Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » A-Team » Where are the prisoners? » Where are the prisoners? Deel 26 (94-105)

Where are the prisoners?

2 aug 2013 - 14:28

9264

0

273



Where are the prisoners? Deel 26 (94-105)

HANNIBAL
Buiten adem bleef ik op de grond liggen. Opeens hoorde ik geritsel in de struiken. De eerste alligator ging over tot de aanval, maar voor hij bij me was viel het beest dood neer door een pijl die iemand had afgeschoten. De tweede alligator verdween in het water. Ik was kapot. Murdock hielp me overeind. Nadia vroeg of ik in orde was.
"Niet echt, heb er een hoofdwond aan overgehouden," zei ik.
Ik strompelde naar Nadia toen ze vertelde dat ze een spoor had gevonden. Het was vers. We volgden het spoor en troffen BA aan, hij was in gevecht met iemand. Ik had snel genoeg van de vechtpartij, pakte de vrouw bij haar schouder en trok haar weg van BA. Ze gaf niet zomaar op en draaide zich vliegensvlug om, om mij een dreun te verkopen, maar die slag blokkeerde ik met mijn arm. Ik slaagde erin om ook haar andere arm te pakken en duwde haar tegen de grond met de handen op de rug. Murdock kwam met boeien aan en sloeg haar erin. Toen we haar eenmaal vast hadden gemaakt trok ik haar overeind. BA ging meteen voor haar staan en stelde een vraag. Bij het antwoord keken we elkaar vol verbazing aan.
"Een wraaklustige moeder, dat heb ik nou nog nooit meegemaakt," zei ik verward.
Ze begon te lachen als een heks met een basstem. Ik vond het allemaal welletjes en duwde een doek in haar mond zodat het schreeuwen ophield.
"Je lach is erg slecht voor mijn oren en humeur," zei ik droog.
Ik baalde ervan dat mijn m16 ergens in het water lag en de hoofdwond irriteerde ook erg.
"Iemand suggesties wat te doen met haar?" vroeg ik.

B.A.
Als Hannibal ons vraagt wat we met de wraaklustige moeder zullen doen, zijn wij nog amper bekomen van verbazing. Wat kun je het beste doen met iemand die van buiten zo lelijk is als de nacht en van binnen kwade plannen uitbroedt? Koesteren als een diamant!
"Ze heeft een goed formaat om als schild te dienen als we de bunker naderen. Volgens Race is dat de meest beveiligde van allemaal! Face en ik passen er samen achter," stelt Murdock vast.
"Als we haar met hun eigen drugs inspuiten, haar een beetje hersenspoelen zoals ze dat met Hannibal en mij hebben gedaan, kan ze haar eigen legertje bewakers uitschakelen. Dan kunnen wij rustig toekijken en daarna naar binnen wandelen," grapt Face. "Alleen... hoe komen we aan dat spul?"
"Jij kunt je vermommen als haar en zo bunker III binnendringen. Ik stel voor om haar wel mee te nemen en om dan voor verwarring zorgen. Als de bewakers plotseling twee van die moeders zien: ééntje voor hen en ééntje achter hen, dan durven ze hen beide niets te doen, omdat ze niet weten wie de echte moeder van Troy en Ethan is," zeg ik tegen Hannibal.
Onze kolonel kijkt ons één voor één stilletjes aan. Zo te zien weegt hij af wat hij allemaal kan gebruiken van die ideeën.

SHERIFF
Ik had me voorgenomen om een inventarisatie te doen, om een idee te krijgen wie er nog allemaal vermist worden. Als ik eenmaal een stuk papier en een pen heb gevonden, loop ik eerst naar de blokhut en vraag aan iedereen bij welke ex-bewaker hij of zij hoort.
Na een half uurtje rondvragen weet ik dat Timo en Marcello hun zus hebben teruggevonden; Chris en Mitch hun vrouw en moeder; Roberto is herenigd met zijn vrouw en kinderen, maar hun baby is gestorven; Fernando heeft zijn oom en tante terug; Moody's ouders zijn gevonden; van Ritchie is alleen de dochter uit bunker II gekomen. Omdat er ook nog steeds mensen bij de medicijnman zijn, ga ik daar ook naar toe.

AUDREY
Het gesprek met Ritchie is er één met veel gekraak en herhalingen, maar ik weet nu dat het al wat beter gaat met Moody's ouders. Als er een mogelijkheid is, zal hij aan Murdock vragen om hen naar het ziekenhuis te vliegen. Ritchie brak heel abrupt het gesprek af, ik hoop maar dat dat een goed teken was. Terug in de ziekenzaal zit Moody naar me uit te kijken.
"En?" vraagt hij hoopvol.
"Het gaat al een beetje beter met je ouders. Maar Ritchie kon niet meer vertellen hoe de zaken ervoor staan, hij verbrak de verbinding. Daarom weet ik nog niet of Murdock met de helikopter hier heen kan komen.

NADIA
Ik liep achter Murdock en Hannibal door het paadje. Normaal met archeologische dingen liep ik altijd voorop met het hakmes, maar jah.. Hannibals wil is wet. Als we even later die kenau vinden, zie ik het schouwspel verbaasd aan. Wat een ontspoord wijf zeg! Een klein jongetje staat met open mond te kijken als blijkt dat zelfs BA, Murdock en Hannibal moeite hebben met dat mens. Ik kijk alle mannen schuin aan. Wat een heerlijke bende dit. Wat een groepje.
Even later hebben ze toch die kenau ingerekend en nou staan ze te overleggen. Ik zet een stapje dichterbij en kuch. Iedereen valt stil en kijkt me vragend aan. Ha, zeker niet gewend van een vrouw!
'Kan ik ook wat doen?' vroeg ik.
Hannibal kijkt twijfelend en neemt me niet helemaal serieus. BA gromt. Murdock kijkt me lachend aan en van Face kreeg ik geen hoogte.
'Ik kan echt wel wat hoor, GENTLEMEN. Ik weet hoe ik me voelde toen ik die spuit vol in mijn voet kreeg, wat trouwens mijn eigen fout was. Ik kan dat wel faken. Niemand anders die dat zo goed kan. Schieten met pijl en boog kan ik ook. Misschien is iemand van jullie zo goed om me te leren schieten met een pistool of M16?'
Hannibal trekt een wenkbrauw op, hij vindt het maar niets. Ik keek hem strak aan. Murdock kijkt me even tersluiks aan en zegt dan tegen de rest: 'Misschien kunnen we haar inderdaad leren schieten en de andere genezen mensen ook. We hebben dan een heel leger.'
Ik sloeg mijn armen over elkaar en wachtte af. Hannibal schudt nu resoluut zijn hoofd.
'Nee, zij is tot daaraan toe, maar ik ga die anderen geen geweer geven. Ze zijn niet onpartijdig, snappie? Ze willen iedereen wel overhoop knallen, uit wraak. Nee, no way!'
'Wat...!? Geef me maar een pistool, ik leer het mezelf wel.' Ik kijk de kring rond. 'Geen probleem hoor' voeg ik er cynisch aan toe. 'Hebben jullie ook geen last van me.'
Ik draaide me om en wilde weglopen.
'Nadia? Hier blijven. Niemand gaat alleen het oerwoud in. Jij al helemaal niet,' klonk de stem van Murdock.
Ik sta stil en draai me met tegenzin om. Kwaad kijk ik de mannen aan.
'En ik al helemaal niet? Omdat ik een vrouw ben zeker? Omdat ik beschermd moet worden zeker?' val ik boos uit.
Murdock schudt zijn hoofd.
'Nee, omdat je net genezen bent. We weten niet tot hoever dat gif doorwerkt.'
Hannibal viel ons kortaf in de rede: 'Jongens, die hoofdwond van me moet verzorgd worden en Nadia gaat niet mee. Er is nou al onenigheid. Dat gaat niet werken.'
Ik zucht en tel in stilte tot tien. Dan zeg ik uiterlijk rustig: 'Ik ben archeologe, avonturierster. We hadden een dorp gevonden, maar Ethan en zijn luitjes namen me gevangen en staken alles in brand, inclusief mijn vrienden. Ik heb drie weken stilgezeten, terwijl ik normaal altijd in levensgevaar ben, bij wijze van spreken. Ik leef voor het avontuur. Ik ken de geheimen van een oerwoud goed, weet hoe er mee om te gaan. Als jullie MANNEN het weer eens beter weten.. Slapjanussen...'
Hannibal zei kort: 'We gaan naar het dorp en nemen die kenau mee. We gaan alle MANNEN bij elkaar trommelen en vallen straks bunker III aan'.
Hannibal stak zijn pistool weg onder zijn broekriem en liep over het paadje terug. Het jochie huppelde achter hem aan. Face volgde en ik naast Murdock. BA sloot de rij, met de bewusteloze vrouw over zijn schouder. Murdock deed vergeefse pogingen een gesprek aan te knopen, die ik allemaal kort en chagrijnig afkapte. Zo gauw we in het dorp waren liep ik naar de hut waar mijn spullen lagen, stak alles in mijn koffer en zeulde die mee naar buiten, naar een andere hut. Mijn oude hut werd meteen klaargemaakt voor de nieuwe zieken, die we zeker konden verwachten als we bunker III zouden bevrijden.
Ik zat alleen op de boomstronk en leunde naar voren, mijn ellebogen op mijn knieën. Ik voelde dat mijn bloed begon te koken als ik terugdacht aan het hoogmoedige gedrag van Hannibal. Rusteloos stond ik op en begon te ijsberen.

