Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen ιn schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Overige » LIEFDE EN BARRIÉRES HOOFDSTUKKEN 7 8 9 10 11

LIEFDE EN BARRIÉRES HOOFDSTUKKEN 7 8 9 10 11

18 aug 2012 - 7:13

AL

1077

0

7


Het sein voor de middagpauze klonk gillend door de nog rustige gangen van het schoolgebouw. Agnes zuchtte diep en dacht: eindelijk! Ook zij had de les niet helemaal bewust meegemaakt, want steeds dwaalden haar gedachten af naar sprookjesland met Elin.
Ze deed de lesboeken in de schooltas, terwijl Viktoria vroeg: ‘Zullen we na het eten het Frans even oefenen?’
‘Ja, dat is goed,’ antwoordde Agnes en ze stond op om met Viktoria naar de kantine te gaan.
De kantine op deze school gaf de leerlingen de mogelijkheid om tussen de middag een brood of warme maaltijd te gebruiken, een voordeel waar de meeste leerlingen dan ook gebruik van maakten. Ook Agnes en Viktoria aten tussen de middag op school, omdat Agnes’ moeder in verband met haar bezigheden vaak weg was, vooral ’s morgens en Viktoria’s moeder het gewoon gemakkelijk vond en ook omdat haar man ’s avonds vaak te laat voor het eten thuis was.
In de kantine aangekomen gingen Agnes en Viktoria in de rij staan die zich al snel voor de balie had gevormd: Viktoria zittende in de rolstoel en Agnes daarachter met haar beide handen rustend op de handgrepen.
Voetje voor voetje schoof de rij door, waarbij Agnes de rolstoel stukje voor stukje voortduwde totdat zij aan de beurt waren en het eten konden opscheppen. Agnes hielp Viktoria met het vullen van haar bord, omdat zij vanuit de lage positie in de rolstoel niet echt een goed overzicht over de balie had, maar wel kon aangeven hoeveel en wat ze wilde hebben.
Ze vulde het bord van Viktoria met groenten, aardappelen en wat jus, ook deed ze er op verzoek een bruin gebraden braadworstje bij. Daarna voerde ze dezelfde handelingen uit met haar eigen bord, maar liet de braadworst liggen. Vervolgens vulde ze een glas met melk en één met water, die ze bij de rest op het dienblad zette.
Ze had alles op één enkel blad neergezet, zodat Viktoria de handen vrij had om de rolstoel voort te duwen. Samen arriveerden ze bij het tafeltje waar ze meestal zaten, alleen zij met z’n tweeën, want er kwam nooit iemand bij hen zitten.
Agnes haalde de uitnodigingen uit de tas en legde ze naast het dienblad op tafel neer.
Ze had het idee dat ze toch op z’n minst twee of drie uitnodigingen moest uitdelen, maar wist niet aan wie en twijfelde of ze het wel durfde. Ze was bang dat het afgeslagen zou worden en dat ze belachelijk zou worden gemaakt. Maar ze had ze op tafel neergelegd om zichzelf het idee te geven dat ze er iets mee ging doen.
Viktoria zag de uitnodigingen liggen en nadat ze haar bord van het dienblad had gepakt en voor zich had neergezet, vroeg ze: ‘Ga je die nog uitdelen?’ Waarop Agnes ontwijkend antwoordde: ‘Misschien.’
Zwijgend werkten ze hun eten naar binnen, terwijl het intussen steeds drukker in de kantine werd.
Aan een lange tafel links, iets verderop, waren niet lang na hen Camilla, Malin, Sara, Anette, Elin en nog een paar andere scholieren gaan zitten. Met veel gepraat en uitgelaten gegiechel waren ook zij hun eten aan het verorberen. Na verloop van tijd, toen een ieder zíjn bord leeg had, ging de populaire meidengroep zoals altijd door met hun gebabbel en het blijkbaar altijd daarbij behorende begeleidende gegiechel, waarbij Agnes regelmatig een geïnteresseerde blik naar Elin wierp.
Op een gegeven moment dacht Agnes ineens aan de overhoring Frans die ze vanmiddag zouden krijgen en pakte het Franse lesboek uit de tas die rechts naast haar benen op de vloer stond.
Al bladerend zocht ze naar de bladzijde die ze nodig had en ondertussen ging haar blik, steeds weer voor korte momenten, als vanzelf steeds weer naar Elin. Ze legde het boek open, zocht even en zei toen tegen Viktoria: ‘Vlucht. Verdwijning.’
Viktoria wist dat zij dit in het Frans moest vertalen, ging wat meer rechtop zitten en zei: ‘Fug.’ Waarna Agnes corrigeerde: ‘Nee, Fugue’ en daarna meteen vervolgde met het woord: ‘Bus.’ Viktoria verstond het niet helemaal goed en vroeg: ‘Puss?’
Agnes herhaalde: ‘Bus.’
‘Óh, eh Bus,’ verbeterde Viktoria, terwijl de blik van Agnes ondertussen weer naar Elin ging en in afwezigheid starende herhaalde ze nog een keer zachtjes voor zichzelf: ‘Bus.’
Ze hoorde de meiden daar verderop discussiëren en haar aandacht was nu voor het grootste deel dáárop gericht.
‘…Dat zal ik niet’, zei Elin en Camilla reageerde adrem: ‘Ben je ongesteld of iets dergelijks?’ ‘Je kunt zo zeuren. Je zeurt en zeurt!’
‘Ik zeur helemaal niet!’ reageerde Elin verdedigend.
‘Dat doe je wel.’
‘Ik wil gewoon niet naar het feest van Christian.’ probeerde ze uit te leggen. ‘Kunnen we niet ergens anders heen gaan…?’


