Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Il Divo » Bonnie & Clyde » Hoofdstuk 8

Bonnie & Clyde

8 juni 2009 - 16:10

1227

0

338



Hoofdstuk 8

Seb zit te wachten op het telefoontje van de ontvoerders. De apparatuur is geïnstalleerd en de politie mensen hebben zich in een achterkamer geïnstalleerd. Voor de dodelijk ongeruste ouders is dit een hel. Uren kruipen voorbij en dan ineens gaat de telefoon. Seb springt op en gebaart naar Fernando op zijn teken de telefoon op te nemen. Tegelijk drukt iemand de opnameband aan en neemt Seb de tweede telefoon op.
“Gianni”¯ meldt Fernando zich. Er klinkt gekraak door de lijn. Seb concentreert zich om te kunnen horen wat er gebeurt.
“Als je, je dochter levend terug wilt, stop je honderd miljoen lire in een grote koffer en wacht op mijn aanwijzigingen”¯ zegt een mannenstem. Snel schrijft Seb een vraag op een kladje.
“Vraag een levensteken.”¯ Fernando ziet het .
“Ik wil mijn dochter aan de telefoon. Ik wil horen dat ze oké is.”¯
“Geen geintjes anders vermoorden wij haar”¯ zegt de man weer.
“Alsjeblieft?”¯ vraagt Fernando weer. “ Het is even stil aan de andere kant van de lijn.
Je krijgt morgen per post een levensteken van haar. “ Dan wordt de verbinding verbroken. Seb denkt na. Als ze morgen een levensteken per post krijgen, betekent dat ze een foto met een recente krant gaan krijgen, of een geluidsband met haar stem. Hij kijkt naar zijn collega die aan het proberen is om het telefoontje na te trekken.
“Hebben we iets?”¯vraagt hij nieuwsgierig.
“Momentje nog bijna”¯ zegt de man. Ik heb alleen de regio”¯ zegt de man spijtig.
“Welke regio is het?”¯ vraagt Seb.
“Regio Ciampino”¯ klinkt het antwoord. Seb pakt de telefoon en belt David op het bureau.
“David kun jij en Urs zorgen dat er gepatrouilleerd in regio Ciampino?”¯
“Natuurlijk Seb, ik ga gelijk op pad en maak een dienstregeling voor mensen die dat gaan doen.”¯
“Oké, David jij hebt de leiding de komende dagen want ik vlieg naar Milaan om het een en ander uit te zoeken. Je weet wel waar we het straks over hadden.”¯
“Is goed Seb, je kunt me vertrouwen. Ik regel het hier wel. Ik neem aan dat Gregory daar blijft voor de telefoon?”¯ Seb bevestigt dat en verbreekt de verbinding. Normaal doet hij privé zaken niet voor laten gaan maar nu kan hij even niet anders hij moet Sofie eerst gaan zoeken.