HANNIBAL
Eenmaal aangekomen bij het kamp ging ik zitten. Het jochie ging meteen een indiaan halen.
"De wond is goed ontstoken," zei de indiaan.
Ik liep met hem mee naar een tent waar ik op één van de bedden moest gaan liggen, zodat de hoofdwond beter behandeld kon worden. Het jochie legde zijn koker met pijlen en zijn boog opzij, ging aan de andere kant van me zitten en pakte mijn hand. We konden elkaar gelukkig wel aankijken. "Knijp maar als het pijn doet," zei hij.
Ik glimlachte. "Laten we dat maar niet doen, ik kan wel tegen een stootje," zei ik tegen hem.
Ik zag op zijn gezicht een kleine glimlach.
"Laten we straks maar een sessie boogschieten doen, nu ik mijn m16 kwijt ben," zei ik.
De lach van het jochie verdween meteen toen hij dat woord hoorde.
"Wat is een m16?" vroeg hij.
"Dat is een lichtgewicht automatisch geweer dat werd gebruikt door het Amerikaanse leger, het is zwart/grijs van kleur," zei ik.
"Waar ben je het geweer verloren?" vroeg het jochie aan me.
"Het viel in het water tijdens een worsteling," zei ik.
Het jochie sprong op, nam twee indianen mee en verdween in het oerwoud. Ik wilde nog iets zeggen maar dat had al geen nut meer. Hij was al weg.
Een half uurtje later was me hoofdwond geheel schoongemaakt en verbonden en kreeg ik een kleine zwarte hoofdband om ter bescherming. Ik bedankt de indiaan voor het verzorgen en liep de tent uit. Het was nu tijd om iedereen bij elkaar te roepen en om over te gaan tot de aanval.
Als iedereen verzameld is, komen het jochie en de indianen terug met mijn wapen.
"Dit moet het zijn, precies zoals je omschreef," zei het jochie.
Het was hem inderdaad. Ik keek hem vol verbazing aan en wist even niet wat ik moest zeggen. Hij omhelsde me.
"Nu kan je wel met je geweer schieten en hoeft het niet met pijl en boog," zegt ie tegen me.
Ik hurkte bij hem en sloeg mijn arm om hem heen.
"Dank je wel voor het terugvinden," zei ik terwijl ik hem een knipoog gaf.
Hij liet me los, klom direct weer in een boom en hield de boel in de gaten. Herenigd met mijn m16 liep ik rond in het kamp en zag ik Nadia zenuwachtig heen en weer lopen. Haar woorden begonnen me aan het denken te zetten. Ze was dan weliswaar gevangen genomen door de vijand, haar een geweer gaan geven was niet goed. Ik liep naar haar toe en ging zitten op de boomstam.
"Waarom wil je nou zo graag mee? Om al die bewakers neer te knallen uit wraak? Wij als team zijn geen moordenaars, dat moet je weten. Omdat je nog maar net bent hersteld en ik niet voor verras-singen wil komen te staan, houd ik je hier. Je mag de geheimen van het oerwoud dan wel kennen, maar ik wil geen onnodig risico met je lopen en dat moet je begrijpen. Schieten met een pistool of m16 heb je nou eenmaal niet binnen vijf minuten geleerd," zei ik tegen haar.

MURDOCK
Nadia wilde boos weglopen, maar ik riep haar terug en zei dat ze niet alleen het oerwoud door mocht lopen.
"En waarom niet? Omdat ik een vrouw ben zeker?! Omdat ik beschermd moet worden zeker?!"
"Nee, omdat je net bent hersteld en we niet weten tot hoever het gif doorwerkt," zei ik.
Hannibal viel ons in de reden en begon over zijn hoofdwond die verzorgd moest worden. Hij zei dat we naar het dorp gingen en straks alle mannen zouden optrommelen om over te gaan tot de aanval op bunker III. Hij liep direct weg.
Tijdens het tochtje terug probeerde ik nog een gesprek met Nadia aan te gaan, maar dat kapte ze af.
Toen we eenmaal in het kamp waren, werd Hannibal naar een tent gebracht. Ik keek het allemaal aan.
Hij moest gaan liggen en ik hoorde iemand zeggen dat de wond op zijn hoofd al goed was ontstoken. Het jochie dat hem had geholpen met boogschieten zat bij hem. Ik maakte me, samen met Bob, klaar voor de grootste klus: het bevrijden van de gijzelaars in de derde bunker.

