Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Overige » Piet Kaaskoning Boek I: The Baconing » Planet hopping & vrijwilligers werven

Piet Kaaskoning Boek I: The Baconing

30 jan 2015 - 9:19

758

0

223



Planet hopping & vrijwilligers werven

‘Mijn naam is George Spitfire, uitvinder van het gelijknamige voorzetdeelwoord. Ik ben naar Wales gereist om je te ontmoeten. Ik heb je hulp nodig op onze planeet Hymalama. Je hebt het zeker al gezien. Ik ben geen Hogswein, geen Spacewhale en geen Bananaz. Je vraagt je af wat doe ik hier, wie ben ik... wat ben ik? Ik zal deze vragen allemaal beantwoorden.’ Het was stil in de pub. George zag dat Piet hem aandachtig aankeek. Was dat net allemaal een act? Om voor iedereen dom te lijken? Dan zou hij dus erg slim zijn, de Council zou dan een goede keuze hebben gemaakt. ’Zal ik eerst uitleggen wie ik ben: ik ben een Llama, lid van de Hymalama High Council, afgezant van onze voorzitter Daila. Ik ben hier om je op te halen voor het redden van onze planeet. Zie je, onze levensgemeenschap is heel vredig, we willen balans en harmonie. Daarom heeft onze planeet bijna geen verdedigingswerken. Nu hebben wij een opvaring gehad met de Hogswein Sovereignty. Zij hebben ons nog niet officieel de oorlog verklaard maar dat gaat niet lang duren. Ik heb begrepen dat jou ras de Hogswein goed kent. En nog belangrijker, er is een heilig relikwie van de Hogswein in jou achtertuin geland. Verder ben jij de enige overlevende van dat ongeluk en we hopen dat je iets gezien hebt waardoor wij de Hogswein Sovereignty kunnen afweren. Onthoud goed, wij willen ze niet veroveren of verslaan, maar in vrede verder leven.’ George keek even om zich heen. De walvis die met Piet binnen was gekomen zat nog steeds aan de bar met de barwalvis. De andere walvissen en potvissen zaten rustig verder te praten. Alles ging zoals gepland. ‘Misschien vraag je je af, hoe ben je aan boord van het narwhalschip gekomen. Je kent de IP nog he? Nou, deze mystrieuze plantenverdelgers zijn wij: de Llama. We gaan naar grote plantenincidenten toe en praten met de planten om ze te kalmeren. Verder zei onze spirituele leider dat er op een dag een plantendag van doem zal komen en daarvoor moesten wij de eerste zijn om jou op te halen. Begrijp je dit? Jij bent de uitverkorene. Wij noemen jou: Mostafa.’ Piet maakte geen enkele beweging bij deze ontbering. George vroeg zich af of hij het allemaal niet kon bevatten. ‘Gaat alles wel goed Piet?’ Piet stond met grote ogen te kijken en er kwam een snottbel uit zijn neus. Wat George niet wist is dat Piet geleerd heeft om in saaie situaties met zijn ogen open te slapen. George sleurde hem mee naar buiten en Vinny volgde hen. Buiten op het plein stond een koets klaar in de vorm van ruimteschip in de vorm van een halve cirkel en werd getrokken door vliegende alpaca’s. George keek om en zag Vinny: ‘En wat denk jij te doen?’ ‘I owe em me life. I am now bound to protect em with me life matey.’ George zuchtte ‘Oke dan, papzak, jij mag mee.’ ‘JOEPIIIEEE’ Vinny stapte in en Georgie volgde hem terwijl hij Piet aan zijn nekvel meetrok. Ze reden de hoek om en stegen daarna om naar buiten de atmosfeer.

In een donkere kamer waar alleen het licht van een kaars en de licht van een volle maan de kamer belichtte, stond een zilvere gedaante. Hij had een duivelse mantel aan en een satanistische hoorn stak uit zijn gezicht. ‘Nog maar even, en mijn plan zal werkelijkheid worden. MUAHAHAHAHAHA’

Piet werd wakker in een grote kamer met een hoog plafond. Hij keek rond en zag dat bijna alles van goud was. ‘Look Piet, I can flyyyyy!’ Vinny vloog door de kamer, daarbij sneuvelde drie gouden/glazen bekers. ‘Waar zijn we Vinny?’ vroeg Piet met een schorre, holle, bolle, vette, kreunende stem. ‘Lad, I don’t have no idea, what I do know, is that we have én open bar! Take what ye want matey!’ Piet stond op en liep naar de bar. Er waren gouden druiven in gouden schalen, en vloeibaar goud in gouden luchtbuckscoffeebekers. Hij proefde het allebei en tufte het weer uit en zei: ‘Smaakt naar metaal, ik weet dat omdat er metaal in bloed zit.’ De hele kamer schokte. ‘Wij zijn geland op Hymalama, wil het personeel de lading uitladen en de passagiers begeleiden.’ De deur ging open en George kwam binnen, hij zei ‘We zijn geland, kom mee.’ De party liep naar de deur toe. Toen die openging werden Vinny en Piet verblind. Ze keken recht op een gouden stad. George ging voor ze staan, hij snoof de lucht op. ‘Heren, welkom in Elpacaro.’


Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.