David grijnst als hij de telefoon neerlegt. Hij wrijft in zijn handen dat is goed nieuws dat hij een paar dagen de chef uit mag hangen. Hij pakt pen en papier en begint met de planning voor de patrouille. Urs kijkt op van zijn protocollen en kijkt hem vragend aan.
“Was dat zo’n goed nieuws dat jij zo grijnst?”¯ David lacht.
“Zeker weten want ik ben hier de komende dagen de baas.”¯ Urs haalt zijn schouder op.
“Mag ik dan ook eens een leuk werkje?”¯ vraagt hij.
“Natuurlijk Urs, wij gaan mee patrouilleren in de wijk Ciampino.”¯ Urs’ ogen worden groot als schoteltjes.
“Eerlijk waar? Gaan we nu echte boeven vangen?”¯ David knikt.
“Ik ben hier bezig met de patrouillelijst en wij gaan daar natuurlijk zelf ook geregeld een kijkje nemen. Het is voor die ontvoering van dat Gianni kind.”¯ Urs weet nog van niets dus praat David hem even bij.
“De eerste lichting gaat over een uur op pad, dus die zal ik even bij elkaar roepen en even informeren waar ze op moeten letten”¯ vervolgt David zijn verhaal.
“En jij Urs zorgt dat je morgenvroeg om half zeven hier bent dan doen wij samen mee patrouilleren daar. Wat vind je ervan?”¯
“Toppie, chef. Ik ben er klaar voor.”¯
“Goed dan Urs, je mag nu gaan dan zie ik jou morgenochtend. Zorg je wel dat je op tijd bent?”¯
“Ja chef. Tot morgen chef. Fijne avond chef”¯ roept hij enthousiast. David kijkt hem hoofdschuddend na. “Wat moet ik toch met die jongen beginnen?”¯zucht hij.
Urs maakt buiten een sprongetje. Gelukkig maar even was hij bang dat hem dat bioscoopje met Ginevra langs zijn neus ging. Fluitend rijdt hij naar huis. Daar aangekomen maakt hij snel een boterham en een kopje thee en springt dan snel onder de douche. Fluitend vertrek hij enige tijd later naar Ginevra. Hij belt aan en zij doet stralend open.
“Je bent er”¯ zegt ze lachend.
“Natuurlijk ben ik er. Dacht je dat ik niet kwam?”¯
“Nee, hoor maar bij een politieagent weet je maar nooit.”¯ Urs lacht.
“Dat is waar. Je weet nooit hoe je weg geroepen worden. “
“Kom je even binnen? Nog even iets drinken voor we gaan?”¯ vraagt ze, de deur verder open houdend. Urs stapt naar binnen en volgt haar naar de woonkamer.
“We kunnen ook bij de bioscoop een drankje nemen, als je wilt”¯ stelt hij voor.
“Is ook goed, ik zal mijn jas even pakken dan kunnen we.”¯ Urs volgt haar bewegingen en helpt haar in haar jas. Vervolgens geeft hij haar galant een arm.
Eenmaal ik de bioscoop koopt Urs twee kaartjes en neemt Ginevra mee naar het café dat bij de bioscoop hoort. Ze bestellen een drankje en dan begint Urs haar met vragen te bestoken.
“Wat doe je eigenlijk voor werk?”¯ Ze glimlacht verleidelijk.
“Ik ben gastvrouw bij grote evenementen, zoals tentoonstellingen, beurzen enzovoort. Ik werk dus op freelance basis en heb het dus soms razend druk en de andere keer weer erg rustig.”¯
“Klinkt interessant”¯ antwoordt Urs.
“Ja, dat is het ook wel. Ik doe het in ieder geval graag. Je komt met heel veel mensen in aanraking.”¯ Ze kijkt hem lachend aan.
“Wat een stuk”¯ denkt ze bij zichzelf. Urs zit zich ondertussen te bedenken dat hij haar wel erg aardig vind. Die prachtige bruine ogen, die ondeugende blik en dat een hemelse mond waar hij dolgraag een kus zou willen opdrukken. Hij vermant zich.
”¯Dat hoort niet op een eerste afspraakje met een dame,”¯ spreekt hij zichzelf streng toe. Hij kan echter niets anders dan haar aan blijven kijken.
“Urs, is er iets?”¯ vraagt ze.
“Nee, natuurlijk niet maar ik was me net aan het bedenken dat ik het wel heel fijn vind om met jou naar de bioscoop te gaan.”¯ Ze lacht en het lijkt wel of ze verlegen is.
“Ik ook, je bent geweldig gezelschap.”¯
“Zullen we dan maar naar de zaal gaan? De voorstelling begint zo”¯ stelt Urs even later voor.
“Graag”¯ zegt Ginevra en accepteert Urs’ aangeboden arm. Eenmaal in de zaal kan Urs zijn aandacht niet bij de film houden. Hij blijft maar nadenken over de dame aan zijn zijde. Af en toe kijkt hij opzij om haar profiel te bestuderen. Als ze in de pauze vraagt wat hij van de film vond, kan hij daar geen zinnig antwoord op geven.
“Volgens mij ben ik in slaap gesukkeld”¯ liegt hij. Ginevra schiet in de lach.
“Dan moet ik me dus meer moeite doen om je wakker te houden.”¯
“Vond jij er ook niet veel aan?”¯ vraagt hij haar aankijkend.
“Valt mee hoor, maar ik begrijp best waarom jij het niks vind. Jij houdt van actie en die komt er niet veel in voor wel veel romantiek.”¯ Ze lacht weer naar hem en zijn knieën worden weker als hij in haar prachtige ogen kijkt.
“We kunnen de film ook laten voor wat hij is en nog even een drankje nuttigen in het café aan de Spaanse trappen.”¯
“Graag, daar kunnen we tenminste rustig praten”¯ zegt Ginevra. Urs pakt haar hand en samen gaan ze op zoek naar hun jas. De garderobe dame kijkt bevreemd de jongelui na.


Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.