NADIA
Als Hannibal op me af komt, stop ik met heen en weer lopen en kijk hem nijdig aan. Als hij gaat zitten en uitlegt waarom hij mij niet mee wil hebben, haal ik mijn hand door mijn haar en slaak een diepe zucht. Ik ga naast hem op de boomstam zitten en kijk strak naar voren. Dan kijk ik ineens naar rechts en zeg, terwijl ik hem recht in zijn ogen kijk: 'Nee, niet om ze om te leggen. Natuurlijk niet, ik ben geen moordenaar. Ik wil alleen wat te doen hebben! Nu zit ik hier te niksen, terwijl zij misschien onschuldige mensen vermoorden met dat gif. Ik heb het er goed vanaf gebracht, omdat ik vaker blootgesteld ben aan gif. Als jullie er niet waren geweest, was ik ook gestorven. Ik ben zo blij dat er nog helemaal niemand is overleden.'
Hannibal keek weg. Met grote ogen vroeg ik, bang voor het antwoord: 'Wat?!'
Hannibal antwoordde: 'Er is een baby'tje dood gegaan, net voordat wij kwamen.'
Ik draai mijn hoofd weg terwijl ik diep inadem van ergernis. Dan ga ik staan en kijk hem weer aan.
'Nog een reden. Jullie kunnen elke hand gebruiken en ik verveel me echt hier. Ik kan niet rustig aan de zijlijn staan. Ik heb actie nodig!'
'Maar je kan niet schieten,' bracht Hannibal ertegenin.
'Nou en? Dat weten jij en ik, maar zij niet. Geef me een pistool en ik kan het leren. Met pijl en boog kan ik het ook. Nou?'
Hannibal schudde zijn hoofd.
'Geef me een KANS! Kom op zeg, wat is dit!? Durf je het niet aan? Bang om ongelijk te krijgen?'
Ineens hoorden we iemand achter ons kuchen.
'Wat?' zeiden we in koor, Hannibal verbaasd, ik geërgerd.
Murdock stond achter ons. Boos draaide ik met mijn ogen.
'Sta je ons af te luisteren?'
Hij haalde zijn schouders op en keek me aan.
'Sorry, jullie praten nogal hard.'
'Is het dringend, Murdock?' vroeg Hannibal.
Murdock schudde zijn hoofd.
'Wil je dan alsjeblieft even weggaan? We zijn aan het praten,' zei ik.
Murdock liep weg. Ik keek Hannibal, een kop groter dan ik, doordringend aan en vroeg: 'Wat ga je nou doen? 'Wil je me alsjeblieft een kans geven?”

HANNIBAL
Ik stapte van de boomstam af en gebaarde dat Nadia mee moest lopen. Met twee pistolen liep ik naar een afgelegen gebied en deed een magazijn in het pistool. Ze keek geïnteresseerd toe hoe ik het wapen op scherp zette.
“Ook proberen?” vroeg ik aan haar.
Ze knikte enthousiast. Ik deed het nog een keer voor en ze deed me precies goed na. Ze had er blijkbaar feeling voor.
“Oké, om pistool te leren kennen, moet je een paar keer schieten. Er zitten nu vijf kogels in; schiet eens tegen die stenen aan,” zei ik.
Ze deed wat ik vroeg en ik bekeek het resultaat.
Het was op zich een net rijtje, alleen de twee beginkogels die zaten niet goed bij de andere drie.
“Andere test,” zei ik.
Voor me lagen twee planken die ik tegen een paar stenen had neergezet. Ik schoot de eerste plank met één kogel kapot en keek Nadia daarna aan.
“Je kunt een pistool op scherp zetten, dus doe dat maar eens en kan je die plank kapotschieten?”
Ze knikte moedig en zette het pistool op scherp. Het eerste schot ging naast maar met de derde kogel was de plank kapot. Ik keek verbaasd naar het resultaat. Nadia gaf het pistool aan me en liep meteen naar de plank. Ze had me dan wel doen twijfelen, toch bleef ik het te gevaarlijk vinden om haar nu met ons mee te laten doen. Even later liepen we samen terug naar het kamp.
“Ik ben onder de indruk van het resultaat en ga eens kijken in welk team ik je eventueel neer kan zetten,” zei ik terwijl ik haar een knipoog gaf.

AFKE
“Hé zusje, hoe voel je je?” vraagt Peter.
Meteen begin ik te huilen en sla mijn armen om hem heen.
“Het is echt zo verschrikkelijk geweest. Ze spoten ons allemaal in met… met een… soort van gif of zoiets. Het prikte ook helemaal.”
Het wordt een beetje zwart voor mijn ogen en ik zak weg. Mijn broer probeert me wakker te houden.
“Peter… Peter…. Peter” Ik blijf zijn naam herhalen tot het zwart voor mijn ogen wordt.

PETER
De indiaan die bij ons zit, giet meteen een medicijn in haar mond. Waarom moest Troy mijn zusje ontvoeren? Waarom? Misschien om iets achter de hand te hebben als er iets misgaat? Afke’s voorhoofd is helemaal bezweet en de indiaan veegt er met een lap stof overheen. Ze zal toch niet bezwijken? Even later komt ze gelukkig bij en ik zucht een keer diep.
“Fijn dat je er weer bent, zusje!”
Dan begint ze over één of andere vriendschap te vertellen.
“Ze was heel aardig en kwam ook wel eens voor me op. Ken jij toevallig één of andere Ritchie?”
Afke kijkt me serieus aan.
“Ja, waarom?”
“Ze vroeg altijd aan iedereen die nieuw binnen werd gebracht of ze ook wisten hoe het met Ritchie ging,” antwoordt ze.
"Maar waarom werd jij ontvoerd? En hoe ben je in vredesnaam ontvoerd?" wil ik weten.
"Floris is een bewaker van Troy. Hij werd onder druk gezet door Troy. Ik was op de begraafplaats om naar het graf van pap en mam te gaan. Toen ik er bijna was werd ik bewusteloos geslagen en ben hier weer wakker geworden," antwoordt ze.

FACE
Hannibal is nergens te vinden. Ik controleer of ik mijn pistool nog bij me heb. Ik voel even aan mijn broek en ja hoor… gelukkig heb ik ‘m nog. Ik loop naar Murdock toe die verderop in een boom zit. Hij is zo te zien weer eens met Billy aan het spelen. Aan hem heb ik dus ook niets!
“Hé Faceman, kun je Billy even optillen, anders moet ik uit de boom en Billy kan er niet alleen in klimmen,” roept Murdock.
Ik loop naar hem toe en geef Billy zogenaamd aan hem.
“Bedankt Faceman!”
“Geen dank,” zeg ik zuchtend.
Ik ga bij het water op een steen zitten en was mijn gezicht. Ik ben me ervan bewust dat er zich gevaarlijke alligators in het water bevinden maar dat kan me niets schelen, zolang ik mijn pistool maar bij me heb. Dan komt er opeens eentje aan. Snel sta ik op, maar het is al te laat, de alligator heeft mijn arm al te pakken.
“HANNIBAL! B.A.! NADIA! MURDOCK! PETER! HELP!!! HE…”
Dan ga ik kopje onder. De beet doet meer pijn dan ik verwacht had en de alligator sleept me mee. Maar waarom? We gaan door de rivier heen en alle alligators volgen ons. Als we eenmaal op het droge zijn, zitten ze allemaal om me heen. Ze zullen me toch niet opeten? Eindelijk heeft de alligator me losgelaten. Ik zie dat mijn arm flink bloedt en bind er snel mijn shirt omheen. De alligator die me meenam hapt naar mijn broek en wil me weer meenemen.
“Ik kom al. Ik kom al!”
Het is maar een paar stappen en dan laat hij mijn broekspijp weer los. Er ligt een soortgenoot met een flinke wond en een briefje erbij. Dat heeft iemand zeker verloren. Ik lees het hardop voor.
“Vanavond gevangen verplaatsen!”
Het ging de alligator niet om het briefje maar om de gewonde alligator. Dan mijn jas ook maar opofferen! Ik bind de jas om de wond heen. Dan komt er iemand aanlopen. Snel ga ik er vandoor. Het is ijskoud water vooral in je blote buik. Als ik eenmaal op het droge ben zie ik dat de alligator me is gevolgd.
“Ach, kom maar mee dan.”
De alligator sjokt rustig met me mee al vertrouw ik hem niet helemaal. Gelukkig doet ie me niets. De anderen deinzen achteruit als ze mij zien met de alligator.
“Uhm… jongens, mag ik jullie voorstellen, dit is Wally,” lach ik.
“Face, ga bij hem weg!” zegt B.A..
“Ach, kom op jongens, hij doet je niets.”

