Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Tokio Hotel » • Unangemessen. || Billshido fiction. » • Wiesbaden.

• Unangemessen. || Billshido fiction.

9 nov 2014 - 16:56

2088

0

278



• Wiesbaden.

Het (voor)recht om hem bij de naam te mogen noemen, heb ik mettertijd moeten verdienen. Naar eigen zeggen stond de man aanspreken met de gegeven naam, gelijk aan het delen van een emotionele, informele relatie.

Een vriendschap, een bloedband, een relatie. Allereerst kon ik het geeneens een formele relatie noemen, relatie was eveneens niet het gepaste woord. Een toevallige ontmoeting.


Met een sigaret tussen de lippen geklemd, trachtte een paar handen een aansteker open te draaien. Lange zwarte lokken dansten op de zucht van de herfstwind, op twee armen verschenen de eerste tekenen van kippenvel.
Zijn haren waaiden door elkaar, van de ene naar de andere kant, voor, en langs zijn ogen door. Het werkte irriterend op zijn gemoed, al vloekend beende hij naar een meer afgelegen deel, verder verwijdert van de rokende feestgangers. De ogen immer nog met de eigen haren bedekt, probeerde hij om nogmaals de sigaret op te lichten. Meerdere scheldwoorden ontsnapten vanuit zijn lippen.

De stemmen in de verte kon hij opnemen, maar zijn focus verbleef op de sigaret. Tot op het punt dat hij met de schoenen tegen een obstakel botste en voor het eerst in die tien helse minuten voor zich keek. Een groep mannen. Een groep mannen die zich afzonderden. Die samen argwaan opwekten en alarmbellen lieten afgaan in het hoofd van de jongvolwassene. De gesprekken onderling de mannen vielen meteen stil en alle ogen werden op hem gericht. De spanning was bijna te snijden. Twee mannen klommen overeind, enkel om met een handgebaar terug op hun plaats te worden gezet. Een paar ogen vonden een identiek gekleurd paar. Een tweede handgebaar gaf het teken aan de jongvolwassene om dichterbij te komen. Met ingehouden adem, en met de nerveuziteit die een tiental paar ogen op hem gericht, met zich meebrachten, zette hij enkele voorzichtige stappen dichterbij de man die in het midden zat. Wellicht een leidinggevend type, met alle benodigde intimidatie die erbij hoorde.

Die man wierp een blik op de sigaret die de jongere jongen tussen de lippen hield, en met een opgehaalde wenkbrauw de lippen tot een lijn perste. De hand van de man werd gestrekt, een witte aansteker aangereikt. Schuchter boog de jongen de rug, de sigaret met de vlam oplichtend. Hij liet zijn ogen glijden over de vele mannen die hem omringden, en slikte een brok door de keel.
' .. Bedankt,' kreeg hij er al fluisterend uit. De ogen staarden hem immer nog afkeurend aan. Dan sprak de man die in het midden zetelde. 'Als je zo vriendelijk wilt zijn om elders heen te gaan. Dan graag gedaan,' Met knikkende knieen had de jongeman het hoofd geknikt, en bijna in een spurt de mannen verlaten.

Hij mocht me niet, maar liet me in m'n wezen. Hij keurde mijn uiterlijk en geaardheid niet goed, maar repte er nooit enig woord over. De gesprekken verliepen in stilte. Hij had een kalm karakter, maar kon lelijk uit de hoek komen, daar werd ik me snel van bewust. Maar bovenal zorgzaam. Soms tot extremen. Hij gaf om me, maar kon me eveneens niet uitstaan. Fluisterde me lieve woordjes in het oor, en spuwde de meest haat gevulde op het volgende moment. En op de een of andere manier kwam ik op een zeker moment tot de realisatie dat de vinger niet naar mij gewezen moest worden, maar een langdurige blik in de spiegel voor hem op z'n plaats viel.

De grijze muts die hij over het hoofd had getrokken, drukte enkele verdwaalde zwarte springhaartjes plat. Een sjaal met een aanmetende kleur omhelsde zijn spitse kaaklijn en smalle, knokige schouders. Aan een treinstation stond zijn frame, tussen een menigte van gehaaste en verloren mensen. De herfst had getast naar de hand van Vrouwe Winter, en één van haar witte sluiers rond zijn bruin gekleurde oppervlakte gedrapeerd. De wind voelde duidelijk killer aan, de bomen zakten in langzaam in een winterse depressie met het loslaten van al hun bladeren en kleur. Een vlugge blik werd op een bovengehaald mobiel geworpen. Nog ruim een uur tot de trein zou
arriveren. De hemel kleurde stilletjes almaar grauwer, en almaar meer louche types begonnen zich te verzamelen rondom het station.

