Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (1)

Home » Overige » De middelbare school door de ogen van Anna Morales. » De nieuwe

De middelbare school door de ogen van Anna Morales.

28 feb 2013 - 20:42

2656

0

245



De nieuwe

De sneeuw bleef in mijn haar hangen wanneer ik naar school wandelde. Fijn, mijn haar zou doorweekt zijn zodra ik aankwam en ik zou weer moeten doen alsof ik het gegiechel achter mijn rug niet hoor. Niet dat het me iets uitmaakt wat anderen van me denken. Ik zou nooit veranderen, voor wie dan ook.
Volgens mij had mijn tante weer een of andere 'magische kruidsoort' (zoals zij het noemt, ik noem het gewoonweg drugs) in mijn melk gedaan vanochtend. Mijn hoofd voelde licht aan en het voelde alsof een natte doek mijn gedachten bedekte. Mijn tante is gestoord, maar aangezien ze alles is wat ik nog heb, moet het maar zo.
Met een zware pas liep ik op het smalle bospad. Ik haat school, ik heb het later toch niet meer nodig. Ik word artiest, kunstenaar. Ik voel me alleen vrij met houtskool, pastelkrijt of een penseel in mijn handen. Op het witte canvas kan ik me helemaal laten gaan, niemand die me zegt hoe ik iets moet doen of wat ik moet doen. Gewoon je eigen gevoel volgen, dat is wat ik later wil doen. Maar het zal waarschijnlijk toch bij dromen blijven, want een carrière als artiest komt zelden van de grond.
Zodra ik het einde van het bos bereikte, draaide ik naar links. Nog maar één straat verwijderd van een dag vol verveling en dagdromen. Over later, mijn carrière, een man die me graag ziet om wie ik ben en wat ik doe, een klein appartementje in het midden van de stad en genoeg geld om eten te betalen. Is dat teveel gevraagd? Waarschijnlijk.
"Wat is er freak? Nog snel een douche genomen voor je de deur uitging? Is je haardroger soms kapot?" Ik was nog maar net de poort binnengewandeld en mensen gooiden me al rotopmerkingen toe. Maar je geraakt er aan gewend. Gewoon muziek in de oren en negeren.
Ik zette me op de bank onder het afdak en staarde recht voor me uit. De sneeuw bedekte de speelplaats met een laag dons en het vormde een prachtig tafereel, tot wanneer iemand erdoor stapte. Waarom kunnen mensen nooit eens stilzitten en kijken naar de fragiliteit van de wereld? Maar neen, mensen tegenwoordig zijn dom en oppervlakkig. Elk mens, ik ook. Neem nu bijvoorbeeld Thomas. Hij is knap. En dat is het, niet intelligent, hij heeft geen passie, niets. En dat is dan de jongen waar ik verliefd op was geworden. Al drie jaar lang wil ik dat hij me zou opmerken, dat hij zegt dat hij van me houdt. Maar dat zal nooit gebeuren, want mensen zoals hij vallen op mensen zoals Ashley. Slim, mooi, grappig en vooral gemakkelijk. Ze is slim, maar niet intelligent. De diepte van haar gedachten is te vergelijken met de diepte van een kinderzwembad. En ik, ik ben niet mooi, ik ben verre van grappig en ik ben eerder intelligent dan slim. Mijn punten zijn net niet ondermaats en mijn gedachten zijn ondraaglijk. Elke nacht lig ik te denken in mijn bed tot ik het punt bereik waar ik breek en mezelf in slaap huil.
Plots kwam er iemand langs links naar me toegeschoven. Het was Louis, de enige persoon die mijn rare gedachten accepteerde. De enige die mijn duistere kant probeerde te verlichten. Hij hield mijn hoofd boven water en ik wou dat ik op hem verliefd was geworden. Hij is de enige persoon die me beter kon laten voelen, maar jammergenoeg voelde ik niets anders voor hem dan vriendschap.