B.A.
Hannibal kijkt ons stilletjes één voor één aan. Zo te zien weegt hij af wat hij allemaal kan gebruiken van die ideeën. Als Nadia er bij komt staan barst er een discussie los tussen haar en Hannibal waar ik niet bij blijf staan. Ik pak de moeder van Troy en Ethan op en wacht tot de anderen ook eens klaar zijn om naar het dorp terug te keren. Big Mom stop ik in bamboekooi, die ik goed sluit en voorlopig laat bewaken.
Ook in het dorp zit Nadia aan Hannibals hoofd te zeuren en ik geloof dat ie haar nog gaat leren schieten ook. Ik schud m’n hoofd en vraag me af: Hannibal waar zijn je principes? Je lijkt Face wel, die valt ook voor alles wat vrouw is. Maar ondertussen weet nog steeds niemand welke strategie we gaan volgen. Murdock, Face en ik hebben ideeën aangedragen, maar Hannibal heeft nog steeds geen duidelijkheid verschaft. Zo kun je geen streng beveiligde bunker III gaan aanvallen! We moeten weten hoeveel mensen we nu tot ons beschikking hebben. Misschien zijn er wel bewakers bij die bij hun familieleden willen blijven! Als ik door het dorp heen loop om hen dat te vragen, kom ik Frank tegen bij de medicijnman. Ook hij loopt met pen en papier in zijn hand al dingen te regelen.

SHERIFF
In de tent van de medicijnman liggen en zitten nog verschillende vrouwen en kinderen. Ik vraag of ik naar binnen mag. Hij kneust bladeren op een stenen plaat en kijkt even op van zijn werk. Hij werpt me een blik toe die voelt alsof ik door een röntgenapparaat ga. Dan knikt hij. Misschien is dat zijn manier om in te schatten met wat voor persoon hij te maken heeft. Rustig stap ik naar binnen om de zieken niet te verontrusten. Bij de vrouw die er het fitste uitziet, ga ik op mijn hurken zitten. Ik vraag of ze Amerikaans spreekt, waarop ze aangeeft dat ze me wel kan verstaan, maar dat ze het zelf niet zo goed spreekt. Nou heb ik van Murdock geleerd, dat als je met een Spaans accent praat dat wonderen doet bij Spaanstalige bevolking. Dus dat probeer ik maar eens uit. Na een gesprekje met het nodige handen- en voetenwerk kom ik erachter dat zij de vrouw en kinderen zijn van Arlando. Als ik vraag waar hij is, antwoordt zij dat hij eten haalt voor hen. Ik wens hen sterkte en ga naar een vrouw die in haar eentje angstig om haar heen zit te kijken. Als ik nader kruipt ze helemaal in elkaar. Het lijkt me beter om haar met rust te laten en ik loop door naar een bed waar een vrouw ligt te rusten. Ze heeft een paar natte doeken over haar armen en benen liggen, ze was waarschijnlijk gewond. Als ik haar wil groeten en me wil voorstellen, hoor ik een bekende stem achter me en de ogen van de vrouw lichten op.
"Daniël!"
"Ha, die Frank. Mag ik je voorstellen? Dit is m'n vrouw Monique."
De vrouw spreekt Amerikaans en vraagt wat ik kom doen. We praten een poosje met elkaar en dan wil ik graag weten of zij de bange vrouw aan de overkant kennen. Zowel Daniel als zijn vrouw schudden hun hoofd. Maar Monique lost het raadsel op. Ze spreekt de vrouw aan in het Spaans en vraagt van wie zij familie is. De bange vrouw heeft nog geen bekenden gezien. Zou ze dan familie zijn van een bewaker van bunker III? Monique stelt haar nog een paar vragen en komt dan te weten dat haar broer Julio heet.

AUDREY
De dokter is ondertussen langs geweest en heeft Moody opdracht gegeven om een beetje in beweging te komen. Van het ziekenhuis heeft hij een schoon operatiehemd gekregen. Andere kleding heeft hij niet meer. Zolang hij in zijn kamer blijft is dat niet zo erg, maar als ie straks de gangen op mag...
"Zie jij het zitten om wat kleding voor me te kopen?" vraagt Moody voorzichtig.
"O ja, hoor. Welke maten heb je?"
"Wil je alleen niet in je eentje gaan?!"
"Ben je bang dat er in de stad ook nog mannen van Troy rondlopen die achter mij aan zullen gaan?"
"Ja."
"Zal ik vragen of Lydia meegaat?"
Moody knikt en schuifelt terug naar z'n bed, bekaf van de eerste stappen na zijn operatie.
Als ik vertrek om boodschappen te doen, geven we elkaar een knuffel en fluistert hij me in m'n oor: "Voorzichtig doen, hè?!"
Bij de deur doe ik net alsof ik stiekem het ziekenhuis wil verlaten omdat er gevaarlijke mannen rondlopen en sluip naar buiten. Binnen moet Moody lachen, maar dat bevalt hem slecht: zijn buik doet pijn als hij lacht.
Ik bel de ambassade op en vraag aan Lydia of ze zin heeft om te winkelen. Ze regelt meteen dat Lesley op de jongens past en zegt dat ze me bij het ziekenhuis ophaalt. Niet veel later komt de limousine van de ambassade aanzoeven en helpt de chauffeur me glimlachend met instappen.
"Waar willen de dames heen?" vraagt hij met pretoogjes.
Blijkbaar vindt hij deze ritjes een aangename afwisseling.
"Kledingwinkels alstublieft, meneer."
"U mag wel Hudson zeggen, juffrouw Audrey."
We lopen lekker te winkelen, met Hudson als een schaduw achter ons aan, en hebben al snel een paar leuke shirts en broeken voor Moody gevonden. Daarna zijn we zelf aan de beurt en lopen niet veel later met handen vol tassen over straat. Als we bij stoplichten de straat oversteken om terug te gaan naar de limousine en kriskras door de in tegenovergestelde richting lopende mensenmassa gaan, botsen we bijna tegen twee kerels op.
Na een "Sorry!" lopen we door, maar Hudson, die blijkbaar niet alleen chauffeur en onze begeleidende gentleman is, legt plotseling zijn handen op onze schouders en sist tussen ons in:"Blijven lopen!!!"
"Wat...?" wil ik vragen.
"Waarom...? wil Lydia weten.
"Ssst! Doorlopen en snel de limousine in. Hier!" sist Hudson en geeft een autosleutel.
De kerels waar we tegenop botsten, draaiden zich halverwege het zebrapad om en komen achter ons aan. En Hudson merkte dat op. Als wij op de stoep aankomen en met stevige pas naar de limousine lopen, kijken we even achterom en ontdekken de kerels vlak achter Hudson. Een van hen duwt Hudson opzij.
"Ga eens opzij, pinguïn!"
Plotseling horen we achter ons schreeuwen: "Ja, ze is het!"
Hudson is echter niet voor de poes en tackelt de man. De ander, die nog achter hem liep, krijgt een flinke maagstoot te verduren, zodat er twee kreunende en vloekende mannen op de stoep zitten.
"Laat de dames met rust, heren. Anders krijgt u met mij te doen."
Hudson slaat het denkbeeldige stof van zijn handschoenen en vervolgt zijn weg naar de limousine waar wij geschrokken, maar veilig achter gewapend glas zitten.
"Hudson, je was geweldig!"
"Terug naar het ziekenhuis, juffrouw Audrey?" vraagt de grijzende man onverstoorbaar alsof het de gewoonste zaak van de wereld is dat hij zulke gasten uitschakelt.
Lydia en ik kijken elkaar aan en zeggen dan in koor:"Graag, Hudson.

