Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » True Blood » The eyes of the Prophet » The test of the Autority

The eyes of the Prophet

5 dec 2013 - 22:06

1928

1

356



The test of the Autority

Eric knarsetandde van opgekropte woede die met de minuut leek aan te wakkeren. Hij kneep zijn handen zo hard tot vuisten dat zijn kneukels wit en pijnlijk werden. Vlak voor hem galoppeerde Freya op een kastanjebruine merrie met zwarte manen en dito staart. De mantel van de Autoriteit die ze rond zich had geslagen wapperde in de wind. Erics zwarte hengst grinnikte en wist de merrie met gemak bij te houden. Het pad dat ze volgden was smal en slingerde zich door een donker woud. Regelmatig groeiden er struiken op het pad of kwamen de takken zo laag dat ze zich plat op hun paard moesten werpen om te voorkomen dat ze de tak in hun volle gezicht zouden krijgen. Na zowat een halfuur verbrede het pad zich en verminderden het aantal hindernissen. Eric spoorde zijn hengst aan en even later reden hij en Freya naast elkaar het woud uit. Het maanlicht scheen op haar bleke huid en deed haar donkere haren glanzen. Ze volgden het pad dat nu door een heidelandschap liep en zich af en toe liet afwisselen door de weiden en velden van nabijgelegen dorpjes en gehuchten. Bij een kruispunt wachtte een donker in leer gehuld gedaante hen op.
Het was de grote vampier die Eric de avond ervoor had opgezocht met zijn makker. Zijn gezicht stond op onweer. ‘Jullie zijn laat!’ blafte hij toen de paarden onrustig halt hielden voor hem. ‘Die tocht door het woud duurde veel te lang! Waar zijn jullie in hemelsnaam mee bezig? De Autoriteit houdt niet van wachten.’
‘Dan had je ons maar niet moeten door een halve wildernis laten rijden.’ Grauwde Eric terug en hij voelde zijn woede een hoogtepunt bereiken.
‘Het is de kortste weg.’ Zei de vampier die zich niet van zijn stuk liet brengen.
‘Het is het paard.’ Klaagde Freya. ‘Het is veel te mak! Hoe kan ik nou degelijk rijden op een paard dat enkel bedoelt is voor gezelschapsuitjes voor rijke, slome dames?’
De vampier snoof minachtend. ‘Wat wil je dan? Rijden op een ongetemde hengst? Je bent een vrouw, je hebt de kracht niet om zo’n beest in bedwang te houden.’
‘Ik beschik over meer krachten dan jij je maar kunt indenken.’ Snauwde Freya hem toe. ‘Ik kan de hengst van Eric gerust bereiden tot aan het onderonsje van de Autoriteit hoor.’
De vampier lachte spottend maar hield daar vlug mee op toen hij Erics blik zag.
‘Dat doe je niet.’ Zei hij dan maar voorzichtig ‘Vrouwen zijn niet sterk genoeg om die hengst te controleren en daarbij: ik moet je levend afleveren bij de Autoriteit.’
‘Ik ga met de hengst van Eric.’ Zei Freya en ze steeg af. ‘Haal ik het niet dan heb ik pech gehad.’
Eric gleed uit het zadel en gaf de teugels aan Freya. ‘Je bent toch niets van plan?’ siste hij zo zachtjes dat enkel zij het kon horen.
‘Tuurlijk niet.’ Antwoordde ze geamuseerd en haar groene ogen schitterden verleidelijk ‘Ik zou wel zot zijn om mijn nieuwe toekomst te verbrodden.’
Met een soepele beweging hees Freya zich in het zadel, hetgeen gepaard ging met protesterend gebries en gestamp van hoeven.
‘Vrouwe, u mag geen risico nemen.’ Kwam de vampier van de Autoriteit tussenbeiden, maar hij was te laat: Freya had het paard de sporen gegeven en het raasde weg met daverende hoeven. ‘Correctie, jij mag geen risico nemen.’ Lachte Freya nog net voor ze buiten gehoorsafstand was.
De vampier keek hulpeloos naar Eric.
‘Hoe is het mogelijk…’
‘In mijn tijd…’ zei Eric dromerig en vol leedvermaak ‘Hadden vrouwen evenveel ballen als de hengsten.’ Het moment daarop steeg hij op.

