Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Inazuma Eleven » Fire & Ice » hoofdstuk 23

Fire & Ice

11 jan 2016 - 20:16

1809

0

219



hoofdstuk 23

Nog steeds in shock door het feit dat Ray Dark achter Julia's ongeluk zat, ben ik vanochtend vroeg richting school vertrokken, zonder iets tegen Axel te zeggen en zonder bij Julia langs te gaan. En nu zit ik hier, op de rivieroever met mijn voeten in het water, kijkend hoe de zo'n opkomt. Het is zo pijnlijk en moeilijk te bevatten. De gedachte dat iemand met opzet mijn kleine zusje bijna heeft vermoord, doet zoveel pijn dat het het enige is waar ik nog aan kan denken, ook al doe ik nog zo mijn best om het uit mijn hoofd te zetten. Ik kan het niet helpen. Het blijft maar terugkomen. Ray Dark... Ik wist dat er niets goeds in hem zat, dat hij levensgevaarlijk was en dat hij tot vreselijke dingen in staat was, maar Julia... Draait het hem dan echt alleen maar om winnen? Zelfs als hij daarvoor mensen moet vermoorden? Daar begint het steeds meer op te lijken.

Ik hoor voetstappen achter me en draai me om. Ik verwacht Axel of Jude te zien, of iemand anders die er gisteren bij was en er dus van af weet, maar dat is niet het geval. Het is Nathan. Hij ploft naast me in het gras en kijkt me doordringend aan. "Ik hoorde het van Jude... En ik wilde gewoon even zeggen... Ik ben er voor je. En niet alleen ik, het hele team. Als je ons nodig hebt, dan horen we het wel."

"Bedankt, Nathan." Zeg ik. "Dat waardeer ik echt." Ik staar naar het water en krijg meteen weer tranen in mijn ogen. Zwijgend zitten we daar, langs de rivieroever. Na ongeveer een half uur staat Nathan op.

"Kom je? We komen te laat op school."

Ik glimlach zwakjes, knik en sta op. Het leven gaat door.

En dus ook de training. Gelukkig maar, ik heb afleiding nodig. En er werkt geen betere afleiding voor mij dan voetbal. Axel passt naar mij, en ik neem de bal aan, spring en knal de Golven Tornado naast Mark in het net. Lachend gooit hij de bal naar Axel. Mooi, hij is weer zijn vreselijk optimistische zelf. Ik kijk toe hoe Axel de Vlammen Tornado op Mark afvuurt, maar opeens komen een ontzettend hypere Silvia en Celia en een wat minder vrolijke Nelly aanrennen, die me meeslepen naar de keuken.

"Huh, wat? Silvia, Celia, wat is hier de bedoeling van?" Zeg ik.

"We gaan koken!" Zeggen ze stralend. Nee hè. Alsof elke avond koken nog niet genoeg is.

"Slecht idee, ik kan niet koken. Ik kan beter weer gaan trainen. Nou doei!" Zeg ik, en ik ren weg voor ze me tegen kunnen houden. Af en toe, als ze zo hyper zijn als nu, halen ze het bloed onder mijn nagels vandaan. Daar wil ik liever even niet mee opgescheept zitten. En al helemaal niet met Nelly. Ik kan me haast niet voorstellen dat ze kan koken, ze steekt nooit haar handen uit de mouwen. Ze heeft een hele hoop personeel dat dat voor haar doet.

"Wat had dat te betekenen?" Vraagt Jude lachend.

"Ze wilden dat ik met ze ging koken." Zeg ik met een gezicht als een oorwurm. Ik pak de bal van hem af en schiet richting de goal. Ik ontwijk Bobby's Super Sliding en knal de bal op Mark af, maar Axel springt ervoor en schiet de bal terug. "Hé Axel, sinds wanneer ben jij verdediger?"

Hij lacht alleen maar en passt naar Nathan. We trainen door tot Celia, Silvia en Nelly komen aanstormen met dienbladen vol rijstbollen.

"Eten, jongens! We hebben rijstbollen voor jullie!" Roept Silvia.

Mark stormt er meteen op af. "Ik neem als eerste!" Maar Nelly slaat zijn hand weg. "Au! Hé, waar deed je dat nou voor?"

"Eerst jullie handen wassen." Zegt ze streng.

"Ja, mevrouw." Mompelt het hele team in koor.

