Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Tokio Hotel » Out of my head » Pain and fear

Out of my head

23 sep 2009 - 20:16

855

2

198



Pain and fear

Tokio Hotel - Instant Karma http://www.youtube.com/watch?v=wG6Fr7lYnaQ

Sanne
Ik lachte te hard en te schel om een nogal vunzig grapje van Tom, waardoor ik wist dat ik waarschijnlijk iets te veel op had. Niet dat het uitmaakte - we hadden allemaal wat meer binnengekregen dan gepland, behalve, zoals altijd, Lies. Als ze achttien was geweest, zou ze vast een laagje whisky hebben besteld, maar daarvoor was ze wel geteld twee jaren te jong. Bier was voor haar iets als slootwater voor die Middeleeuwers was geweest en ze wilde geen wijn drinken als niemand anders dat deed. Dan maar drank van een andere vrucht, had ze spottend gezegd. Nu liepen we door de verlaten en koude straten van Düsseldorf, zoekend naar een taxistandplaats. Er raasde een auto vlak langs mijn voeten. Tom trok me abrupt bij mijn heupen terug om te voorkomen dat ik onder de volgende auto kwam.
‘Dank je,’ mompelde ik en maakte geen bezwaar tegen zijn hand die op mijn heup bleef hangen.
Een vrachtwagentje, net iets groter dan een busje, stopte voorbij ons.
‘Waarom stopt die nou? Je mag hier niet eens stoppen.’ Lies mopperde nog wat verder en probeerde ons weer aan het lopen te krijgen.
Maar het was alsof we bevangen waren door het lot dat in onze ogen keek. Er stapten drie mensen uit. Ze kwamen te snel op ons af, te gehaast voor gewone verdwaalde mensen. De potigste van hun drieën stampte kordaat door ons groepje heen. Voordat ik kon zien wat er gebeurde, voelde ik zijn knokkels tegen mijn toch niet zo sterke hersenpan aanknallen. Het zwart met kleine vlekjes, die te felle kleuren hadden om werkelijk te zijn, duwde de wereld aan de kant.


Bevend van angst werd ik wakker. Terwijl ik naar het donker staarde, kwam ik langzaam tot mezelf en vervaagde mijn onrust als een uitdovende kaars. Schuifelende voetstappen hoorde ik naar onze ruimte komen, naar mijn slaapplek. De assistent van de medicijnman, haar naam was het ene oor in en het andere oor uitgegaan, knielde neer naast mij en schudde me zachtjes wakker, hoewel ik dat natuurlijk al was. De gebaren die ze maakte begreep ik niet, of ik was gewoon niet wakker genoeg om te zien dat ze een beetje in paniek aan het raken was. Nadat ze me overeind getrokken had, volgende ik haar nieuwsgierig en zeer verontrust, bang dat er toch iets met Lies aan de hand was. Plotseling draaide ik om: er kwam iemand achter ons aan. Ik hoefde geenszins bang te zijn, hier, veilig in de grote tenthut, kon niemand binnenkomen zonder opgemerkt te worden.
‘Ik ben het maar,’ fluisterde Tom zachtjes. Opgelucht volgde ik de vrouw weer, die was blijven wachten. ‘Waar ga je naartoe?’
‘Ik volg haar. Ik ben bang dat er iets met Lies is.’ Ik beet op mijn lip, probeerde me sterk te houden, de tranen niet te laten vloeien. Vergeefse moeite, tranen winnen altijd. Tom aarzelde even.
‘Ik ga met je mee. Je hoeft je niet sterker voor te doen voor mij.’ Hij klopte zachtjes op mijn schouder, voordat we de ruimte binnenstapte waar Lies lag. Ik wist gelijk dat er iets mis was.
Waarom moeten mijn angsten altijd uitkomen?

Lies
Waarom lieten ze me niet met rust? Ondanks dat ik liever in het Pijnloze was gebleven, waar het donker niemand deed huiveren of bevreemde, omdat het deel van jezelf uitmaakte, kwam de realiteit langzaam opborrelen. Ze maakten dit keer eens niet ruzie, maar keken vastberaden voor zich uit. Waarom had ik geen blinddoek voor en was ik niet bij de anderen? Waarom hadden zij niets om hun hoofden gezichtsloos te houden?Aan mij drongen te veel vragen op, zonder antwoorden. Een nieuwe hobbel in de weg veroorzaakte een kreun uit mijn mond. Alles deed zeer, van de puntjes van mijn tenen tot de sleutelbeenderen bovenin.
‘She’s still alive?’ De vrouw keek achterom. Het accent deed geen belletje bij mij rinkelen, toch was het wel duidelijk geweest dat ze niet vaak Engels praatte. Haar ogen boorden zich dwars door me heen, hadden plezier in mijn pijn. ‘Beautiful.’ Met die woorden kwam het busje tot stilstand, door de voorruit kon ik zien dat we niet op een erg bewoonbare plek waren.
De bladeren, van de bomen gevallen, waren een teken van de naderende herfst en de strijd die de kleinere struiken zouden moeten voeren om te overleven. Zand en stoffig was de weg voor ons uit, zonder asfalt of recente bandensporen, zonder zelfs een intentie van een bestemming te hebben. De drie klommen uit de auto, mijn beul me met zich meeslepend. Zelfs al had ik gewild, dan had ik niet kunnen wegrennen, maar niet door de touwen die mijn armen voor mijn lichaam hadden geknoopt.
De beul zorgde ervoor dat ik niet op de grond viel. Rechts van het busje begon een open ruimte, bestaande uit zand, waar de wind vrij spel had. Zand zocht zich een weg, irriteerde mijn ogen. Knipperen hielp niet. Waar wachtten we op?
Toen zag ik pas waar de andere twee mee bezig waren. Ze laadden iets uit, als zakken suiker. Een been stak uit de stapel. ‘Sanne!’ Schreeuwde mijn geest, mijn lippen weken echter niet van elkaar. Misselijk wendde ik me af.
Menselijke vracht.


Reacties:


Sanctuary zei op 24 sep 2009 - 18:05:
Tuurlijk ga ik snel verder. Mssn vandaag nog wel. En anders maandag


Juliette
Juliette zei op 23 sep 2009 - 20:30:
Brr,, niet zo'n fris idee dat laatste.
Maar ik vind je verhaal wel mooi
Waarom moeten mijn angsten altijd uitkomen?


Arme Sanne

Jij snel verder?
<33
xx