Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Harry Potter » Crucial Moments » Ginny Wemel

Crucial Moments

2 jan 2014 - 21:31

2339

4

374



Ginny Wemel

Voor Ginny Wemel zijn het de eerste schooldagen, maar het gaat haar niet goed af: ze mist de knusse gezelligheid van Het Nest en aan haar broers heeft ze ook al niet veel. Bovendien is ze doodsbang dat de beroemde Harry Potter haar nooit zal zien staan. Gelukkig treft ze een goede vriend uit onverwachte hoek.

Eerste schooldagen zijn niet leuk. Zelfs niet aan Zweinsteins Hogeschool voor Hekserijen en Hocus-Pocus. Zeker niet voor eerstejaars en voor mij al helemaal niet.

Het is nu al mijn vijfde dag op school en ik voel me nog altijd iets buitenaards, alsof ik er eigenlijk niet thuishoor. De godganse dag breng ik door met een klas waarvan ik niemand ken, uitgezonderd van de dochter van Xenofilus Leeflang die op een boogscheut van Het Nest woont. Maar Loena Leeflang met haar uitpuilende ogen, verwarde haar en al even verwarde gedachten is geen referentie als je nieuwe vrienden wilt maken, zeker niet als ze randijsjes in haar oren heeft en over Kreukelhoornige Snottifanten begint. Ergens ben ik blij dat ze in Ravenklauw terecht is gekomen en niet in Griffoendor zoals ik, zodat ze me niet om de haverklap bestookt met haar onwaarschijnlijke verhalen. Toch hoop ik dat de overige leerlingen me geen freak vinden zoals Loena vanwege m’n spulletjes die stuk voor stuk sjofel en gehavend zijn, maar wat wil je? Ik kom uit een gezin met zeven(!!!) kinderen en als jongste komen alle afdankertjes automatisch bij mij terecht. De meeste van mijn schoolboeken zijn afkomstig van mijn oudere broers Bill en Charlie die al afgestudeerd zijn, evenals mijn ingrediëntenflesjes, weegschaal en punthoed. Gelukkig zijn mijn gewaden geen afdankertjes van mijn broers. Mijn overige vier broers zitten nog op Zweinstein, maar aan hen heb ik ook niet veel. Percy doet wel zijn uiterste best en laat geen kans voorbij schieten om mij onder zijn vleugels te nemen, zoals een goede klassenoudste betaamt, maar zijn pompeuze manier van doet schrikt meer eerstejaars af dan iets anders. Fred en George worden wel door iedereen gaaf bevonden, maar ik wil dat de mensen met mij omspringen om wie ik ben en niet vanwege mijn populaire tweelingbroers. Daarnaast heb je ook nog Ron die slechts één jaar oudere is dan ik en we zouden het perfect met mekaar kunnen vinden, mocht hij zich bij momenten niet als een fameuze zak gedragen. Bovendien is omgaan met Ron nogal moeilijk vanwege…

Oh shit, daar komt hij juist aan! In de kielzolen gevolgd door niemand minder dan de beroemde Harry Potter. Mijn hart staat stil wanneer ik hem zie, mijn maag keert zich om en mijn handen worden zweterig zoals altijd als ik Harry zie. Vlug glip ik het eerste het beste wc in.
Ik ga naar het wc en enkele minuten later laat ik koud kraantjeswater langs mijn polsen glijden. “Beheers je!” spreek ik mezelf streng toe “Er is helemaal geen reden om van streek te geraken door Harry! Er is niets, NIETS aan de hand.” Maar de rode blos die mijn wangen siert bewijst het tegendeel: ik ben smoorverliefd op Harry en nog geen klein beetje ook. Hoe het komt is me een raadsel, maar de gedachten aan zijn warrige haren, felgroene ogen en knappe gezicht zijn redenen genoeg om mijn hart overuren te laten kloppen. Kritisch bekijk ik mezelf in de vlekkerige spiegel: een bleek meisje kijkt me vragend terug aan. Ik ben roodharig, maar dat is normaal want ik ben een Wemel. Voorts ben ik niet van de knapste en tot mijn grote ergernis zitten er puistjes tussen de vele sproeten op mijn gezicht. Een steek van spijt en wanhoop treft me: ik maak geen schijn van kans om ook maar opgemerkt te worden door Harry. Ik ben niet mooi, niet rijk en ook niet slim zoals Hermelien Griffel. De kans dat ik ooit maar één minuut met Harry kan samenzijn zonder iets stoms te zeggen of te doen is miniem. Ik kan wel wenen.