Ik blijf aan de kant staan toekijken hoe het team in onvoorstelbaar weinig tijd alle rijstbollen in hun mond propt. Ik schenk een glas cola in, steek er een ijsstokje in en bevries het. De snelste manier om ijsjes te maken.

"Deze heeft een hele rare vorm." Hoor ik Mark zeggen. Dat had hij beter niet hardop kunnen zeggen.

"Die heb ik gemaakt. Niet goed?" Zegt Nelly. Ze heeft haar armen over elkaar geslagen en kijkt Mark strak aan, die meteen helemaal rood wordt.

"Eh... Natuurlijk wel, de vorm doet er niet toe, als de smaak maar goed is." Hij stopt de rijstbol in een keer in zijn mond en zijn gezicht verschiet. "Wel heel zout." Piept hij.

"Bij die bol schoot mijn hand wat uit."

"Maakt niet uit. Ik heb veel gezweet, dus ik kan wel wat zout gebruiken." Zegt hij snel. Hij slikt de rijstbol door, maar verslikt zich. "O nee, nu stik ik! Ik krijg geen adem meer!" Tjonge, en ik maar denken dat Nelly hier de drama queen was. Ik had het duidelijk mis.

"Hou nou maar weer eens op met ondankbaar te zijn." Zegt Nelly geërgerd.

We trainen nog even door, tot het donker begint te worden. Ik loop met Erik, Nathan, Mark en Axel richting huis. Nou ja... Naar het ziekenhuis. Ik wil naar Julia toe.

"Tot morgen!" Zegt Axel, en we lopen een zijstraat in richting het ziekenhuis.

"Wonen jullie niet de andere kant op?" Vraagt Erik.

"Ja, maar ik moet eerst nog ergens anders heen." Zegt hij zonder om te kijken.

Zodra we Julia's kamer binnenstappen, veranderd de sfeer meteen. Dat is eigenlijk altijd zo. Axel is opeens een stuk minder stug. "Sorry dat ik zo laat ben. We hebben ontzettend hard getraind vandaag." Plots veranderd zijn gezicht, en ik weet dat hij aan Ray Dark denkt. Hij balt zijn handen tot vuisten. Dan ontspant hij weer en gaat op de kruk naast het bed zitten. Ik loop maar het raam en staar naar buiten. "Nou Julia, de voetbal frontier finale wedstrijd komen er weer aan." Gaat Axel verder. "We zijn alweer een jaar verder. Dit jaar ga ik dat veld op. En dit keer zal ik winnen. O, trouwens, herinner jij je Mark nog, waar ik wel eens over verteld heb? Hij probeert een nieuwe keepers beweging te leren. Hij werkt er keihard voor. Als je... Ook voor hem wilt duimen zou dat heel fijn zijn. Hij verdient zoveel mogelijk steun."

De volgende dag, als Jude, Erik, Axel en ik bij Marks trainingsplek aankomen, is hij al volop aan het trainen.

"Zo hé, hij is er al." Zegt Jude.

"Moeten we hem echt niet even helpen, jongens?" Vraagt Erik.

"Als hij tegen de vijand vocht zou ik zeggen van wel." Zegt Axel "Maar nu vecht hij tegen zichzelf. En dat gevecht... Moet hij in z'n eentje voeren."

"Ja... Hij vecht om zijn hart te vinden." Zegt Erik.

"Ja, ik geloof dat dat is wat z'n opa bedoelde in z'n boek. Denk je ook niet, Axel?"

Axel glimlacht alleen maar.

"Ik denk het wel." Zegt Erik.

"Ik ook." Zeg ik.

De volgende dag, na school, trainen we weer verder. Mark is nu vol vertrouwen en vraagt ons Dubbeldreun en de Draken Tornado tegelijkertijd op hem af te vuren. Als dit maar goed gaat...

De schoten razen op Mark af, maar opeens, vanuit het niets, springt er iemand voor die  ze allebei met één hand weet te stoppen.

"Wow, geweldig!" Roept Mark meteen enthousiast. "Je stopte tegelijkertijd Draken Tornado en Dubbeldreun! Je bent een fantastische keeper!"

Ik loop dichterbij. En terwijl ik me afvraag of het nou een jongen of een meisje is, kruist mijn blik die van Jude. De frustratie is van zijn gezicht af te lezen. Geen twijfel mogelijk, dit moet Byron Love zijn, de aanvoerder van Zeus. En dus een jongen, laten we daar vanuit gaan.

