Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » De Hongerspelen » Tranen versus de diepte der oceanen • Finnick Odair » O4•

Tranen versus de diepte der oceanen • Finnick Odair

12 maart 2014 - 14:10

1075

2

379



O4•

Ik was 'm vergeten op te slaan, daardoor komt-ie wat later (: Ik wil wel even zeggen dat alles tot en met hoofdstuk acht/negen lekker snel gaat komen, gewoon omdat het al geschreven ís. Aan negen werk ik nog, dus vanaf het moment dat we daar ergens zitten, zal het wel een stuk trager komen (:

De rest van de dag verloopt vrij vlot, zonder teveel problemen of vredesbewakers. Ik probeer de opmerkingen en vragen van de inwoners over mijn laatste zin te negeren, of er een ander antwoord op te vinden die het Capitool misschien nog iet of wat acceptabel zou kunnen vinden.
‘Finnick!’ ik draai mijn hoofd naar het geluid toe. Ik herken het gezicht van de vrouw. Het is niet Lize of Mélissa, zelfs niet Esm. Het is Mitchie, de enige vrouwelijke winnares uit District 5 die nog in leven is. Ze won slechts enkele jaren terug. Ik mag haar niet. Niet dat ze een tribuut uit District 4 heeft vermoord, maar zij heeft het wel overleefd, en onze tributen niet. Genoeg reden, denk ik.
‘Mitchie?’ het voelt raar aan haar bij gewoon bij haar voornaam aan te spreken, in 4 noemden we haar altijd “dat wijf van 5.”
‘Dat was…’ ze trekt haar wenkbrauwen op. ‘Verbazingwekkend moedig en vreselijk stom.’ Ik glimlach. Ze heeft gelijk, maar het was de waarheid. En dat is het nog steeds.
‘Heb ik gelijk?’ vraag ik. Ze knikt.
‘Natuurlijk heb je gelijk, maar dat betekent nog niet dat je iedereen moet laten weten hoe wreed het Capitool is.’ Mijn glimlach verdwijnt niet.
‘Dat moeten ze wel weten, Mitchie. Ik wil niet dat mensen zich aanbieden zoals ik gedaan heb.’
‘Aandachtsgeiler.’ Ik stoot een klein lachje uit. Meent ze dat nu echt?
‘Mitchietje,’ zeg ik. ‘Je hebt er geen idee van wat het Capitool met me doet.’
‘Dat dacht jij. Laat me eens raden: ze hebben je leven verwoest door de spelen en laten je geen seconde met rust.’ Ik trek mijn wenkbrauwen op.
‘Fout, wat jammer nou. Laat het me nu maar eens uitleggen. Ik. Word. Gebruikt.’
‘Elke winnaar, denk maar niet dat je speciaal bent.’ Ik trek mijn wenkbrauwen op.
‘Dus je beweert dat je verkocht wordt als slaaf en met eender wie naar bed moet?’
‘Jij zo te zien wel .’
‘Ik beweer niets’, snauw ik haar toe. ‘Ik zeg enkel waar het op staat.’
‘Tja, dat krijg je ervan als je zo… in de smaak valt bij de Capitoolinwoners.’ Had ik nu maar m’n drietand bij me, ik zou er niet over twijfelen haar borst te doorboren. En mochten er geen mensen en vredesbewakers in de buurt zijn, uiteraard. Mijn tanden klemmen zich op elkaar, hopend dat de rest van m’n lichaam zich ook zal kunnen inhouden.
‘Denk je dat ik hierom gevraagd heb?’ ze knikt.
‘Je hebt je aangeboden, dus in principe wel, ja.’ oh god, nu heb ik echt zin haar aan te vallen. Ik tegen haar, eerlijk gevecht, denk ik. Zij won drie jaar terug en was toen een jaar of zestien, dus nu moet ze rond de negentien of twintig zijn. Maar erg sterk schat ik haar niet in, daar heeft ze in ieder geval niet door gewonnen. Moesten de hongerspelen enkel om worstelen en houtgrepen draaien, was ze zo zeker als wat verloren. Maar zij had verstand, en als ze die door de martelingen van het Capitool niet verloren heeft, heeft ze het nog steeds. Dat kun je over de meeste deelnemers van de spelen niet zeggen.
‘Om de spelen, daar had ik om gevraagd. Niet om alles dat erbij scheen te horen. Ik ben meer dan een pion in hun spel.’ Ze grijnst.