Later die dag heb ik voor het eerst Bezweringen en Toverdranken. Bezweringen is best leuk, we hebben les van professor Banning een piepklein, maar lief mannetje. Hij vertelt ons wat we dit jaar zullen leren en even later oefenen we de verschillende zwaaitechnieken met de toverstaf. De ontspannen sfeer in het lokaal zorgt ervoor dat ik me tegen de middag weer een beetje beter voel, maar na het eerste uur Toverdranken is die euforie weer verdwenen als sneeuw voor de zon. Toverdranken is beslist niet leuk, Severus Sneep die het vak doceert heeft het niet op Griffoendors en al helemaal niet op Wemels. Wanneer hij in het begin van de les de namen afloopt, houdt hij een ijzige stilte wanneer hij bij mijn naam komt. Ik kan het me verbeelden maar op dat ogenblik hoor ik enkele Zwaddaars minachtend snuiven. Ik krijg een hoofd als een biet en kan wel door de grond zinken, maar Sneep heeft bij andere leerlingen exact hetzelfde gedaan dus op zich is het geen ramp. De rest van de les moeten we notities maken terwijl hij met zijn kille stem uitleg heeft over de soorten toverdranken. Alsof dat nog niet genoeg is geeft hij ons een hele pak huiswerk, die nog groter is dan die van Professor Anderling en Kist tezamen. Ik kreun: al dat huiswerk! Dat krijg ik nooit op tijd af!
Wanneer de les eindigt en ik met mijn klasgenoten opgelucht de gang op loop, weet ik dat ik eigenlijk lila recta naar de toren van Griffoendor moet gaan om mijn huiswerk te maken, maar iets weerhoudt me ervan. Ik zou er graag Hermelien Griffel om raad vragen omdat ik weet dat ze erg slim is en exact weet wat professoren als Anderling en Sneep eisen van hun leerlingen, maar Hermelien wordt bijna constant vergezeld van Harry en die ontloop ik liever. Mijn voeten brengen me spontaan naar de uilentoren. Hoe ik die zo rap gevonden heb weet ik niet, doorgaans loop ik altijd verdwaald in het doolhof van gangen, verplaatsende trappen en geheime gangen. Eenmaal in de uilenvleugel maak ik het mezelf gemakkelijk op de grond, rommel een stuk perkament uit mijn tas en pieker over de brief die ik naar mijn ouders ga schrijven. Het liefst van al zou ik mijn hart willen uitstorten tegen mijn moeder: over het feit dat ik nog niemand ken, de lessen zwaarder zijn dan verwacht en dat Harry me altijd zal zien als “Rons kleine zusje”. Maar zoals bij meerdere mensen het geval is, is het moeilijk om zoiets verschrikkelijks neer te schrijven en ik hou het maar op een simpele, geruststellende brief met alle basisantwoorden en gebruikelijke schoolroddels:

Liefste mam en pap,

Hopelijk verkeren jullie in goede gezondheid en missen jullie ons niet teveel.

Mijn eerste week op Zweinstein was fantastisch. Zoals jullie vast wel gehoord hebben, heeft de sorteerhoed me ingedeeld bij Griffoendor.

Met mij gaat alles goed: hier en daar ken ik al wat mensen en mijn broers helpen me wanneer nodig, vooral Percy weet van geen ophouden! De lessen zitten vol verrassingen. Vooral Verweer Tegen de Zwarte Kunsten was bijzonder: professor Smalhart liet gelukkig geen marsmannetjes los zoals bij de tweedejaars, maar was constant over Zijn-Bijzondere-Ik bezig. Gelukkig zijn, zijn lessen aangenamer dan die van Sneep die ons zojuist zowat verzoop in het huiswerk. Naar verluid is hij nog altijd nijdig op het feit dat hij Ron en Harry eerder deze week niet van school heeft kunnen sturen.

