen we een auto die ons interesseerde voorbij scheren. Dan sloeg mijn broer me altijd erg enthousiast op de arm en riep hij eerst tien keer ‘kijk dan!’ voordat hij ook echt aannam dat ik de auto zag.
Ik had deze verrekijker om me nek hangen.
De man bij het hek trok mijn aandacht. Wel, natuurlijk eigenlijk. Je ziet niet altijd een man hersenloos tegen het hek aanrammen, en dat dan steeds weer opnieuw.
Ik pakte de verrekijker en tuurde hierdoor heen naar de man. Ik voelde een walging door me heen gaan en tegelijkertijd een rilling over mijn rug lopen. Die man kon niet gezond meer zijn, had ik gedacht.
Hij zag er welverzorgd uit, maar ziek. Zijn zwarte haren waren netjes achterovergekamd en hij droeg een net pak, maar dat was het enige fatsoenlijke aan de man. Zijn hele huid was lichtgrijs en zijn oogkassen waren donkergrijze gaten. Zijn ogen waren spierwit met hier en daar een bloedeloze ader en zijn inktzwarte irissen waarin je de pupillen niet meer terug kon vinden staarde voor zich uit. De man sloeg als een kleine pup langzaam tegen het hek met zijn handen, zijn armen voor zich uit gestrekt.
Het leek wel een wandelende mummie, vond ik. De man was doodeng en ik vond hem eruit zien als een dooie. Ik had toen geen een idee hoe dichtbij ik er zat.
De man had niet alleen mijn aandacht getrokken, maar ook van de docenten. Een viertal volwassenen liep op het hek af, onder andere mijn gymdocent.
Ik kon niet horen wat ze zeiden. Het was alsof ik keek naar een programma op tv zonder geluid of ondertiteling. Maar de beelden spraken voor zich.
Een vrouwelijke docent probeerde met een strenge blik die normaal leerlingen kregen als ze te laat waren of hun huiswerk niet gemaakt hadden, de bleke man te intimideren. Dat lukte niet. De man staarde nog steeds voor zich uit, alhoewel hij gestopt was met tegen het hek slaan.
Toen was daar mijn gymdocent, Tejima-sensei. Hij deed het stomste wat hij ooit kon doen, al wist hij het toen nog niet. Hij stak zijn arm door het tralies heen, greep de man bij zijn stropdas, duwde hem teruguit en trok hem toen volop naar zich toe, tegen het hek aan.
Het was een klap die ik zelfs op het dak kon horen.
Ik was verbaasd om deze plotselinge omslag. Het is waar dat Tejima-sensei nogal gewelddadig is, maar waarom hij nu al de man pijn begon te doen was me onduidelijk. Of hij moet indruk willen maken op de lerares. Hoewel de lerares net zo geschokt leek als ik.
Heel even gebeurde er niets.
Toen greep de onbekende man de arm van Tejima-sensei vast, keerde deze met een onmenselijke kracht en snelheid naar zich toe en beet erin. Ik bedoel echt hard bijten. Als een roofdier die bij zijn prooi zijn nek doormidden scheurde.
Het bloed schoot dan ook uit de verwonde arm en Tejima-sensei slaakte een schreeuw die zo’n prooi ook gemaakt zou moeten hebben. Het was een afschuwelijk gezicht. Het bloed sloeg uit de slagader in het gezicht van de bloeddorstige man, en de bovenarm werd compleet ingedeukt.
Na even liet de man los.
Tejima-sensei strompelde achteruit en viel achterover op de grond. Hij kronkelde, schreeuwde, zijn arm tegen zich aan gedrukt. Ik kon hem op het dak horen krijsen, een angstvallige, woordeloze kreet.
Ik liet mijn verrekijker uit mijn handen glippen, waardoor deze hard op mijn borst sloeg, maar dat deed me niets meer. Ik staarde met grote ogen naar het tafereel. Ik wilde het uitschreeuwen, maar ik stond doodstil en zwijgend te kijken.
Tejima-sensei liet nog een laatste kreet horen voordat hij met zijn achterhoofd hard tegen de tegels sloeg. Toen bewoog hij niet meer.
Ik slikte.
De drie docenten keken naar de gewonde gymdocent. Ik had mijn vingers zo stevig om de rand van het hek geklemd dat mijn knokkels wit waren. Was hij dood? Was Tejima-sensei dood? Maar dat kan niet! Niet van zo’n wond. Toch? Was hij echt dood?
Plots was er weer beweging. Er ging een schok door de leraar heen. Hij leefde! Natuurlijk leefde hij, dacht ik.
De onbekende lerares leek ook opgelucht en kwam wat dichterbij. Voorzichtig boog ze zich naar voren.
Mee toen ze dat deed, greep Tejima-sensei naar haar kraag en trok hij haar naar zich toe.
En hij beet haar.
In haar nek.
Ze krijste het uit. Net zo’n hysterische gil als Tejima-sensei een paar seconde eerder voor haar gedaan had. Tejima-sensei trok haar op de grond en beet zich dieper in haar nek. Het bloed spoot in het rond, over zijn kleren, over haar kleren. Het was alsof ik naar de ergste vampierfilm ooit aan het kijken was.
De andere twee leraren liepen bevend achteruit. Eentje, die een vangnet bij zich had (nu ik erover nadenk weet ik niet wat hij daarmee wilde aanvangen), viel achterover op zijn kont en kroop zo verder. De ander draaide zich angstvallig om en rende het schoolgebouw terug in.
Zo was de dood in onze school gekomen.
Ik had gegild.


Reacties:


Fantasy
Fantasy zei op 2 mei 2011 - 17:58:
Ik heb deze anime voor niet zo lang geleden gekeken en je hebt het beginstuk supermooi verwoordt! Niet alleen beschrijvend wat er gebeurd maar ook dat ze schreeuwen als prooien enzo, echt super! ik lees verder


Punk
Punk zei op 14 nov 2010 - 22:11:
Dankjewel.


boekensnol
boekensnol zei op 3 okt 2010 - 21:35:
jij bent cool