Eenmaal in de lucht vervoegde hij zich bij de andere vampier die al heel de nacht rondcirkelde om hen in de gaten te houden. Vanuit de lucht zag hij Freya op de zwarte hengst en tot zijn opluchting ging het Freya beter af dan verwacht. Ondanks het vurige temperament van haar rijdier wist Freya zich perfect te handhaven. Het dier galoppeerde over de wegen alsof het door de duivel achternagezeten werd, met een fiere Freya rechtop in het zadel. Tot groot jolijt van Eric wist de afgezant van de Autoriteit die de merrie had overgenomen hen niet bij te houden: hoezeer de vampier ook vloekte of zijn rijdier aanspoorde de afstand tussen hem en de hengst werd langzaam maar zeker groter en groter. Na verloop van tijd concentreerde Eric zich enkel nog op Freya’s ruiterkunsten: ze zat rechtop bijna nonchalant op de hengst, zoals een man die zou berijden. Dat haar bleke, goedgevormde benen hierdoor zichtbaar werden leek haar niet te deren. Haar haren waren los en deinden op en neer in het maanlicht evenals haar zwoele borsten… Freya’s vaardigheden te paard deden Eric denken aan de verhalen uit Godrics tijd als mens: zijn maker had hem keer op keer verteld dat in zijn tijd vrouwen evenveel rechten hadden als mannen, dat ze zelfs tot stamhoofd of krijger konden schoppen en paarden zonder zadel bereden zoals de mannen dat tegenwoordig deden. Bij de gedachten aan zijn maker voelde Eric een steek van onrust opkomen: hij hoopte dat de Autoriteit Godric behoorlijk hadden behandeld en dat Freya zou slagen in de vele Ultieme testen die haar zouden worden opgelegd. Hij wou niet weten wat er anders zou kunnen gebeuren…
Een uur later en veel vroeger dan verwacht bereikten ze hun bestemming: de oude hoeve waar Erics ontbonden nest zich had schuilgehouden. Eric en de vampier van de Autoriteit daalden af en streken vlakbij neer. Even later stopte de zwarte hengst vlakbij hen terwijl Freya glimlachend uit het zadel gleed. Met een wijds gebaar bedekte ze haar benen met haar donkere rokken en fatsoeneerde ze haar, haar.
‘Dat was nog eens een fijn ritje.’ Zei ze vrolijk en ze klopte de hengst dankbaar op zijn flank. ‘Ik vraag me af waar zijn merrie blijft.’ Eric kon een waarderende lach niet onderdrukken en de resterende vampier van de Autoriteit trok een spiertje.
‘Geef de teugels maar aan mij.’ Bromde deze ‘Ik zorg voor het paard en bekommer me over de merrie als deze aankomt. Gaan jullie maar naar de grootste kamer: daar wacht vrouwe Flanagan met haar gevolg.
Freya overhandigde de teugels aan de vampier en volgde Eric naar de hoeve. Ze waren nog niet bij de grote poort toen een boos gegrinnik de stilte van de nacht verbrak. Eric keek om en zag nog net hoe de hengst steigerde terwijl de vampier van de Autoriteit hem uit alle macht naar de stal probeerde te leiden. Freya keek niet om, met een fraaie glimlach om haar lippen was ze door de toegangspoort naar binnen gewandeld. Eric kon haar nog net bij haar bovenarm pakken.
‘Heb je dat paard vervloekt nadat je bent afgestegen?’ vroeg hij schor terwijl een tweede protesterende kreet door de nacht galmde.
‘Neen, ik heb het ontdaan van zijn betoveringen die ik hem eerder die avond had opgelegd.’ Was haar antwoord en ze grijnsde nu open en bloot.
Eric keek haar schattend aan ‘Je hebt het paard verdoofd met je magie.’ Mompelde hij nadenkend.
‘En tegelijk ook aangespoord met mijn magie.’ Zei Freya niet zonder trots. ‘De spreuken op zich zijn makkelijk, maar hen combineren kan soms gepaard gaan met extreem agressief gedrag wanneer de magie wordt opgegeven. Buiten klonk nog meer opstandig gegrinnik en gestamp van hoeven.
‘Dat verklaard het een en ander.’ Zei Eric en hij kreeg een warm gevoel vanbinnen terwijl hij haar aankeek.
‘Jullie zijn vroeg.’ Constateerde een lijzige stem die afkomstig bleek te zijn van een kleine vrouw in een lang zwart gewaad. Ze had een bleek gezicht met kort geknipt donker haar. Eric schatte dat ze net de kaap van de driehonderd jaar had bereikt. ‘De Autoriteit is echter klaar om jullie te ontvangen.’