De jongeman voelde zich niet langer op zijn gemak, om de zoveel tijd keek hij eens over zijn schouder, zijn tas in de hand geklemd en tegen de borst aangedrukt. Hij wilde hier vandaan, maar werd gedwongen om op de volgende trein te wachten. Zijn broer stond hem wellicht al op te wachten aan het station in Wiesbaden. Nee, dat maar al te gek zijn, de treinrit zou al een viertal uren duren, een tijdspanne die hij merendeel al slapend zou doorbrengen. Broederlief zat hoogstwaarschijnlijk voor de televisie, of hing voor het scherm van de laptop.

Muziek, gedempte muziek. Hij keek op, de bron van het storende geluid tracerend, zijn blik viel op een zwarte Audi die een eind verderop stopte. Twee mannen stapten uit, al pratende met de bestuurder. De mannen liepen zijn richting in, de wagen bleef echter staan. Hij bewoog zich meer naar achteren, zijn rug vond de beschutting van een bushalte. Hij hoopte dat ze hem met rust lieten, gewoon langs hem door wandelden en hem negeerden. Oh, alsjeblieft. Ze gooiden zich op het bankje vlak naast de magere jongen, nog in een gesprek verwikkeld. Zijn knieën knikten, angstige pufjes ademde hij.

De kleinste van de twee mannen, duwde een zwarte designer zonnebril iets omhoog en bekeek zijn fragiele figuur. De man erlangs bemerkte het ook en zond zijn vriend een niet-begrijpende schud met het hoofd. Dan volgde een stem. 'Hé, jij daar,'

De zwartharige kneep de ogen dicht, de lippen op mekaar gedrukt. Alsjeblieft, doe me niets. De mannen keken elkaar even aan, nogmaals een stem. 'Geen reden om bang te zijn hoor. We doen je niets,'

Gelach. Hij draaide het hoofd naar de twee figuren, angst duidelijk in zijn bruine ogen af te lezen. Eén van hen stond plots recht en reikte hem een hand. 'Doe maar rustig aan, jongen,' De jongeman schudde voorzichtig het hoofd. '..Sorry,'

De kleinere man droeg een glimlach op het gezicht. Hij bekeek het bord een eind verderop en keek dan weder naar de zwartharige. 'Wiesbaden? Je bent gek ..' De tweede man rok zich uit. 'Waarom is hij gek?'
'Hij gaat naar Wiesbaden,'
'Wat is daar mis mee?'
'Dat is een rit van vier uren,' Beide mannen vielen stil. 'Anis vragen?'
'Kay, Anis geeft sowieso niet een wildvreemde zomaar een lift,'
'Tuurlijk wel, zorg ik wel voor, praat even met hem, stel hem even gerust dat er echt niets met hem zal gebeuren,'

De jongvolwassene bevond zich ineens aan de zwarte Audi. De man met de Thaise kenmerken, stond voor het portier gebogen, al overleggend met de bestuurder. Hij stond er meer onwennig bij, zonet stond hij nog vredig
aan een bushalte, al wachtend op de trein. Vervolgens wordt hij aangesproken door twee wildvreemden, en nu stond hij te wachten op de goedkeuring van een vreemde of deze hem een lift wilde geven naar Wiesbaden.

Een hand op zijn arm deed hem uit zijn gedachtentrein stappen. De Thai sprak hem aan. 'Anis regelt het wel verder met je, ik moet terug, bus komt zo,'
De jongen keek hem verward na, maar werd gauw alert gemaakt wanneer een diepe stem hem aansprak. Hij boog om door het portierraam te kijken en zag een man van buitenlandse afkomst hem aankijken. 'Waar moet je heen, jochie?' Hij slikte. Was dit wel een slim idee? Wie weet wat
deze man met hem van plan was. 'Wiesbaden station..'

Het portier werd opengeklikt, de auto in de eerste gezet. 'Stap in. Ik ben daar in twee uur,' Hij twijfelde, maar stapte alsnog in. Het interieur binnenin de wagen bestond uit leder, en voelde aangenaam warm aan vanwege de hete lucht van de airconditioning. De man keek hem in stilte aan, wachtend tot hij zich comfortabel had gezeteld, en de gordel had omgedaan. Dan draaide hij de radio terug open, de frons van zijn passagier in de mot. 'Familiebezoek?' De jongvolwassene beet op de onderlip. 'Oh .. soort van. M'n broer opzoeken', Het hoofd van de man knikte, de wagen startte. 'Hoe heet je?'