HANNIBAL
Nadat ik Nadia een kleine schiettraining had gegeven, zat ik na te denken over een plan. Dezelfde manier met die dierengeluiden vond ik wat overdreven, misschien dat die mannen nu daarvoor waren gewaarschuwd. In de tussentijd stak ik een sigaar op en had de twee pistolen weggestopt onder mijn broekriem. Ik schudde mijn hoofd en zuchtte. Marcello kwam opeens naar me toe. Ik keek op.
"Heb je hulp nodig voor een plan?" vroeg hij.
Ik begon te lachen.
"Kun jij gedachten lezen?"
"Een voorgevoel, ik heb een kaart en hier staat die derde bunker. Je zou een aanval via het water en via deze kant kunnen doen, alleen is dat wel gevaarlijk."
"Ik ga niet nog eens spelen met die alligators, no way," zei ik met een glimlach.
Ik bekeek de kaart eens goed en knikte.
"Ja, dat is het. Roep de mannen bij elkaar dan bespreken we het plan," zei ik.
Als we de mannen bij elkaar willen halen zie ik opeens Face met een alligator in het kamp staan.
Het beest keek raar uit zijn ogen ik schrok me rot en deed meteen wat passen achteruit. In paniek trok ik mijn pistool.
"Face, wat doe jij nou hier met dat beest?" vroeg ik geschrokken.
De alligator rende met zijn bek open op me af. Ik had het pistool dan wel in mijn handen maar pakte een plank en zette die verticaal in zijn bek.
"En jij wilde bijten? Als je op een kogel wilt kauwen, schiet ik er graag één in je lijf," zei ik kwaad tegen de alligator die tekeer ging met die plank.
Als ik de alligator neer wil schieten staat Face ervoor.
"Ga opzij," zei ik tegen hem.

NADIA
Ik was wat dingen in gereedheid aan het brengen voor een schiettraining voor mezelf, als ik Face uit het woud zie komen. Hannibal, die met mijn broer stond te praten, sprong op en zwaaide in paniek met zijn pistool. Ik greep mijn pijl en boog, maar zag dat Marcello zijn holster had laten liggen. Snel greep ik het pistool eruit. Geladen? Nope. Snel propte ik er vijf kogels in. Hannibal had een alligator een plank te eten gegeven en dat vond ie niet zo leuk. En net toen Hannibal de alligator overhoop wilde schieten, ging Face ervoor staan. Spoorde die knapperd wel!? Alligators zijn de minst betrouwbare dieren op de planeet! Ik laadde mijn pistool door en liep achterlangs. De alligator zwaaide woest heen en weer terwijl Hannibal met Face aan het praten was. Ik richtte op het beest en vuurde. In één schot dood. Face draaide zich verschrikt om.
'Hij wilde je aanvallen, vriend,' zei ik.
Face keek beteuterd.
'Gaat het wel?' vroeg ik bezorgd.
Hij knikte en liep met hangende schouders weg. Ik haalde mijn schouders op, gaf Hannibal een knipoog en keek hem veelbetekenend aan. Ondertussen herlaadde ik mijn pistolen. Hij keek als eerste weg. Ha, wederom een overwinning. Ik draaide me om en liep weg. Ik had mijn trainingskleren aan en liep op stevige schoenen. Terug op het afgelegen terrein probeerde ik een plank kapot te schieten, net als Hannibal had gedaan.

HANNIBAL
Ik had het helemaal niet op die alligators maar Face maakte het pas echt bont.
"Het beest doet je niks," zei hij tegen me.
Als hij zijn zin heeft afgemaakt, klinkt er een schot en ik kijk naar de alligator die dood voor me ligt.
Nadia stond achter het beest met een pistool in haar handen. Ze gaf me een knipoog en keek me veelbetekenend aan. Ik keek meteen de andere kant op. Face knielde bij de alligator neer en ik stopte mijn pistool weer onder mijn broekriem. Ik haalde opgelucht adem, maar Face was razend en verdrietig tegelijkertijd.
"Face, we hadden geen keus dan de alligator te doden. Deze beesten zijn reuzengevaarlijk," probeerde ik uit te leggen.
Hij keek me venijnig aan. Ik zuchtte en keek naar het beest. Ik haalde iedereen die in het kamp aanwezig was op voor het plan om de derde bunker aan te vallen. Als we even later allemaal bij elkaar zijn, kijk ik iedereen aan.
"Zoals we de eerste keer hebben gedaan, gaan we eerst de bunker inspecteren. Volgens Race zijn er vele camera's dus moeten we extra voorzichtig zijn. Ik ga samen met de indianen naar de linkerkant en verken het daar. Murdock, ik wil dat jij samen met Face een schatting maakt van de bewakers die er rondlopen. We moeten de camera's in die tussentijd kapot zien te schieten. Misschien dat we daar mijn boogschietleraar en Nadia voor kunnen gebruiken."
Het jochie begon te lachen en omhelsde me uit blijdschap dat hij iets mocht doen.
"Zodra de camera's kapot zijn en de hoeveelheid bewakers is geschat, zijn zij aan de beurt. Op de kaart staan vier kanten om vanaf aan te vallen, waarvan er één afvalt dus drie kanten. Het water is te gevaarlijk vanwege die alligators, maar deze kant is ook erg interessant. Volgens Marcello staan er genoeg struiken om je te verbergen. Wat we ook kunnen proberen is de dierengeluidentactiek en anders hebben we de voordeurtactiek nog. Wat zeggen jullie ervan?"
Toen ik uitgepraat was keek ik het team aan.

B.A.
Toen Face ging lopen treuren om een gevaarlijk beest dat hem in één keer had kunnen doden, schudde ik m'n hoofd. Volgens mij begint onze luitenant een beetje last van tropenkolder te krijgen.
Hannibal maakte uiteindelijk zijn plan bekend en zoals altijd vulden we elkaar aan bij het uitwerken van details. Hannibal gaat met drie indianen op verkenning uit en neemt onze verrekijker mee om de camera's op te sporen, die het indianenjongetje en Nadia daarna zullen kapotschieten met pijl en boog. Met een geweer werkt dat sneller en preciezer, maar als je niet ontdekt wilt worden, is dat een goed alternatief. Murdock en Face gaan bewakers tellen. En ik houd, met een aantal ex-bewakers, de achterkant van de bunker tijdens de voorbereidingen in de gaten, aan de andere kant van het water. Eén van de indianen maakt fluitjes van bamboe en loopt ze aan iedereen uit te delen, zodat we kunnen communiceren in de taal van het oerwoud. Hannibal roept ons daarmee bij elkaar, waarna we in ploegen gaan aanvallen. Ik heb snel even rondgekeken wat voor soort mannen en vrouwen we allemaal tot onze beschikking hebben en dat ziet er niet slecht uit. Giovanni en Roberto, de bewakers die te emotioneel waren na de operatie bij bunker II, blijven in het dorp en kunnen hier nuttig werk verrichten. De groepsverdeling voor de verkenning heeft Hannibal al verricht, ik neem de taak op me om de mannen in te delen voor de uiteindelijke aanval.
Hannibals groep bestaat uit Bob, Chris, Mitch, Nadia, Murdock, Face en twee indianen. De groep van Frank bestaat uit Marcello, Fernando, José, Daniel, Monkey, twee indianen en mij. Geronimo's groep bestaat uit Ritchie, Timo, Benjamin, Arlando, Rio, Peter en twee indianen.
Ik heb de sterkste mannen uitgekozen voor de groepen, de anderen zorgen voor de dekking op afstand, daar zitten goede schutters bij, zowel met geweren als met pijl en boog. Het enthousiaste jongetje mag zich bij deze mannen en vrouwen voegen.
Ik maak m'n wapens nog even schoon en doe wat oefeningen om scherp en soepel te worden. Zo... ik ben er klaar voor.

