Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Harry Potter » Rose Weasley en Scorpius Malfoy: en de verboden liefde. (PAUZE) » Hoofdstuk 12. Een teken van leven?

Rose Weasley en Scorpius Malfoy: en de verboden liefde. (PAUZE)

29 nov 2013 - 17:50

1161

3

358



Hoofdstuk 12. Een teken van leven?

Hallo, dit is niet echt een geweldig hoofdstuk, want mijn inspiratie was niet optimaal. Bedankt voor jullie reacties Rivlove en Rukia. Ik hoop dat dat jullie dit hoofdstuk ook leuk vinden. maar het voegde niet zo veel toe al zeg ik het zelf

Mokkend pakte Scorpius zijn koffer in. Hij had helemaal geen zin om naar huis te gaan. Het eerste half jaar was veelte snel voorbij gegaan. En toch had hij het gevoel dat de laatste vier weken eeuwen hadden geduurd. Hij had zwerkbal wedstrijden gezien, en lessen gevolgd. Maar wat hem het meest bezig had gehouden was Rose. Die nu al drie weken in het st Holito lag, die vier weken lang aan het vechten was voor haar leven. Professor Mc Gonagoll had gisteren gezegd: ‘Geen nieuws is goed nieuws.’
En daar had ze waarschijnlijk gelijk in. Maar toch bleef Scorpius zich zorgen maken. Hij gooide de laatste dingen in zijn koffer en sloot hem af. Albus kwam de slaapzaal binnen.
‘Nu pas klaar met pakken!’ riep hij toen hij Scorpius zag, die zijn koffer inmiddels achter zich aansleepte.
‘Ja, wanneer heb jij dan ingepakt?’
‘Gisterenavond toen jij op de bank zat te huilen’
‘Ik huilde niet’ zei Scorpius. Die zijn koffer de kamer uitsleepte en de leerlingenkamer verliet. Hij zeulde zijn koffer de kerkers door.
‘Zal ik helpen?’ vroeg Harry die de kerker gang in kwam. ‘Ik hoorde je aankomen –die slepende koffers maken zo’n herrie- en dacht misschien kan ik helpen.’
‘Graag’ zei Scorpius. Toen hij Harry’s stem hoorde kreeg hij opnieuw tranen in zijn ogen. Nadat Rose werd aangevallen, kwam Harry elke dag, tijdens het ontbijt, de lunch en het diner aan de tafel van Slyherin zitten. Toen Albus gevraagd waarom hij toch steeds aan de verkeerde tafel ging zitten had Harry gezegd: ‘Omdat we elkaar moeten steunen. Omdat we er voor elkaar moeten zijn, elkaar moeten troosten. We missen Rose alle drie. Rose die altijd voor iedereen klaar staat en altijd naar je luistert hoe stom, je verhalen ook zijn. Als we nou met z’n drieën allemaal een klein beetje verdriet dragen, houden we het beter vol dan wanneer we alleen verdrietig zijn’
Scorpius had de woorden van de jongen zo mooi gevonden, dat hij elke als hij Harry zag, tranen in zijn ogen kreeg. Harry die zo goed om kon gaan met emoties en er zo goed over wist te praten. Harry die hem hoop gaf dat Rose het zal redden.
Harry pakte Scorpius’ koffer en samen trokken ze hem naar de grote hal, waar al honderden koffers stonden opgestapeld. Ze lieten de koffer achter en duwde de deuren van de grote zaal open, voor het ontbijt, waarna ze voor twee weken terug zouden gaan naar huis.