‘Dat ben je niet. Dat is niemand, geen deelnemer, geen winnaar, geen gewoon mens. Je bent evengoed een pion in hun spel als je mentor, je vrienden, zelfs als je begeleidster uit het Capitool. Hoe heet ze nu ook alweer? Esm? Je bent evengoed een pion in hun spel als ik, of Kasjmier, of Seeder. Zelfs als Haymitch.’ Ik frons mijn wenkbrauwen, het lukt me namelijk niet onmiddellijk een gezicht op die naam te plakken. Dan komt het in me op.
‘Oh, de mentor van 12, hij die de tweede Kwartskwelling gewonnen heeft en sindsdien nooit meer nuchter in het openbaar verschenen is?’ ze knikt. Ik lach. Niemand weet wat er met de fitte zestienjarige van toen is gebeurd (of er wordt toch verteld dat hij fit was, ik heb zijn spelen nooit live gezien), maar hij is er met de jaren alleen maar slechter gaan uitzien. Ik weet nog dat hij in het begin dat ik hem op de televisie zag, er vrij goed uitzag. Maar toen is het beginnen verslechten en nu is hij vrees ik helemaal niet meer te herstellen.
‘Je kent hem duidelijk niet.’
‘Iedereen kent hem.’
‘Iedereen kent zijn naam, maar niet zijn verhaal.’ Ik trek mijn wenkbrauwen op.
‘Jij wel?’
‘Ja.’
‘Wel, als je het zo goed weet, waarom vertel je het dan niet?’
‘Omdat je het niet wilt weten.’
‘Wie zegt dat?’
‘Ik.’ Ik heb geen zin erover door te vragen, ik ga toch geen antwoord krijgen, en als ik het echt wil weten, vraag ik het in 12 zelf wel aan Haymitch. Daarmee is het gesprek dus afgelopen.
‘Wat moet jij met Mitchie?’ ik schrik me rot als ik de stem achter me hoor.
‘Lize, verdomme’, zucht ik, ‘je bezorgt me bijna een hartinfarct.’ Ze glimlacht. Ik hou van haar, haar humeur verpesten is vrijwel onmogelijk. Gelukkig, dan heb ik tenminste iemand die me kan opfleuren in zulke tijden.
‘Maar waar had je het nu over?’
‘Gewoon’, sla ik de vraag af, ‘ze vond me een aandachtsgeiler omdat ik me aangeboden had voor de spelen, en ze… nu ja, ze deed alsof iedereen zo’n dingen meemaak als waar ik doorheen ga.’
‘Enigszins heeft ze natuurlijk wel gelijk, Finnick, maar ik denk niet dat zij of iemand anders zo erg gebruikt wordt als jij. Laat het gewoon zitten, Mitchie is koppig. Je zult al hele sterke argumenten moeten aanhalen om haar te overtuigen.’ Ik knik. Dat had ik ook wel al opgemerkt, maar het is gewoon vreselijk als mensen zo’n dingen teniet doen met argumenten die nergens op slaan, ze zelfs niet weten hoe erg het in werkelijkheid is. Mitchie is blijkbaar een van die mensen, ik heb er gewoon een hekel aan. Alsof zij ook maar een flauw benul heeft van wat ik doormaak. Nu ja, wellicht heeft ze dat ook wel, maar het blijft echt wel bij het flauwe.
‘Komop, Finnick, de burgemeester van 5 verwacht ons op het banket. Het is speciaal voor jou gemaakt, ik zou zeggen: geniet ervan.’ Ik glimlach.
‘Kon jij van dit alles genieten toen je op je Zegetoer was?’ zuchtend schud ze haar hoofd.
‘Neen, maar ik deed mijn best om te doen alsof, zodat ik niet in een situatie als de jouwe terecht zou komen. Doe jij dat ook maar, we willen niet dat het erger wordt, of wel soms?’


Reacties:


Rukia
Rukia zei op 16 maart 2014 - 21:14:
ik moet echt die die boeken eens gaan lezen, finnick is echt geniaal
dit verhaal is geniaal


Rebella
Rebella zei op 12 maart 2014 - 14:24:
Leuk hoofdstuk!
Snel verder!
Ik mag die Lize wel.
Mag ik een tip geven?
Probeer zoveel mogelijk synoniemen voor iemand te gebruiken. Dus niet alleen zij/ze/haar/naam maar ook bijvoorbeeld de blonde vrouw, enzovoorts
Top gedaan!