Hij nam mijn oortjes uit. "We doen niet sociaal wanneer het sneeuwt?" vroeg hij me sarcastisch. "Geef hier", zei ik hem en wanneer hij mijn oortjes in mijn hand stopte, stak ik mijn iPod weg. "Hoe vlot je recentste meesterwerk?" Hij vroeg het me met zo'n enthousiasme dat ik moest glimlachen. Maar die glimlach vervaagde al snel. "Ik zit vast. Volgens mij roert Sophie constant een van haar kruiden in mijn melk 's ochtends en 's avonds. Mijn creativiteit wordt al een week onderdrukt." Iemand zou mijn gestoorde tante moeten arresteren. Of ze zou een nieuw proefkonijn moeten vinden. "Ja hoor, geef haar maar de schuld. Kom het onder ogen, Anna, je duistere kant heeft nu zelfs je creativiteit verneukt! Doe er iets aan, leef!" "Trek alsjeblieft niet zoveel aandacht, wil je? Je maakt me bang." "Je kan klagen wat je wil, schat. Maar je kan niet zonder me", wist Louis me te zeggen op een plagerige toon. Hij had wel gelijk, maar dat ging ik niet toegeven, dus stompte ik hem met mijn elleboog.
Ashley passeerde trots met Thomas aan haar arm en haar vriendinnen rondom haar. Wanneer ze ons voorbijliepen, zongen ze allemaal mooi in koor: "Freakshow!" Ze zouden trots moeten zijn op zichzelf, een woord met twee lettergrepen. Ik hield mijn mond en keek naar mijn handen die in mijn schoot lagen. Ik reageerde niet, dat gunde ik hen niet. "Luister niet naar hen," zei Louis, "ze zijn gewoon jaloers." "Tuurlijk", zei ik met enig sarcasme terwijl ik er in mijn hoofd op wat? aan toevoegde.
De bel ging. Louis zit in een andere klas als ik, dus hem zag ik niet meer voor 10 uur. Ik stond op, stak mijn oortjes terug in en liep door de hoofdingang het gebouw binnen. Terwijl ik achterom keek om te zien wie ook naar binnen kwam, liep er iemand tegen me aan. "Kijk toch uit je doppen!" riep ik, waarschijnlijk luider dan nodig was, aangezien ik mijn muziek aan had staan. Ik wist ook wel dat het mijn schuld was, ik lette niet op, maar ik had geen zin om me te verontschuldigen. Ik gunde de botser niet eens een blik, het enige wat ik zag waren zijn nette merkschoenen. Wat een snob, dacht ik nog en liep toen verder naar het fysicalokaal.
Ik ging binnen en zette mezelf links vooraan, mijn gewoonlijke plaats. De klas vulde zich langzaam en natuurlijk ging er niemand naast me zitten. Als laatste kwam de leerkracht binnen en hij sloot de deur. "Muziek af, mevrouw Morales." Elke keer zegt hij het en elke keer doe ik wat hij me vraagt.
Wanneer de les vijf minuten bezig was, deed iemand de deur open. Ik deed niet eens moeite om op te kijken. "Het spijt me, meneer. Ik ben nieuw en vond het lokaal niet", zei een stem die me iets te bekakt in de oren klonk. "Het is oké, zet u." Ik zag zijn voeten mijn kant opkomen, aangezien de plaats naast mij de enige was die nog vrij was. Het merkteken van zijn schoenen glom in het licht van de lamp. Neen, neen, neen, NEEN. Het was die snob die in de gang tegen me aanliep. Verrassend genoeg paste zijn stem perfect bij het karakter dat ik hem gegeven had.
“Is deze plaats bezet?” vroeg hij me met zoete stem. “Ik zou daar maar niet gaan zitten,” smeet Ashley in de groep, “straks verpletter je haar onzichtbare vriend nog!” Ashley nam het gelach van de klas met een brede glimlach in ontvangst. Ik wou haar graag fysiek pijn doen, maar aangezien ik wel manieren heb, deed ik niets. Mijn nieuwe buurman daarentegen was de rotopmerkingen natuurlijk nog niet gewoon. “Die onzichtbare vriend heeft tenminste meer hersencellen als jij.” Die zag Ashley niet aankomen en ze hield haar mond. Deze vreemdeling stond me gewoon te verdedigen tegen Ashley, wat een idioot. Zijn kansen op een goede reputatie waren meteen verdwenen als sneeuw voor de zon. Want daar gaat het toch allemaal om op school, niet? Een reputatie, ‘erbij horen’, populair zijn. Volgens mij is de middelbare school niet mijn sterkste punt, aangezien ik geen van de eigenschappen bezit.