De vuurrode Hogwartsexpres pufte door de witte besneeuwde weilanden.
‘Hedwig de tweede kappen!’ riep Albus naar zijn sneeuwuil die woest kraste naar Bibi. Het dwerghamstertje van Harry. ‘Thuis mag je weer jagen. Maar je blijft met poten van Bibi af.’
‘Ze kan Bibi toch niets maken, als ze in haar kooi zit’ zei Harry.
‘Nou en, dat bekend nog niet dat ze hem mag uitschelden!’ lachte Albus. Harry lachte met hem mee.
‘Weet je ik ga mijn vader straks de stuipen op het lijf jagen’ zei Harry.
‘Wat ben je van plan?’ vroeg Scorpius die het korte gesprek gevolgd had. Harry schoot opnieuw in de lach.
‘Als je mee loopt naar mijn vader zal je daar vanzelf achter komen’
De trein kwam met piepende remmen tot stilstand. Snel stonden de drie jongens op en stapte de trein uit. Harry liep op een dikke grote blonde man af. Nieuwsgierig liep Scorpius achter hem aan. Net als Albus omdat diens vader met die van Harry stond te praten.
‘Papa!’ riep Harry.
‘Harry, hoe was het op school?’ vroeg Harry’s vader.
‘Heel erg gaaf. Maar papa er is daar een hele grote man die jou kent’
Harry’s vader en Harry Potter wisselde een blik met elkaar. Die van Harry Potter volleedvermaak en die van Harry’s vader wanhopig. Als of hij al verwachtte wat zijn zoon gehoord had, en hij daar liever niet aan herinnerd wilde worden.
‘Die man zei: Dat hij jouw een varkensstaart had geven. Ik kwam niet meer bij toen ik het hoorde’ zei Harry. Die bijna op de grond viel van lachen.
‘Ehum daar wil ik liever niet aan herinnert wordt Harry’
‘Maar ik wel’ zei Harry. Scorpius lachte even met Harry mee. Hij moest toegeven dat Harry’s vader veel op een varken leek, en dat inderdaad alleen de staart er nog aan ontbrak.
‘Tot na de vakantie, Al en Harry’ zei hij.
‘Fijne vakantie en tot volgend jaar’ zei Harry.
‘Dag Scorpius, tot na de vakantie en niet te veel huilen hé’
‘Ik zal er aan denken’ zei Scorpius toen hij naar zijn ouders spurtte die een eindje verder op stonden.

Scorpius zat op de leren bank in de salon van zijn grootouders en liet zijn blik voor de zoveelste keer door de ruimte glijden. Van het groene zijde kleed, naar de twee fauteuil, naar de kroonluchter boven zijn hoofd en als laatste bleef zijn blik rusten op de glazen salon tafel, waarin een slang verwerkt zat van glasvezels.
‘Scorpius wat is er toch, je hebt bijna nog woord gezegd. Zo is het voor je grootouders toch niet gezellig’ zei mama, die de salon in kwam. Scorpius keek zijn moeder die naast hem kwam zitten aan.
‘Wat kan mij dat nou schelen, dit huis is doodeng!’ riep Scorpius. Astoria keek haar zoon vragend aan.
‘Hoe bedoel je?’
‘Er ligt een geraamte op de trap, wiens hand je vermoord als je hem aanraakt, er zitten boemannen in kasten. Als je dat niet eng noemt, vind ik je raar’
‘Dus ik ben raar?’
‘Blijkbaar!’
‘Scorpius Hyperion Malfoy, wat is er toch met jou aan de hand. Je bent je zelf niet’ haar stem klonk bezorgd.
‘Niks mama, kom laten we kerstmis vieren!’ Scorpius sprong overeind en probeerde de hele dag zo opgewekt mogelijk te zijn, maar van binnen was hij verdrietig en hij dacht continue aan Rose.

Er stonden zeven bedden op een rij en in de hoek van de ruimte stond een kerstboom, versierd met slingers en fladderende elfjes. In één van de bedden lag een meisje met bruin haar. Ze was aangevallen toen ze een gang binnen liep, waar een reusachtige vleermuis kat woonden. Of verborgen zat het was maar net hoe je het wilde noemen. Ze was er slecht aan toe. Naast haar bed, zat een vrouw met bruin. De vader en het broertje van het meisje waren even naar het cafetaria om een lunch te halen.
‘Rose’ fluisterde de moeder. ‘Kun je me horen’.
Rose hoorde de woorden van haar moeder en wilde dol graag reageren, maar ze wist niet hoe haar lichaam wilde niet mee werken.
‘Rose als je me hoort geef me dan een teken’ de stem van mama klonk ver weg, maar toch ook weer heel dicht bij. Een teken dacht ze. Hoe geef ik een teken, als ik me niet kan bewegen, als dat niet lukt? Praten schoot het door haar. Als ze ook maar een klein woordje kon zeggen als het maar Ja. Dan wist mama dat ze haar gehoord had. Rose probeerde haar ogen te openen maar dat lukte niet. Ze haalde diep adem.
‘Mama’ fluisterde ze schor.


Reacties:


Rukia
Rukia zei op 1 dec 2013 - 10:41:
zoals hieronder al beschreven staat.
Gewoonweg...Perfect
(en daar is de varkensstaart, eindelijk)


RivLovee
RivLovee zei op 29 nov 2013 - 20:01:
Nog een keer een melding,
roen je schreef,
‘Tot na de vakantie, Al en Harry’ zei hij.


Toen dacht ik al(le mensen) en Haarry, later dacht ik OOOOO, Albus, hihi


RivLovee
RivLovee zei op 29 nov 2013 - 19:45:
Meisje, dit is gewoon Perfect!