De vrouw vergezelde hen naar de leefruimte van de hoeve. Deze zag er net zo uit als altijd alleen was deze nu afgelaten vol met vampiers die de Autoriteit dienden. De meeste van hen droegen dezelfde zwarte gewaden als de vampiers die hen hadden begeleid en het embleem van de Autoriteit prijkte trots op hun borst. Sommige van hen hadden zich aan de wanden van de leefruimte opgesteld en bewaakten duidelijk de overige vampiers. De belangrijkste vampiers zaten samen met Nan Flanagan aan de lange, eikenhouten tafel . Nan Flanagan droeg ditmaal een marineblauwe jurk die simpel was van snit, maar afgezet was met brokaat. Haar blonde haren zaten zoals de vorige keer vervat in een gouden netje en haar saffierenketting weerkaatste het licht van het haardvuur. Haar grijze ogen namen eerst Eric en vervolgens Freya nauwkeurig op en ze perste haar lippen nog meer samen dan anders. Vervolgens knikte ze.
‘Je bent gekomen zoals afgesproken.’ Besloot ze goedkeurend ‘Daar heb je goed aan gedaan Eric.’
‘Godric,’ zei Eric ernstig ‘Waar is mijn maker Godric?’
Tot op dat ogenblik had de angst om zijn maker geboeid of gekwetst te zien hem meer geteisterd dan hij ooit zou durven toegeven en de seconden die volgden op zijn laatste woorden leken wel een eeuwigheid te duren. Nan Flanagan maakte een nonchalant handgebaar naar de persoon die rechts van haar zat. Eric keek zijn maker met grote ogen aan. Voor zover hij kon zien was Godric niet geboeid of gekneveld: integendeel hij zag er bijzonder doorvoed en ontspannen uit, hij glimlachte zelfs.
‘Godric, ik…’
‘Je vrees was voor niets mijn zoon.’ Sprak Godric in de oude taal die enkel hij en Eric nog spraken. ‘Ik ben blij je te zien.’ Vervolgde hij in het Engels en hij knikte bemoedigend.
In tussentijd gleed Flanagans blik over Freya. ‘Wat is je naam?’
‘Mijn naam is Freya dochter van Gerda de Zieneres en kleindochter van het clanhoofd van de Azende Aasgier.’ Sprak Freya met heldere stem. Haar stemgeluid werd ontvangen door verbaasde blikken her en der en een stoffige kleine vampier die vroeger vast monnik was geweest begon haastig aantekeningen te maken.
‘En wat bent je?’ Flanagans stem klonk eerder als een verwijt dan als een vraag.
‘Ik ben net als de rest van mijn familie een heks.’ Zei Freya zachtjes en menige vampier in het vertrek begon minachtend te mompelen of te snuiven. ‘Maar ook een zieneres.’
Het geroezemoes verflauwde weer en maakte plaats voor een eerbiedig stilzwijgen. Het enige geluid was afkomstig van het haardvuur en het gekras van een ganzenveer op perkament. Nan Flanagan trok haar wenkbrauwen op. ‘Dat is een uiterst zeldzame gave. Zit het in de familie?’
‘Deels.’
‘Wie was de belangrijkste ziener voor jou?’
‘Mijn moeder.’
‘Zijn er naast jou en je moeder nog zieners in de familie?’
‘Neen, ik ben de enige… mijn moeder is gestorven toen ik nog een kind was.’
‘Jammer.’
Nan Flanagan veranderde van houding, maar haar ogen bleven onafgebroken op het meisje voor haar gericht.
‘Wat kun je zoal?’
‘Zoals iedere degelijke heks kan ik magische formules formuleren om mijn omgeving positief of negatief te beïnvloeden. Ik kan mijn eigen brouwsels creëren en versterken met mijn krachten.’ Somde Freya op.
‘Ik bedoel je zienersgave.’ Zei Flanagan geïrriteerd. ‘Wat kun je zien? Hoe kun je het zien en wanneer kun je het zien?’
‘Het derde oog is wispelturig.’ Zei Freya stijfjes en ze keek Flanagan minzaam aan. ‘Soms komen de visoenen tijdens mijn slaap, op andere keren overvallen ze me op klaarlichte dag. Soms krijg ik beelden door, andere keren krijg ik directe indrukken van bepaalde gebeurtenissen. Ik kan zowel in de toekomst kijken als in het verleden… één keer zag ik ook het heden op een andere plaats…’
Weer werd de ruimte gevuld met een stilte.
‘Je beweert dus dat je zowel het verleden, het heden en de toekomst kunt zien?’ sprak Flanagan bedachtzaam.
‘Ja.’
‘Dan kun je dat morgenavond bewijzen.’ Zei Flanagan kort ‘Bij deze is de vergadering gesloten.’


Reacties:


Rebella
Rebella zei op 11 dec 2013 - 11:10:
Bám
Heerlijke onderbreking van de les!
Goed geschreven!
Ik ben heel benieuwd hoe het verder gaat!
You're a star!
Ik kijk uit naar meer!
xx