"Ja, maar ik ben niet onze keeper. De keeper van ons team kan allebei jullie schoten stoppen, zelfs met het topje van zijn vinger."

"En met jouw team bedoel je Zeus jr. , nietwaar, Byron Love." Zegt Jude ijzig, terwijl hij op hem af loopt.

Byron glimlacht en richt zich tot Mark. "Jij bent zeker Mark Evans. Ik zal me even voorstellen. Ik ben Byron Love van Zeus jr. ik weet alles over jou, dankzij meester Ray."

"Aha, Zeus jr. is dus toch met hem verbonden."

"Hé prinsesje, wat wil je? Kom je ons uitdagen ofzo?" Zegt Kevin.

"Dat mocht je willen." Hij begint te lachen.

"Wat is er zo grappig, joh?" Kevin wordt steeds kwader.

"Uitdagen zou inhouden dat ik met jullie zou willen vechten. Maar ik heb helemaal geen zin om met jullie te vechten. Het zou het beste zijn als jullie het vechten achterwege laten."

"En waarom dan?" Vraagt Mark.

"Omdat jullie uiteraard zullen verliezen. Als mensen tegen goden vechten, ligt de uitslag voor de hand."

"Noem jij jezelf een God?!"

"Weet je dat dan niet?" Echt waar, ik verander hem in een ijsklontje als dit zo nog lang doorgaat.

"Het enige wat wij weten is dat wij gaan voetballen?"

"Is dat zo? Maar je weet toch vast wel meer dingen? Appels vallen van bomen, nachten volgen dagen, voetballen zijn rond enzovoort... Die jongen daar, Jude Sharp, weet veel meer dingen dan jullie denken. Is het niet?"

Jude wil hem aanvliegen, maar Axel houdt hem tegen.

"Steek geen tijd meer in trainen. Alle trainingen ter wereld kunnen de kloof tussen mensen en Goden nog niet dichten. Verdoe je tijd niet."

"Hou je mond toch! Wie ben jij nou om hier te komen kleppen over de Goden en waarheid? Trainen houdt ons in leven! Trainen voedt ons bloed en vlees, weet je."

"O, dat is echt heel grappig. Dus trainen voedt je? Leuk gezegd."

"Daar is helemaal niets grappigs aan."

"Je snapt het nog steeds niet. Ik zal het je bewijzen. Kijk hoe weinig je voorstelt." Hij trapt de bal omhoog, binnen een fractie van een seconde staat hij niet meer naast me, maar hangt hij in de lucht en schiet de bal rustig op Mark af. Mark weert de bal af, zodat hij tegen de lat botst, en valt bewusteloos op de grond. Meteen pak ik mijn water en vlieg op hem af. Iedereen komt om ons heen staan. Maar Mark doet zijn ogen weer open, duwt me ruw opzij en probeert op te staan.

"Opnieuw! Schiet er nog eens een!" Schreeuwt hij strijdlustig. "Trap gerust harder! Heb maar geen medelijden met me!"

De jongen lacht weer. "Indrukwekkend. Jij bent de eerste die met een vinger aan mijn Godbal kon komen. Ik kijk nu nog meer uit naar de wedstrijd dan eerst." En even plotseling als hij verscheen, is hij weer verdwenen.

"Hé, wie was dat?" Vraagt Erik.

"Dat hele team zit vol met zulke arrogante kwallen." Zegt Jude.

"Die finale... Wordt behoorlijk krankzinnig, denk ik." Zegt Axel. Ik knik.

Axel en Jude lopen naar Mark toe, die op de grond zit.

"Pak mijn hand." Zegt Axel.

"Kom overeind." Zegt Jude.

"Ja, heel graag. Dank je." Zegt Mark, en hij staat op. "Ik weet geloof ik hoe we ze kunnen verslaan. Nee, ik weet het wel zeker."

"Nee." Hoor ik de coach opeens zeggen. Ik had hem helemaal niet gezien. "Het is nu nog onmogelijk voor jullie om Zeus te verslaan, jongens."

Dat klinkt nou niet echt positief. Maar één ding weet ik heel zeker: dit gaat beslist geen gemakkelijke finale worden.


Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.