Veel liefs,
Jullie dochter Ginny


Ik rol het briefje op, verzegel hem met mijn toverstok en kies een grote kerkuil om hem mee te versturen. Ik kijk de kerkuil na terwijl hij loom wegfladdert over het schoolterrein. Nadat ik hem heb nagekeken ga ik terug naar de toren van Griffoendor die ik na veel verdwalen terug weet te vinden. Eenmaal in de leerlingenkamer weet ik niet waar gelopen, er zijn geen andere eerstejaars te bespeuren en Hermelien is in gezelschap van Harry en Ron. Vlug wend ik mijn blik af en ga ik naar mijn kamer. Wanneer ik op mijn kamer ben rommel ik mijn hutkoffer op zoek naar mijn exemplaar van Duizend Magische Kruiden en Paddenstoelen in de hoop daarmee mijn huiswerk toverdranken te kunnen doorworstelen, valt mijn oog op een zwart boekje met een zwarte kaft. Ik bijt op mijn lip en neem het boekje beet, waar het vandaan komt weet ik niet, ik weet alleen dat het tussen mijn aangekochte tweedehands boeken zat. Ik staak mijn zoektocht naar mijn schoolboek over kruiden en paddenstoelen en neem het boekje beet en begin erdoor te bladeren. Er is nergens iets in geschreven, maar dat wist ik al, want ik heb het boek tijdens de vakantie al volledig uitgeplozen. Ik leg mezelf op mijn buik op het bed, het boek ligt voor me en een flesje inkt met ganzenveer liggen naast me. Tijdens de vakantie heb ik al meerdere malen mijn naam in het boekje geschreven, maar het gekke eraan is dat mijn naam telkens verdwenen is wanneer ik het weer opensla. Eerst had ik gedacht dat het een grap was van Fred en George, maar nadat ik het boek uitvoerig heb getest op beheksingen moest ik deze piste noodgedwongen uitsluiten.
Ik kauw nonchalant op mijn veer en doop die vervolgens in de inkt, daarna schrijf ik mijn naam opnieuw op de eerste pagina. De woorden blijven er een tijdje staan en daarna… vervagen ze gewoon. Ik knipper met mijn ogen, maar de woorden zijn effectief verdwenen. Bijna stoot ik mijn inktpotje op en laat enkele druppels inkt neervallen op de pagina. Ook deze verdwijnen na een tijdje. Weer doop ik mijn veer in de inkt en ditmaal schrijf ik iets anders:
Mijn naam is Ginny Wemel, wat voor een raar boek ben jij?
De woorden verdwijnen na een paar seconden en ik staar vertwijfelt naar de blanco pagina. Ik verwacht half en half dat het boekje gaat reageren, maar dat kan natuurlijk niet want boekjes reageren nooit terug. Ik kan een gilletje niet onderdrukken wanneer er opnieuw woorden verschijnen in het boek. Woorden! Niet de mijnen want het geschrift is totaal anders dan het mijne, minder slordig en veel sierlijker.
-Dag Ginny Wemel, mijn naam is Marten Vilijn. Hoe ben jij aan mijn dagboek gekomen?
Even heb ik zin om het boek angstig dicht te slaan, dit is eng! Maar aan de andere kant is het ook fascinerend… Wie is die Marten Vilijn en hoe slaagt hij erin om met me te communiceren via een paar pagina’s papier? Vlug krabbel ik een antwoord.
-Wie ben jij en wat bedoel je met jou dagboek? Hoe doe je dit? Ben je een geest?
Mijn woorden worden opgeslorpt door het papier en even later komt er respons:
-Ik ben Marten Vilijn en dit is mijn dagboek. Vroeger was dit het boek waar ik al mijn gevoelens en emoties in neerschreef, evenals alle gebeurtenissen die mij overvielen. Toen ik daar op een bepaald moment mee stopte, besloot ik om een deel van mezelf -een echo zeg maar - in te planten in dit dagboek als permanente herinnering aan mezelf.
Mijn hart klopt in mijn keel en mijn handen worden weer zweterig. Hoe kan dit? Verschillende vragen spoken door mijn hoofd. Ik flans een nogal onhandig antwoord ineen:
-Dat is dan een heel uitzonderlijk staaltje magie, ik heb nog nooit van iets dergelijks gehoord.
Zijn antwoord doet me versteld staan:
-Het is inderdaad een fraai stukje magie, maar ik was niet voor niets een van de beste leerlingen op Zweinstein Hogeschool voor Hekserijen en Hocus-Pocus .
Mijn hart maakt een sprongetje en ik reageer vlug:
-Zweinstein? Daar ben ik nu ook, ik zit in mijn eerste jaar.
Marten is enthousiast:
-Meen je dat nu? Zweinstein is echt fantastisch vind je ook niet? Het was mijn eerste en echte thuis – mijn ouders zijn vroeg overleden en daardoor heb ik enkel in weeshuizen geleefd totdat ik mijn brief voor Zweinstein kreeg.
Ik slik. Ik weet niet hoe ik moet reageren op Martens uitbundige reactie over Zweinstein, ik poog om het onderwerp “Zweinstein” af te sluiten.
-Een vriend van me is ook wees, ikzelf niet ik kom uit een gezin met zeven kinderen – waarvan ik de jongste ben.
Zijn antwoord doet me inwendig kreunen van ellende:
-Dan moet Zweinstein een hele verandering voor je zijn! Hoe is het daar nu? Bevalt het je een beetje?
Even overweeg ik om glashard te liegen en te zeggen dat Zweinstein fantastisch is en dat ik een geweldige tijd beleef, maar iets weerhoudt me ervan. Misschien omdat ik net op dezelfde manier mijn ouders heb afgewimpeld of omdat ik nu nog beroerder voel dan daarnet in de Uilenvleugel. Ik twijfel: de waarheid zeggen of mijn problemen en onzekerheid verder verbloemen?
-Ben je daar nog?
Vraagt Marten Vilijn en op een of andere bizarre reden heb ik de indruk dat hij bezorgd is. Dan maak ik de klik, ik neem mijn veer steviger vast en begin te schrijven. Ik schrijf over mijn twijfels, mijn onzekerheid en het feit dat ik altijd droomde van Zweinstein als een ongelooflijk iets, maar dat mijn euforische stemming verdwenen is als sneeuw voor de zon sinds ik gearriveerd ben. Marten aanhoort mijn vloedgolf aan woorden geduldig en antwoord dan op een warme, begripvolle manier.

