Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Overige » De laatste kracht » Hoofdstuk 9

De laatste kracht

18 feb 2009 - 18:55

872

0

147



Hoofdstuk 9

Nico hoorde de stemmen met elkaar ruziën: “Als hij haar aanraakt dan, dan, dan gebeurt er iets, maar ik weet niet wat! We moeten wat doen!” schreeuwde de eerste stem.
“Nico niet doen! Nico! Nico?…”, langzaam stierven de stemmen weg. Nico zag zichzelf, op de fiets, samen met een vriend. Ze hadden veel plezier samen.
“Ben ik dat? Toen ik nog op de aarde was?” vroeg hij.
“Ja, dat ben jij, samen met je vriend, Boris”, zei een stem, “Hij was nieuw, onzeker, maar jij hielp hem en sinds toen waren jullie vrienden.”, het beeld veranderde langzaam. Hij zag Boris, een jongen met kort, bruin haar, op zijn eigen kamer. Hij schreef wat:
“Beste Nico, ik hoop dat alles goed komt met je, ook al kan je dit nu niet lezen. Je bent één van de weinige echte vrienden die ik ooit heb gehad. Ik heb geen zin om er weer eentje te verliezen. Alsjeblieft, wordt snel beter!”
“Hij geeft om je, zoals hij ook om zijn vorige vrienden deed. Elk van zijn vrienden had,”, Nico onderbrak de stem, “of kreeg een verhaal. De een nog zieliger dan de andere.”
“Precies. Eerst zal ik maar wat over zijn eerste vriend vertellen.”, het beeld veranderde weer. Hij zag Boris, hij was zo’n 6 jaar oud. Hij zat op een klimrek, wat voor zich uit te staren. Een andere jongen kwam naast hem zitten.
“Je zit hier wel vaak, hé?” Boris knikte, “Je bent in de klas ook altijd stil. Zit je soms iets dwars.”
“ehm, hoe moet ik het zeggen. I.. Ik kan geen vrienden hebben.”, hij zuchtte, “Het is een moeilijk iets.”
“Hoezo, kan je geen vrienden hebben? Je hebt toch geen enge ziekte?”
“Nee, dat is het niet, mijn ouders reizen altijd en daardoor ben ik nooit heel lang op dezelfde plaats.”
“Dat maakt toch niet uit!” ze bleven stil, “Dat is dan geregeld, kan je morgen spelen?”
“Ik denk het wel.”
“Dat is dan afgesproken!” zo spraken ze verder.
“Eindelijk had hij dan een vriend, de eerste in zijn toch nog korte leven. Hij was gelukkig… te minste, voor een half jaar.”, het beeld veranderde weer. Er was een storm, vlak bij het huis waarvan Boris hem ooit een foto liet zien. Zijn vader kwam naar buiten lopen: “We moeten nu weg!” zijn vriend bleef achter, terwijl Boris’ vader hem naar hun auto trok.
“Sinds toen heeft hij geen vrienden meer willen hebben, gewoon om hen dit niet te laten overkomen. Hij werd vaak gepest, en soms heel erg. Hij had het moeilijk. Tot zo’n jaar geleden. Zijn ouders hadden eindelijk gezegd dat ze na deze verhuizing, nooit meer zouden verhuizen. Hij kon weer vrienden maken, maar dat ging moeilijker dan hij dacht. De eerste dagen, toen jij ziek was, werd hij gepest. Toen jij beter was, nam je het voor hem op, je was de enige die voor hem opkwam. Sinds toen waren jullie vrienden.”, het werd zwart. Voor hem verscheen een vrouw, ze droeg een lange witte jurk.
“Nico, Boris geeft veel om je. Ik geef je een kans om hem gerust te stellen. Maar daarvoor zul je me moeten ontmoeten in het echt, niet in deze droom. Als je wakker bent, ga het paleis in, daar zul je me ontmoeten.”, plots werd hij wakker, alsof hij een nachtmerrie had gehad. Hij ging zitten. Wat was dat? Een droom of iets anders? Er is maar één manier om erachter te komen. Langzaam stond hij op.
“Oh, Nico, je bent wakker!” hij draaide zich om. Daar stonden Sholira, Acawy en het meisje dat voor de poort zat.
“Mag ik je voorstellen aan Kachara, ze is een tijdje vermist geweest totdat je haar hier vond.”, Sholira keek Nico vrolijk aan. Hij wendde zijn blik af naar het paleis.
“Heb je een visioen gehad?” vroeg Acawy, Nico keek haar verbaast aan, “O, je hebt er één gehad! Waar ging het over?”
“De laatste momenten van mij op aarde, die ik me niet meer kan herinneren. De persoon die me aansprak, moet ik in het paleis ontmoeten.”
“Dat gaan we ook doen!” riep Kachara, “De visioenen die komen door mij aan te raken, zijn visioenen die waarheid zijn, kom mee.”, ze liep richting het paleis. Het atletiek toernooi kan nu wel even wachten, misschien kunnen we nu een einde maken aan de oorlogen.
“Ho, wacht eens even, zijn wij dan allemaal zo’n kracht?”
Kachara keek verbaast naar Nico: “Weet je dat dan niet? We weten ja niet hoeveel krachten er precies zijn, maar door een visioen van Sholira, van mij, wist zij te zeggen dat alleen de krachten hier kunnen komen.”, Sholira en Acawy knikten op de achtergrond.
“Maar hoe weten we dan zeker dat wij de nodige krachten zijn?”
“Daar hebben we ook wel een antwoord op. Acawy had ook een visioen, ze zag ons, wij vieren en nog iemand. En die laatste iemand, ik denk dat hij in dit paleis zit, maar gaan we nu naar binnen of niet?” verlegen knikte Nico en hij liep naar de deuren. Ze waren van zwaar hout en de deurkloppers waren van donker metaal. De meiden kwamen achter hem te staan. Nico duwde tegen de deur. Met een luid gekraak ging hij open. Ze stonden in een grote zaal met een stenen vloer. Midden in de zaal stond een vrouw. Ze keek hen aan: “Eindelijk zijn jullie er dan.”


Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.