Hoofdcategorieën
Home » Sprookjes » Sprookjes van de gebroeders Grimm met updates. » (009) De twaalf broers - deel 2
Sprookjes van de gebroeders Grimm met updates.
(009) De twaalf broers - deel 2
Prinses A-mei was nu groot geworden; ze had een goed hart, een lief gezicht, en een gouden stemmetje. Eens op een keer, toen de grote was gedaan werd, zag ze daarbij dertien voetbalshirts en ze vroeg haar moeder: "Van wie zijn die andere twaalf genummerde voetbalshirts? Ze zijn niet van vader, want die draagt alleen nummer één!" Het verbijsterde A-mei dat haar moeder ineens verschrikkelijk begon te huilen, en antwoord kreeg ze niet.
Af en toe verveelde A-mei zich nogal in het kasteel; ze was tenslotte enig kind en had niemand om mee te spelen. Van haar vader mocht ze alles en haar moeder was meestal druk bezig, dus dwaalde ze overal rond. Op een keer was ze in de cadeau kelder met een samuraizwaard aan het spelen toen ze per ongeluk een groot schilderij raakte; daar achter ontdekte ze een geheime kamer met daarin dertien lege doodskisten. En iedere doodskist was voorzien van een naambordje.
Haar vader was op zakenreis zodat ze 's avonds met haar moeder at; toen de pizzabezorger was vertrokken vroeg A-mei: "mama, van wie zijn die andere twaalf doodskisten daar in de kelder? En waarom staat je naam op die laatste kist?"
Toen antwoordde de moeder met een bezwaard hart: "Kindlief, die zijn van je twaalf broers, net als die twaalf voetbalshirts. Die dertie ... WAT?!? MIJN naam staat op de laatste kist??? ... ga ... ga naar je kamer, pak je koffertje in en schiet op, we gaan straks weg, op familiebezoek in België." A-mei ging naar haar kamer, maar met een omweg; uit de kledingkast bij de waskamer haalde ze de twaalf voetbalshirts (die daar intussen al weer een aantal maanden lagen) en die stopte ze onderin haar schoenenkoffer voordat ze de lakei belde om de limousine te laten voorrijden en haar bagage (zeven koffers, we hebben het tenslotte wél over een prinses) in te laden.
A-mei en haar moeder trokken bij soort-van-oom in en vroegen hem waar de twaalf broers waren; helaas kon oom ze dat ook niet vertellen. Ook daar in dat kasteeltje in de Ardennen werd A-mei eigenlijk aan haar lot overgelaten; een gewone scheiding is al lastig om te regelen, maar om als gevluchtte koningin van je gevaarlijke gek van een man af te komen is echt erg ingewikkeld. Bovendien was de Belgische regering bang voor een diplomatieke aanvaring met die koning, dus de hele dag was het in het kasteeltje een komen en gaan van diplomaten en advocaten.
A-mei wist dat haar broers hier te voet vertrokken waren, dus nam ze de twaalf voetbalshirts en ging weg en recht op het bos aan. De hele dag liep ze, en 's avonds kwam ze bij de grot. Ze ging er binnen en vond een jonge man, die vroeg: "Waar kom jij vandaan en waar moet je naar toe?" en hij verwonderde zich dat ze in kousen van Louis Vuitton en met schoenen van Chanel door het bos dwaalde. Toen gaf zij ten antwoord: "Ik ben een prinses en ik zoek mijn twaalf broers, en ik wil verder gaan zover de hemel maar blauw is, tot ik ze vind." Ze toonde hem ook de twaalf voetbalshirts, die van hen waren. Toen begreep Zayn, dat het zijn zuster was, en hij zei: "Ik ben Zayn, je jongste broer!"
Reacties:

Let op; vorige hoofdstuk 'n laatste alinea toegevoegd (was die gisteren vergeten).
Met de op twee na laatste alinea van dit hoofdstuk begin ik eigenlijk pas significant van het plot van het originele verhaal af te wijken.
En met dank aan WTlover voor mode advies



Laat me raden, nu moet ik eerst weer wachten voordat deel drie komt?