FACE
“Het is ook nooit goed hè?!?!?” roep ik kwaad. “Als ik een keer een plan heb, wat doen jullie dan?! Jullie verpesten het meteen!”
Kwaad loop ik weg na nog even huilend bij Wally te hebben gezeten. Ik merk dat Nadia me achterna loopt en ga op een steen zitten.
“Rot alsjeblieft op!”
Nadia kijkt me aan en loopt weg. Ik wil even alleen zijn en zucht een keer. Hannibal vroeg dan wel aan ons of we een suggestie hadden, nou dat had ik. We konden Wally toch gebruiken om zo de bewakers van bunker III bang te maken? Maar ja dat kan nu niet meer want Wally is dood. Dan tikt er opeens iemand op mijn schouder. Het is Murdock.
“Ik dacht ik zal eens kijken hoe het met Face gaat,” zegt hij.
Hij is dit keer helemaal niet grappig maar de enige die me begrijpt. Hij heeft ook een keer voor een tijdje een kleine krokodil bij zich gehad en dat mocht allemaal wel!
“Ik heb een nieuw shirt voor je meegenomen.”
Ik pak het shirt aan en trek het aan. Dan wil Hannibal dat we ons verzamelen. Ik ben het echt helemaal zat. Ik wil in eerste instantie niet meer meegaan en het liefst naar huis, maar als Murdock zegt dat ze me nodig hebben, loop ik toch met hem mee naar Hannibal toe. Ik zit in de groep van Hannibal die bestaat uit Bob, Chris, Mitch, Nadia, Murdock en twee indianen. Ik ben blij dat ik tenminste bij Murdock in de groep zit. Jammer dat Nadia in onze groep zit. Ik heb echt een hekel aan haar gekregen vanaf het moment dat ze Wally doodschoot. Murdock liep naast me.
“Hé Murdock, moet je opletten,” fluister ik.
Ik pak mijn bidon en gooi het water over Nadia, die dan drijfnat is. Murdock en ik schieten in de lach.
“Kinderachtige kleuters,” krijgen Murdock en ik te horen.

NADIA
Het laden van mijn pistool, of eigenlijk Marcello's pistool, ging soepel. Het schieten ging echter wat minder, maar ik schoot al aardig op. Die alligator had ik met één kogel plat. Als ik even later geroepen word door Timo omdat Hannibal zijn plan bekend ga maken, spring ik op, stop mijn pistool onder mijn broekriem, hang mijn pijl en boog om en loop samen met Timo naar de groep. Ik sla mijn arm om Timo heen en leg mijn hoofd op zijn schouder. Als we bij de rest van de groep aankomen, en als Hannibal ziet hoe, kijkt hij me vreemd aan. Ik grijns. Vol spanning wacht ik af of Hannibal mij in zijn plan nodig heeft. Yes! Ik mag de camera's kapot schieten. Makkelijk karwei, hoewel je absoluut niet gezien mag worden. Maar goed, als ik daar eenmaal klaar mee ben, zal ik ook wel mee mogen de bunker in. Marcello komt naast me staan en wijst glimlachend op ‘mijn’ pistool. Ik grijns.
Hij zegt: 'Ik vraag wel een nieuwe!'
'Thanks,' fluister ik.
Als mijn broers horen dat ik mag meevechten, betrekken hun gezichten. Ik kijk ze één voor één aan.
'Wat?' fluister ik.
Ze schudden hun hoofd en gebaren dat ik naar Hannibal moet luisteren. Het plan is duidelijk, hoewel ik geen idee heb welke namen er bij welke mannen horen. Dat zal wel. Ik krijg ook een fluitje in mijn handen geduwd, inclusief instructies. 1 keer kort: kust is veilig. 2 keer kort: pas op, bewaker! 1 keer lang: gevaar! 2 keer lang: terugtrekken. Ik herhaal het voor mezelf.
Hannibal vertrekt even later met een aantal indianen het woud in. Voor ons breekt een tijd aan van voorbereidingen. Ik loop naar de kleine boogschutter toe en hurk bij hem neer. Hij kijkt me aan.
'Ben jij Nadia?'
Ik knik en steek mijn hand uit.
Hij schudt mijn hand en zegt: 'Jij bent stoer, net als Hannibal. Gaan jullie trouwen?'
Verbaasd zeg ik: 'Euh.. nee, was ik niet van plan. Hoe heet jij, kleine man?'
Hij antwoordt trots: 'In jullie taal heet ik Eugon.'
'Dat is een mooie naam', antwoord ik. 'Ben je er klaar voor?'
Hij knikte geestdriftig.
'Mooi. Ik nog niet, dus ik ga er even vandoor. Zie je zo, dappere medestrijder.'
Ik gaf hem een knipoog en liep toen weg. Marcello kwam naast me lopen.
'Doe je voorzichtig, zusje?'
Ik keek hem aan en knikte.
'Tuurlijk joh!'
Hij omhelsde me en Timo volgde zijn voorbeeld. Ik dook toen mijn hut in en zocht alles uit wat ik nodig mocht hebben. Mes, hoed, kogels, pistool, stevige schoenen, fluitje en mijn pijl en boog natuurlijk.
Toen Hannibal even later terug was, liep hij op mij en Eugon af. Hij nam zijn kaart en wees ons aan waar de camera's hingen. Het waren er maar liefst zeven. Ik slaakte een zucht en tekende ze op een kopie van de kaart. Eugon stond al te springen en kon haast niet wachten. Hannibal en ik stonden naast elkaar over de kaart gebogen en onze schouders raakten elkaar.
'O, sorry,' antwoordde ik, terwijl ik hem aankeek.
Ineens viel me op dat zijn ogen ontzettend blauw waren. Ik glimlachte en keek snel weer naar de kaart.
'Hoe moet ik die camera's onschadelijk maken: met een mes, een pistoolschot of met pijl en boog?'
Hannibal antwoordde: 'Eerst met de hand proberen, als dat niet lukt met je pijl en boog. Pas goed op Eugon, oké?'
Ik knikte en haalde diep adem. Hij legde zijn handen op mijn schouders en zei: 'Succes. Je kan het.'
Ik keek hem aan en zei: 'Dank je dat ik mee mag doen. Ik doe mijn best. Jullie zijn in de buurt?'
Hij knikte.
'Oke, let's go.'
Ik nam Eugon aan de hand en samen liepen we het woud in, op weg naar de bunker. Het dorp zwaaide ons uit en de andere mannen volgden ons. Hannibal boezemde me vertrouwen in. Hij liep voorop, daarna kwam mijn groep. Bob, Chris, Mitch, Murdock, Face en twee indianen, ik probeerde de namen bij de gezichten te onthouden. Even later waren we op een punt gekomen dat Eugon en ik in actie moesten komen. Het fluitje hing aan een veter om mijn nek. Zelfverzekerd liepen we verder, op zoek naar de eerste camera.

PETER
Ik ben ingedeeld in de groep van Geronimo die bestaat uit Ritchie, Timo, Benjamin, Arlando, Rio en twee indianen. Ik ben blij dat ik bij mijn ex-collega’s zit want zo kunnen we flink wat teamwerk leveren omdat we al eens eerder met elkaar hebben samengewerkt.
Met zijn allen sluipen we door het oerwoud. Daar komen we een alligator tegen. Ik bedenk me geen moment en schiet het beest meteen dood. Arlando fluit twee keer kort. Iedereen duikt meteen in elkaar. Er komt een bewaker langs onze groep die we van achteren grijpen en meteen knock-out slaan. Dan fluit ik zelf één keer kort want dat betekende in dit geval dat de kust weer veilig was.