“Het spijt me dat ik in de gang tegen je opbotste, ik ben zo verdwaald hier”, fluisterde de nieuweling me toe, zodra meneer Geens weer begonnen was met zijn les. Ik voelde dat hij me aankeek, wachtend op een antwoord. Dat kwam niet, ik negeerde hem. Maar hij gaf niet op. “Heb je ook zo’n hekel aan fysica?” Terwijl ik bleef noteren en mijn ogen niet van het bord afwendde, fluisterde ik hem toe: “Weet je dat je je enige kans op respect en een goede positie in deze school aan het verpesten bent door tegen mij te praten?” Ik hoorde hem grinniken. “Denk je dat ik wil dat die blonde slet me aardig vindt?” “Ja, want zo werkt het hier nu eenmaal. Iedereen wil bevriend zijn met Ashley en haar helpen de zwakkeren het leven zuur te maken. Zo is het gewoon.” Ik weigerde nog steeds hem aan te kijken. “Misschien ben ik niet het stereotype beeld dat jij hebt van iedereen op deze school.” Wanneer hij merkte dat ik niet meer zou antwoorden, hield hij ook zijn mond.
Ik negeerde hem ook tijdens het tweede lesuur, wanneer hij weer gedwongen naast mij moest zitten. Het was eigenlijk redelijk triest, de arme kerel deed zoveel moeite om een gesprek te beginnen en ik keek hem niet eens aan. Maar ja, realiteit is hard en hoe eerder hij dat besefte, hoe beter.
Ik was zo blij wanneer ik om vijf na tien naar buiten mocht. De kou die de januari met zich meebracht, voelde goed op mijn gezicht en het was bovendien gestopt met sneeuwen. Mijn haar was zo goed als droog en golfde langs mijn rug in bruine lokken naar beneden. Mijn tante wou altijd dat ik mijn haar liet knippen, maar ik vind mezelf er niet goed uitzien met haar tot net onder mijn oren. Niet dat ik er ooit goed uitzie, maar door de lengte van mijn haar kan ik me beter afzonderen. Het werkt als een soort scherm.
“Niet meteen achterom kijken, maar iemand bespioneert je.” “Een of andere nieuwe die denkt dat hij vrienden met me kan worden.” “Dat is mijn positie, wie denkt hij wel niet dat hij is?” zei Louis spottend, “Maar nu even serieus, waarom geef je hem geen kans?” “Het is een snob! Hij doet altijd zo gemaakt aardig…” “Wie zegt dat het gemaakt is? Sommige mensen zijn echt nog aardig. Niet iedereen is automatisch zoals Ashley.” Daar had Louis een punt. Die nieuwe had me verdedigd, wat ik wel apprecieer. “Ik heb gewoon geen zin om hem een kans te geven, oké?” “Jij moet het weten.” Louis ergerde zich aan mijn kinderachtige gedrag. Dat was geen verrassing, ik gedroeg me echt als een klein kind, maar ik had écht geen zin om een gemaakte glimlach op mijn gezicht te plakken en te doen alsof ik een blij en positief leven leidde, want dat was niet zo. als hij echt mijn vriend wou zijn, zou hij zich toch anders moeten gedragen.
Het belde weer. Twee uur wiskunde, hoe verzin je het? En blijkbaar was mijn nieuwe (gedwongen) buurman een of ander rekenwonder en voelde hij bovendien nog eens de drang om me met mijn problemen te helpen. Fantastisch.
In de afgelopen vier uur had ik hem nog geen enkele keer aangekeken. Ik was gewoon niet in de moed om sociaal te doen. Niet dat ik ooit zin had om sociaal te doen… De arme jongen had de hele dag al zoveel energie verspild aan mij.
Wanneer hij eindelijk eens zweeg, keek ik subtiel in zijn boek om wat antwoorden te checken. Maar ik werd afgeleid door zijn kaft. Zelfs al kon ik enkel de delen zien die niet door de A4-bladeren bedekt waren, viel het op dat hij over zijn hele kaft een symmetrisch patroon had getekend. Een patroon van lijnen, figuren en tekeningen. Het was werkelijk schitterend.
Na een moment had hij door dat ik zat te staren naar zijn kaft. “Heb ik zelf gemaakt, wat vind je?” “Wel, euh…” “Mevrouw Morales, wilt u misschien delen met de hele klas wat u te zeggen heeft?” Ik keek meneer Luyten, die plots recht voor me stond, aan en dook dan met mijn hoofd in mijn boek. “Dat dacht ik al.” En zodra hij dat gezegd had, begon het gegiechel en gefluister. Ik negeerde het. Ik sprak ook niet meer tegen de nieuwe (wiens naam ik nog steeds niet wist, niet dat ik er behoefte aan had om hem te weten) voor de rest van het vierde lesuur en ik was ontzettend opgelucht wanneer de bel eindelijk ging.