'Bill,'

Bill liet het hoofd tegen de hoofdsteun vallen, de armen gesloten, genietend van de hete lucht die doorheen de wagen ciruleerde. 'Moest je roken, zeg het me even op voorhand. Dan doe ik het raam open,' De zwartharige knikte voorzichtig. 'Anis. Maar gelieve me niet met mijn naam aan te spreken,' De jongen haalde een wenkbrauw op. 'Hoe .. wil je dan dat ik je aanspreek?' Een rood licht, het zachte geronk van de motor. 'Om het eender, maar niet Anis,' Hij draaide het hoofd naar de tiener. 'Een dergelijk recht moet je verdienen, vind ik,'

Bill streek de haren naar achter, de muts en sjaal op zijn schoot plaatsend. Vanuit zijn ooghoek merkte Anis de duidelijk zichtbare sleutelbeenderen van de jongen op, die iets boven de kraag van zijn shirt tevoorschijn kwamen. Dit was duidelijk een tiener die zich bezighield met het schoonheidsideaal dat de maatschappij de bevolking oplegde. Het idee alleen al dat een persoon zichzelf uithongert, wakkerde de woede in hem op. 'Zeg Bill ..,' begon Anis. Bill draaide het hoofd naar de man. 'Hoe oud ben je eigenlijk?'

'Achttien,'

Stilte.

'Vriendin?'

De stilte werd verlengd.

'Nee,'

De Audi voegde zich op de rechter rijstrook.

'.. Vriend?'

Een zucht. 'Nee,'

Een tweede rode licht. 'Op zoek? Of per keuze?'

Bill inspecteerde nerveus zijn vingers, de zwarte nagellak was afgebrokkeld en kleine puntjes immer nog aanwezig. Morgen meteen eraf halen, dit trok ook op niet veel.

'Geen van beide. Nu ja .. een relatie is welkom, maar ik zoek er niet naar..' De man wreef met een hand over zijn getrimde baardje. 'Vaak gekwetst?'
Een frons. 'Pijn maakt nu eenmaal deel uit van liefde, maar eerder afwijzing,'
'Meisjes wijzen je af?' Haha. Niet dus. 'Nee..' Bill durfde het niet te zeggen, Anis had wellicht een andere cultuur en andere denkwijze. Wilde hij twee uren in een wagen doorbrengen met iemand die hem veracht?

' .. Wijzen jongens je af?' Enige twijfel in de stem van de man. Een zwarte lok werd achter een oor gestreken. Anis rekte de nekwervels. 'Ik neem dan maar aan van wel,' het antwoord was kort, bijna bot. De tiener voelde zich op de
plaats gezet. De vingers van de man streelde langs zijn neus. 'Ieder zijn ding. Maar ik geef je gelijk. Relaties zijn alleen maar tijdsverspilling,'

De wagen stopte vlak voor het station in Wiesbaden. Bill draaide snel de sjaal rond de hals, de muts over zijn zwarte haren getrokken. 'Bedankt voor de lift..' Anis schudde het hoofd, de schouders werden opgehaald. 'Wacht je broer hier op je?'

'Ik moest hem een bericht sturen zodra ik arriveerde. Dan kwam hij me ophalen,'

'Ga je gang. Wacht maar in de auto tot je broer bevestigd dat hij hier is,'

Met een korte knik van het hoofd, had Bill zijn gsm uit zijn tas gevist, om zijn vingers er vliegensvlug over te laten glijden, in de vorm van het sturen van een bericht. De man die langs hem zat, rok zich uit, om wat onderuit te zakken in zijn zitplaats. Zijn ogen inspecteerden het drukbevolkte treinstation en de honderden reizigers die van het ene perron naar het volgende spurtten. Wachtende tieners die met een angstige blik om zich heen keken, een groep jongens in de gaten gehouden. Het viel hem op hoezeer buitenlanders werden gevreesd, maar begreep de reactie van de mensen ook. Niet alle buitenlanders pasten zich aan, en jongeren die herhaaldelijk met justitie in aanraking kwamen, maakte van die eerste indruk wellicht ook niet meteen een beste. Bill had eenzelfde reactie getoond, angstig, nerveus..

Het zoemen van diens gsm, verkreeg zijn aandacht. En eens de jongeman het inkomende bericht aandachtig las, sprak de man tot hem. 'Je broer, neem ik aan,' De jongeman met de nachtzwarte haren knikte. 'Hij zegt dat hij binnen tien minuten hier is,' Hij keek Anis in de ogen. 'Misschien kan ik best op hem wachten aan de ingang. Dan houd ik je niet langer op,'

Een knik, de wagen werd wederom gestart. 'Ik raad je aan dicht bij grote groepen te blijven. Je weet maar nooit wat hier kan rondlopen,'

Een hand klemde zich rond de klink van het portier, die werd geopend.
'Doe ik, En nogmaals bedankt -'

'- Geen moeite. Kom goed thuis,'

De jongen stapte uit en de wagen zoefde hem voorbij. Enkele verbaasde blikken werden naar hem geworpen. Hij begreep de verbazing, want die voelde hij tevens ook.


Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.