Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Overige » Het uur van de wolf » III

Het uur van de wolf

28 maart 2015 - 12:52

1101

0

231



III

Het zwart voor haar ogen werd af en toe onderbroken door oranje lichtvlekken, die zowel door de blinddoek als door Annika's dichte oogleden heen schenen. Na uren achter elkaar gedragen te zijn voelden haar spieren nog vermoeider aan dan eerst. De wolf bewoog echter nog net zo soepel en snel als toen hij haar had opgetild. Zijn zekere stappen weerklonken luid.
Hij liep op een stenen ondergrond, waarschijnlijk in een lange gang. Ondanks dat Annika al uren in dezelfde houding lag te verkrampen, voelde ze zich steeds iets comfortabeler. In de dekens gewikkeld werd haar lichaam weer warmer, en ze was gestopt met rillen. Ze was echter nog steeds te moe om zich te bewegen, en haar constante angst zorgde ervoor dat ze haar lichaam niet kon opladen. Haar onwetendheid over wat er met haar zou gebeuren was de enige reden de slaap niet kwam, en slapen was de enige manier om haar energie helemaal terug te krijgen.
Sinds de wolven hun kamp bij het slagveld hadden opgedoekt was Annika geblinddoekt, en ze had geen idee welke kant ze op waren vertrokken. Ze wist hoe snel wolven konden zijn, en uit de regelmaat waarmee hun passen op de bosgrond hadden geklonken en manier waarop de wind langs haar gezicht had gegierd kon Annika opmaken dat ze op volle snelheid hadden gerend. Ondanks de voorzichtigheid van aar drager was haar lichaam onderweg meermaals door elkaar geschud.
Al met al was het een urenlange martelgang geweest, niet lichamelijk maar geestelijk. Elke keer als ze zichzelf afvroeg wat er met haar zou gaan gebeuren ging haar hart wild tekeer en brak het koude zweet haar uit. Af en toe ging dat gepaard met vlagen van zenuwen en vermoeide misselijkheid. Daarnaast gaf het feit dat ze zich nauwelijks kon bewegen haar een wanhopig gevoel.
Opeens deed een hard geluid Annika opschrikken. Ze draaide haar hoofd om te kunnen bepalen waar het precies vandaan was gekomen. Haar ontvoerder kwam meteen tot stilstand. Ergens vlakbij haar hoofd maakten roestige, oude scharnieren een piepend geluid. Blijkbaar werd er een oude deur geopend.
De wolf kwam weer in beweging. De weerkaatsing van zijn rustige stappen klonk nu anders. Dit was duidelijk geen lange, lege gang meer. Het duurde niet lang voor ze weer tot stilstand kwamen.
Voorzichtig werd ze door hem op de grond neergelegd, op iets zachts. Haar hart ging als een razende tekeer, en ze ademde snel. Ze had geen idee wat onder, boven, links of rechts was.
Zachtere handen dan verwacht reikten achter haar hoofd en maakten de blinddoek los. Annika knipperde een paar keer in het donker om haar oogleden te laten wennen aan het drukverschil. Haar omgeving nam steeds meer vaste vorm aan. Het donker hielp haar ogen snel te doen wennen.
Ze keek tegen een muur van eeuwenoude donkergrijze stenen aan. Met veel moeite draaide ze haar hoofd om. Het plafond, de andere muren en de vloer van het kamertje waar ze in lag bestonden allemaal uit dezelfde grote stenen. Een enkele robuste lamp was bevestigd aan het plafond boven de oude houten deur en gaf een zwak licht. Er kwam een dikke kabel uit die boven in de muur verdween. Samen met de lamp zorgde en piepklein raampje tegenover de deur voor het enige licht in de ruimte. Annika lag in een hoek op een dun matrasje, een eenzame wcpot domineerde de andere kant van de cel.
Haar ontvoerder stond bij de deur naar haar te kijken. Hij had zijn armen over elkaar geslagen en liet de blinddoek door zijn vingers glijden. Zijn goudgele wolvenogen leken licht te geven in het donker. Toen stapte hij, zonder iets te zeggen, het kamertje uit en sloot de deur. Een sleutel knarste in het slot, en het geluid van zijn voetstappen vervaagden snel. In de stilte die volgde won de uitputting het van de angst, en zakte Annika weg in een diepe slaap.

Ze werd wakker toen haar celdeur knarsend open ging. Haar ontvoerder kwam binnen, gevolgd door de oude vrouw die ook bij het kamp had gezeten.
'We moeten even je wonden bekijken, en ze als het nodig is verzorgen.' Ze probeerde geruststellend te klinken.
Voor Annika werkte het echter niet. Haar ogen werden groot van angst en ze haalde gejaagd adem terwijl de twee wolven de dekens van haar afwikkelden. Toen haar armen vrijkwamen stribbelde ze met al haar kracht tegen.
De jonge wolf greep haar polsen beet om haar in bedwang te houden terwijl de oude vrouw de snee in haar bovenarm en heup bekeek; de wonden die hij aan Annika had toegebracht.
'Dat is goed aan het genezen,' stelde de vrouw tevreden, 'we hoeven er niks meer aan te doen.' Ze stapte weg en de man liet Annika's polsen los. Hij ging bij de deur staan, klaar om te vertrekken.
De vrouw leek echter te aarzelen. een paar seconden lang staarde ze Annika bedachtzaam aan. Toen hurkte ze neer, vlak bij het gezicht van de heks, en keek haar zonder angst recht in de ogen. Haar lange donkergrijze haar viel over haar schouder toen ze zich nog meer naar de gevangene toe boog. 'Wat is je naam?' vroeg ze rustig, en ze glimlachte bemoedigend.
Annika keek haar strak aan maar hield haar mond dicht.
De oude wolf schudde spijtig haar hoofd. 'We weten dat je een dochter van Polka bent. Ik vraag je nu niet om informatie, ik wil gewoon weten hoe ik je moet noemen,' vertelde ze. Toen Annika nog steeds niks zei stond ze op. 'Dan noem ik je maar gewoon 'heks',' zei ze teleurgesteld. Ze draaide zich om en wilde naar de deur lopen.
'Annika,' fluisterde Annika opeens. Ze wist niet precies waarom ze het had gezegd, en een onheilspellend gevoel bekroop haar. Het voelde alsof een belangrijke regel overschreden werd.
Haar ontvoerder, nog steeds bij de deur, keek haar verbaasd aan, en de oude wolf draaide zich weer om. Ze glimlachte. 'Dankje Annika,' zei ze met een respecterend knikje. Toen draaide ze zich om en liep met snelle passen de cel uit.
De jonge wolf stapte ook naar de deur, maar in plaats van weg te gaan deed hij de deur zachtjes achter de oude vrouw dicht. Het onheilspellende gevoel in Annika's borst groeide. Hij draaide zich langzaam om en keek vertwijfeld naar de grond. Even leek hij met zijn eigen gedachten te worstelen, toen keek hij haar vastberaden aan.
'Ik ben Marcus,' zei hij zacht. Zijn lage stem klonk verrassend warm in de kleine, kille ruimte. Zijn gouden ogen boorden zich in de hare. Toen draaide hij zich vliegensvlug om, opende de deur, en was weg voor Annika met haar ogen kon knipperen.
Knarsend viel de deur in het slot. Er klonken geen voetstappen aan de andere kant.


Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.