LYDIA
Nu stapt Hudson ook in en rijden we naar het ziekenhuis. Als we bij Moody de kamer instappen, verschijnt er een glimlach op zijn gezicht. Die is zichtbaar blij ons te zien. We geven hem de kleren die hij meteen probeert aan te trekken, maar het lukt hem niet omdat hij nog zwak is van de operatie.
“Rust eerst nog maar lekker even uit,” zeg ik tegen hem.

LESLEY
Lydia en Audrey blijven nu wel lang weg en ik begin me zorgen te maken. Wanneer zullen ze terugkomen? Er zal toch niets gebeurd zijn?
Vanessa is inmiddels weggelopen omdat haar dochtertje Noa begon te huilen. Rafael ligt met zijn duim in zijn mond te slapen op mijn schoot. Dan denk ik aan Face die in het oerwoud is. Ze zijn al zo lang weg.
Dan komen Lydia en Audrey eindelijk thuis en vliegen Sam en Xander meteen naar hun moeder toe. “Mama, mogen wij een poes?” vraagt Sam meteen.
Lydia schudt haar hoofd. “Pas als de missie afgelopen is dan nemen we een nieuwe poes,” zegt ze.
Rafael doet zijn oogjes open en kijkt om zich heen. Hij aait zichzelf over zijn hoofdje.
“Zo zo, je bent nu al net zo ijdel als je vader,” lach ik.
Met zijn kleine handje pakt hij zijn knuffel beet en zwaait er mee heen en weer.

NADIA
Op het ene moment liepen we rustig door het woud, op het andere moment kreeg ik een hoos water over me heen. Ik kon een gil van schrik net inhouden. Woest draaide ik me om. Murdock en Face lagen als twee kleine kleutertjes in een deuk. Ik gromde. Prutalligator. Als dat beest er niet was geweest. Wat een baby’s zeg! Het was dat we stil moesten zijn, anders hadden ze een preek over zich heen gehad. Mijn bloesje droop van het water. Gelukkig had ik een hemdje aan. Kwaad trok ik mijn bloesje over mijn hoofd om het uit te wringen, maar het plakte overal aan vast. Op een gegeven moment zat ik er helemaal mee in de knoop. Ik zuchtte en liet mijn armen zakken. Ik zag geen steek. Hilariteit alom. Alle mannen om me heen lagen helemaal dubbel. Face leunde zelfs tegen een boom omdat hij helemaal slap was. Gelukkig werd ik geholpen en even later was het uit. Ik keek Bob aan, want die was het.
‘Thanks.’
Ik wrong mijn natte haar uit en bond het op een staart. Plukjes schoten eruit, over mijn gezicht. Ik wrong mijn bloesje uit en bond het maar om mijn middel. Ik had er nu toch niets aan. Nijdig keek ik iedereen aan. Hannibal had het grijnzend met een sigaar in zijn mondhoek aangezien.
Ik siste kwaad: ‘Uitgelachen? Laten we bunker III opzoeken, we hebben gijzelaars te bevrijden.’
Ik nam het voortouw en stampte nijdig door het woud.
‘Mannen? Hopeloos!’ en zo mopperde ik nog even door.
De drie groepen splitsten op. We liepen met tienen verder. Eugon liep naast me en durfde niets te zeggen, omdat hij zag ik dat nijdig was. Ik keek even opzij. Hij keek bedeesd omhoog. Ik gaf hem een knipoog en glimlachte. Hij grijnsde terug.
Op mijn kaart zag ik staan dat hier in de buurt een camera moest zijn. Ik draaide me om naar de groep en maakte een teken met mijn hand. Iedereen viel neer op de grond en ik ging op mijn hurken zitten. Ik wenkte Eugon die zijn pijl en boog pakte. Samen liepen we gebukt verder. We besloten op te splitsen, dat ging sneller. Eugon had ook een kaart mee.
Ik had mijn dolk in mijn hand geklemd. Al snel zag ik een camera hangen. Ik liep er langzaam heen en zag dat die bewoog. Met de hand was geen mogelijkheid, omdat andere camera’s deze in de gaten hielden. Ik lag tussen de struiken en bedacht snel een plan. Met pijl en boog was ook geen optie, omdat ik dan moest gaan staan waardoor ik duidelijk in beeld zou zijn. Lekker. Ik pakte mijn pistool tussen mijn broekriem vandaan. Ik laadde het en ging goed liggen. Van hier kon ik vier camera’s raken van de acht. Eugon had de andere vier. Ik mikte op de eerste en dat ging goed, de tweede en derde ook. Ik haalde even adem en van spanning stak het puntje van mijn tong uit mijn mond. Ineens hoorde ik voetstappen achter me! Mijn ogen werden groot. Voorzichtig kwam ik op mijn knieën overeind. Ik had nog twee kogels. Eén had ik nodig voor de camera. Mijn hartslag steeg snel. Gespannen kroop ik richting het geluid. Ik lag onder een struik en zag ineens vlak voor mij twee benen stilstaan. Ik aarzelde even. Dat had ik niet moeten doen. De man zag me en rukte me overeind. Hij kneep in mijn arm en schudde me door elkaar. Ik stak razendsnel het fluitje in mijn mond en wilde net één keer lang fluiten. De man rukte het uit mijn mond en gaf me een klap. Dat had hij nooit moeten doen. Ik werd nijdig, trapte de man en deelde een elleboogje uit naar achter. De man dook ineen van pijn, waardoor hij me losliet en ik mijn pistool kon pakken. De man kwam gebukt aanrennen en ramde me in mijn maagstreek. Ik klapte dubbel en struikelde, waarbij ik mijn enkel kneusde. Ik wilde hem een trap geven, maar hij duwde mijn been omhoog, zodat ik een halve salto maakte en pijnlijk terecht kwam op mijn buik. Ik rolde snel op mijn rug en kon de man met beide voeten een trap in zijn maag geven, terwijl hij me opnieuw wilde aanvallen. Ik kroop meteen overeind en keek ineens met grote ogen naar iets achter de man. Hij was al opgestaan en draaide zich om, om te kijken wat er aan de hand was. Ik rende meteen naar hem toe en voor hij doorhad dat er helemaal niets aan de hand was, was hij bewusteloos. Ik had hem met de kolf van mijn pistool een klap op z’n hersenen gegeven. Met trillende benen en handen keek ik naar hem. Ik moest hem vastbinden, maar waarmee?
Ik hoorde een kort fluitsignaal, dat werd beantwoord door drie korte. Dat betekent: “Is de kust veilig?”
Ik antwoordde niet, maar rukte mijn riem uit mijn broek en bond de man ermee vast. Daarna schoot ik snel de vierde camera kapot. Daarna blies ik één keer kort. Even later kwam Hannibal gebukt aanrennen, gevolgd door de rest van de mannen. Verbaasd bekeek hij me van top tot teen. Hijgend wees ik hen op de man die daar lag. Ik veegde mijn bezwete voorhoofd af, waardoor ik er niet schoner op werd. Ik zat onder het stof van het gevecht en mijn hemdje was goed vies. Ik zag er niet uit. Mijn bloesje was gescheurd en lag vertrapt in het zand. Ik scheurde er repen van en probeerde mijn schoen uit te krijgen. Mijn enkel was fiks gezwollen. Een indiaan hielp me en bond de repen er strak omheen. Voorzichtig probeerde ik er op te gaan staan en dat lukte. Ik trok mijn sok en schoen weer aan. De indiaan hielp me overeind. Hannibal haalde ondertussen een stuk tape uit zijn tas en plakte de mond van de vent ermee af. Hij bond hem verder goed vast aan een boom, geholpen door wat anderen. Er werd geen woord gesproken, omdat de kans groot was dat we gehoord zouden worden. Mij gaf hij nieuwe kogels, waarmee ik direct mijn pistool laadde. Eugon liep stralend van trots achter Hannibal aan. Met z’n allen liepen we verder het woud in, op zoek naar de bunker, die niet ver meer kon zijn.