Ik verging van de honger. Wanneer ik buiten was, ging ik meteen naar de eetzaal. Ik vulde een tas met heet water en zodra ik alleen aan een tafel zat, voegde ik er het soeppoeder aan toe en begon te roeren.
Ik wachtte op Louis, maar het was de nieuwe die de stoel tegenover mij bezette. “Deze was vrij, neem ik aan?” “Ga je gang”, zei ik, zonder op te kijken van mijn soep. Het enige wat ik deed was nutteloos met mijn lepeltje in mijn tas roeren.
Ik was blij dat hij niet meer probeerde een gesprek te starten, maar de stilte duurde niet lang. “Zo zo, hebben we een nieuw lunchmaatje?” het enthousiasme in Louis’ stem was net iets te fel aanwezig, als je het mij vraagt. “Ik ben Louis.” “Tyler.” Nu wist ik ook meteen de nieuwe zijn naam. “Vernoemd naar iemand?” vroeg Louis aan Tyler. “Neen, ik ben lang niet zo interessant.” “Ik wel”, zei Louis trots. Asjeblieft, zeg het niet. Asjeblieft zeg het niet… “Mijn moeder is dol op ballet, dus heeft ze me vernoemd naar Lodewijk XIV, de Franse koning die het zowat heeft uitgevonden.” “Vertel jij dit aan iedereen?” vroeg Tyler hem. “Ja, meestal wel. Hoezo?” “Neen, gewoon. Ik bewonder je durf om zoiets te zeggen.” Ik moest niet opkijken, ik wist precies hoe Louis naar Tyler keek. Hij kon er niet tegen als mensen lachten met zijn naam.
“Kijk wie we daar hebben,” begon Tyler, “je glimlach!” Nu was het mijn beurt om Tyler dreigend aan te kijken en ik merkte nu pas waarom Ashley niet gereageerd had op zijn nare opmerking tegen haar. Ze wou overduidelijk dat hij haar leuk vond. Hij had ogen waar een vis zelfs in verdronk en de halve glimlach op zijn gezicht maakte hem nog aantrekkelijker. Zijn bruine krullen kwamen gedeeltelijk onder zijn grijze muts onderuit, die hij nonchalant had opgezet. Hij had de mouwen van zijn jeanshemd opgestroopt en je zag de aders over zijn onderarmen lopen. Hij was werkelijk adembenemend.
Ik merkte niet dat ik weer aan het staren was tot wanneer Tyler plots in Louis’ richting fluisterde: “Zit er iets tussen mijn tanden of zo?” Ik stopte meteen met staren en keek terug naar beneden, naar mijn tas soep. “Neen, ze heeft nu gewoon pas door dat je aantrekkelijk bent.” Tyler keek Louis raar aan en ik gaf hem een stomp onder tafel. “Gaat het een beetje, Louis?” vroeg ik hem sarcastisch en aanvallend. “Perfect, en met jou?” Die besloot ik te negeren. “Awkward…” was het enige wat Tyler zei. Hij had precies het juiste woord uitgekozen.
De rest van de middag verliep in stilte, die bruut verstoord werd door de bel die aangaf dat we naar de les moesten. Ik stoorde me niet meer aan Tyler, maar ik negeerde nog steeds al zijn vragen en opmerkingen. Wanneer Ashley een opmerking maakte, snauwde hij haar tweemaal zo grof toe. Tyler was een aanwinst en ik was zelfs bijna blij dat hij mijn vriend wou zijn.
Na een verschrikkelijke les geschiedenis (het maakt mij echt niet uit hoe ze duizend jaar geleden aan landbouw deden in Amerika…), pakten we onze spullen om naar chemie te gaan. Mijn nieuwsgierigheid was groter dan mijn drang om niet sociaal te zijn: “Waarom wil je mijn vriend zijn?” vroeg ik aan Tyler. Verrast door het feit dat ik iets zei, keek hij op. Hij glimlachte. “Je lijkt me… interessant.” “Interessant als in…?” “Anders, niet het type dat constant praat over de perfecte outfit of met welke jongen ze het voorbije weekend de lakens heeft gedeeld.” “Maar waarom doe je zoveel moeite terwijl ik je negeer?” “Ik wist dat je uiteindelijk wel tegen me zou moeten praten. Mijn plan werkte.” “Je bent een snuggere kerel”, moest ik eerlijk toegeven en aangekomen bij chemie, ging hij vrijwillig naast me zitten.


Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.