-Het is normaal dat Zweinstein in het begin wat tegenvalt, alles is zo groots en nieuw! Ik herinner me ook nog hoe bang en onzeker ik was tijdens de eerste weken…
Maar zelfs voor iemand uit een volwaardige tovenaarsfamilie is het een hele verandering en een gebeurtenis van formaat: Zweinstein herbergt meer varianten van magie dan waar ook en is de eerste, grote stap in de Tovenaarsgemeenschap. Het is normaal dat je, je daardoor onzeker gaat voelen: je hebt veel te veel te bewijzen in een erg korte periode. Maar laat je niet beetnemen: de overige leerlingen voelen zich net zoals jij, zij moeten zich –net zoals jij - nog bewijzen en zijn even bang voor de uitkomst.
Ik dacht in het begin ook dat het nooit zou wennen, dat ik er nooit zou bijhoren en dat mijn studies een flop zouden worden, maar uiteindelijk werden het mijn mooiste jaren uit mijn leven en schopte ik het zelfs tot hoofdmonitor!


Ik ben verstelt: nog nooit heeft iemand zo uitgebreid gereageerd wanneer ik mijn hart heb uitstort. Mijn broers en vader niet, zelfs mijn moeder vond vaak de tijd niet om zich op dergelijke manier om mij te ontfermen. Er knapt iets in me en ik word overrompelt door het warme gevoel dat ik eindelijk een goede vriend heb gevonden.


Reacties:


xEmma
xEmma zei op 21 jan 2014 - 20:27:
Wat een heerlijke combinatie: mijn favoriete fandom met jouw schrijfsels.
Ik vind het slim gevonden dat je voor Ginny dit moment neemt, niet iets wat directer met Harry te maken heeft. Ze is nogal "het zusje van" en "het vriendinnetje/de vrouw/crush van" en dat is jammer, want Ginny is best wel leuk. Natuurlijk zijn het ook delen die bij haar horen en zijn ze niet te vermijden, maar je had ook kunnen kiezen over haar eerste zoen met Harry of zo en dan vind ik dit toch echt wel leuker. (:


Rukia
Rukia zei op 3 jan 2014 - 23:13:
dit is gewoon helemaal zoals ik me Ginny zou voorstellen
ieder personage van jou is gewoon helemaal zoals Rowling ze beschreven geeft, echt top


Rebella
Rebella zei op 3 jan 2014 - 18:23:
Ik ben het vierkant eens met Narcissa.
Ik krijg hier gewoon de tranen in mijn ogen van.
KJa je hier geen hele fanfic van maken?
Het is zo...gevoelig.
Zo...ontroerend.
En hoe Marten overbrengt is zo....hem.
En in verhalen zoals deze doet het me verdriet dat de charmante, getalenteerde en lieve jongen zo..Evil is geworden.
Echt je bent een rising star!
Ik kan hier nog een heleboel over zeggen. Maar dat is zinloos wat alles wat erover te zeggen valt heb je hier beter dan Rowling onder woorden gebracht! Echt grandioos!
Me wants more!
xx


narcissa
narcissa zei op 3 jan 2014 - 13:41:
Wou!!!!
Arme Ginny, echt hoe jij haar gevoelens overbrengt, dat is zo waanzinnig goed.
En weten helaas wat Marten met haar van plan is.
Dat maakt dat het eind zowel mooi als slecht afloopt.
Ginny die eindelijk een vriend heeft gevonden, maar je weet wat die met haar doet. En dat geeft het toch een rauwer randje en als dat kunt overbrengen kun je echt goed schrijven