HANNIBAL
We liepen door het woud, waar we de eerste camera's al tegenkwamen. Eugon en Nadia gingen aan het werk en het ging eigenlijk best goed tot aan de laatste camera. Nadia werd betrapt door een bewaker en er ontstond een vechtpartij. We gingen voor alle zekerheid kijken en troffen haar aan met een bewaker die bewusteloos op de grond lag. Ik keek haar verbaasd aan. Haar shirt zag er niet meer uit en ze had ook last van haar enkel. Ze was overduidelijk geschrokken. Ik bond de bewaker vast aan een boom en pakte wat tape om zijn mond te snoeren. De anderen hielpen mee. Daarna pakte ik een zwart T-shirt en een polsband uit mijn tas en gaf die aan haar met een knipoog. We liepen een klein stukje vooruit om haar de gelegenheid te geven het shirt aan te trekken en de polsband om te doen. Ze kwam een paar minuten later weer aanrennen.
We kwamen na een kwartiertje lopen bij de bunker aan die zwaar werd bewaakt. Er stonden zelfs zoeklichten. Race had gelijk, ongezien binnenkomen was lastig, maar niet onmogelijk. Ik gebaarde naar Nadia en Eugon om weer camera's kapot te schieten. Ik haalde een sniper tevoorschijn en zette er een geluiddemper op. Ik ging in positie liggen en schoot de zoeklichten kapot. Daarna gingen er drie camera’s aan. De bewakers begonnen nu wild om zich heen te kijken.
Eugon en Nadia kwamen terug en we keken gezellig toe.
"Loop eens een stukje vooruit, dan gaan we lachen," fluisterde ik.
Ze liepen vooruit en ik deed het geluid van een hongerige leeuw na. De bewakers schrokken zich rot en schoten in mijn richting, maar ze misten me, al was het echt op een haar na. Ik kon mijn lach echt maar net inhouden. Ik richtte mijn sniper op een been van een bewaker die na het schot neerviel. Ik maakte het geluid nog een keer, maar nu harder. De bewakers kregen nu de rillingen. Een scherpschutter schoot vanaf een uitkijktoren blind in de rondte en miste me op een millimeter. Het tweede schot was ook zeer dichtbij. Ik moest wegduiken om het te ontwijken. Daarna sloop ik weer terug naar de anderen.
"De zoeklichten zijn kapot en een gedeelte van de camera's. Het is tijd om de bewaking nu uit te schakelen," fluisterde ik.

BOB
We lagen allemaal op een rijtje. Hannibal liet aan Nadia zien hoe ze met een m16 moest schieten met geluiddemper.
Ik schoot ondertussen de scherpschutter in zijn been en hij viel uit de uitkijktoren.
"And stay down," zei ik zachtjes.

CHRIS
Ik was blij dat ik in het team van Hannibal zat. Wij moesten voor de dekking zorgen. We lagen op de grond en hielden de boel goed in de gaten.
Toen we een gijzelaar naar buiten zagen komen, gaven we een gebaar naar Hannibal dat hij moeSt stoppen met schieten en dat deed hij. Eén van de bewakers liep met een jonge kerel naar het gebied waar wij net hadden gezeten. De jongen verzette zich tegen iets.

MITCH
Ik bedacht me geen moment en schoot de bewaker neer. Hij viel neer en de jongen tijgerde onze kant op. Hannibal keek me kwaad aan omdat ik de bewaker had neergeschoten.
"Sorry, maar ik had geen keus," fluisterde ik.
Nu gebaarde hij dat we verder van de basis af moesten blijven, om te voorkomen dat de bewakers iets zouden vermoeden. We slopen heel stilletjes verder naar achter tot we op een veilige afstand waren. Bob pakte zijn verrekijker en Hannibal maakte contact met de andere teams via de walkietalkie.

SHERIFF / B.A.
Mijn groep kan direct met elkaar aan de slag, wij hoeven niet eerst in een andere samenstelling aan de slag. Met Marcello voorop, lopen we voor Hannibal uit. Bij de poel scheiden onze wegen.
Wij lopen aan de rechterkant verder om vanaf die kant de bunker in de gaten te houden. Marcello, B.A., Fernando, José, Daniel en ik nemen, telkens met een paar meters tussen ons in, aan de oever posities in. Monkey (doet zijn naam eer aan) en de twee indianen klimmen in bomen en houden het gebied vanuit hoger sferen in de smiezen. Als we allemaal onze plek hebben bereikt, geven we met fluitsignalen aan waar we zijn. Als ik hoor dat iedereen op plaats van bestemming is, geef ik een speciaal fluitsignaal (voor deze gelegenheid) naar Hannibal, zodat hij weet dat hij met verkennen kan beginnen. Soms vangen we een glimp op van Hannibal, omdat we weten waar hij rondsluipt, maar verder houdt hij zich goed verscholen tussen de struiken. En één keer zien we de zon weerkaatsen in zijn verrekijkerglas.
Op een moment gaat de wind liggen en wordt het heel stil in de vallei. Terwijl we roerloos tussen de oeverplanten en het riet liggen, hoor ik iets mechanisch zoemen en vrees dat er heel dicht bij ons een camera hangt. Ik rol me voorzichtig op m'n rug om naar boven te kijken en speur met m'n ogen de omgeving af, maar omdat ik me heb omgedraaid kan ik niet goed de richting bepalen waaruit het zoemende geluid kwam. Er zit niets anders op, dan te wachten tot de camera weer gaat bewegen.
Dat laat niet lang op zich wachten. Als het wederom stil is, heb ik de camera nog steeds niet gevonden, maar wel de richting kunnen bepalen. In de hoop dat als ik de camera niet zie, dat de camera mij ook niet ziet, tijger ik over de grond naar de boom waar ik het zoemende onheil denk te zullen vinden. Het duurt nog twee keer zoemen, voordat ik ontdek waar dat ding verstopt zit. In een grote holte in de boom tussen Monkey en één van de indianen in. Ik tijger naar B.A. en vertel hem fluisterend welke ontdekking ik deed. Deze camera is voor Hannibal niet te zien, hij gaat verscholen achter het bladerdak van de boom en is gericht op het pad dat langs het water loopt. Het is een wonder dat er nog niemand alarm heeft geslagen, want het kan niet anders dan dat minimaal één van ons in beeld is verschenen. Ik vraag aan B.A. wat we ermee kunnen doen. B.A. fluistert dat hij de boom wel inklimt om hem onklaar te maken en hij vertrekt met een veelzeggende grijns op zijn gezicht. Gelukkig is het een oude boom met dikke takken waarin hij verstopt zit, anders had B.A. een probleem gehad.
De andere mannen beginnen nu achterom te kijken en vergeten de overkant. Zodra ik dat zie, gebaar ik dat ze op post en alert moeten blijven. Jongens, denk ik enigzins verontwaardigd, er hangen levens van ons af!!! Net als B.A. de camera uit de boom heeft gerukt, horen we schoten.


Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.