(Ze had helemaal geen zin in dat feestje, het was toch altijd hetzelfde. Het enige voordeel was dat je er drank kon krijgen, anders zou het helemáál niets wezen, vond ze. Ze hunkerde naar iets spannends, iets anders, iets dat Elin uit deze dagelijkse sleur zou halen.
Maar wat…?
Ze wist het zelf niet.
Maar diep vanbinnen was er iets dat ergens naar uitkeek, iets dat bij wijze van spreken nog in de knop zat en nog moest ontwaken. Maar de invloed die het al op het meisje had dwaalde als een vage, sluimerende gewaarwording door haar verstand, terwijl ze er nog niet bewust van was.)


‘…Waar naar toe?’ hoorde ze Malin vragen.
‘Ik weet het niet,’ piepte Elin.
Ondertussen had Agnes haar blik op Elin weer even onderbroken en gingen ze verder met het oefenen van de Franse woordjes. Tijdens deze bezigheid zag Viktoria iedere keer weer hoe Agnes regelmatig en geïnteresseerd naar Elin keek.
Het was duidelijk, Agnes had een oogje op Elin, daar twijfelde ze nu niet meer aan. Aan de ene kant vond ze dat niet zo’n prettig idee, het was raar en ongewoon. Maar aan de andere kant was Agnes de enige waar ze mee omging, de enige die ze min of meer als vriendin had, dus liet ze het maar zoals het was en zei er niets van. In werkelijkheid was ze bang om erover te beginnen.
Stel je voor dat ik het toch mis heb of dat Agnes kwaad zal worden, zo sluimerde inwendig subtiel de twijfel en angst.
Nee…! Nee hoor, ik zeg niets, dat is beter, zo sprak ze deze gedachte in stilte tegen zichzelf uit.
‘Het is zacht weer,’ zei Agnes in het Frans en Viktoria murmelde: ‘Mmm…’ Ze moest in het gepieker over Agnes even van onderwerp overschakelen. Ondertussen zag ze weer hoe Agnes naar Elin zat te staren. Een gevoel van afkeuring stroomde door haar heen, maar er was ook angst, angst om mogelijk een maatje te verliezen die als enige nog wat aandacht voor haar leek te hebben. Nee, ze kon maar beter niets zeggen en vond dat op dit moment de juiste beslissing.
Ineens kreeg Elin schijnbaar een idee, zo merkte Agnes op en hoorde haar spontaan zeggen: ‘Ik ga naar een Rave*.’
‘Naar een Rave?’ riepen de meiden verbaasd, waarna Sara ironisch opmerkte: ‘Waar dan? Bij je moeder of zoiets?’
‘Of we kunnen een gepensioneerde beroven,’ flapte Elin eruit.
Waarom ze op dat idee kwam wist ze zelf ook niet. Ze had dergelijke uitlatingen wel vaker. Want als ze niets zinnigs meer wist te zeggen dan zei ze maar iets onzinnigs, in een poging interessant te zijn of te choqueren. Op deze manier pogende ze de aandacht voor haar persoontje bij anderen te vasthouden. Dat was typisch Elin.
Camilla keek haar grinnikend en verbaasd aan en zei toen spottend: ‘Je bent niet goed bij je hoofd.’
Elin zuchtte, ze voelde zich verveeld en een beetje in het nauw gedreven door de woorden van Camilla en schreeuwde: ‘Oohhh! Jullie zijn zo saai!’ Ze boog zich naar voren en legde moedeloos haar voorhoofd op de tafel neer. In de tussentijd ging Camilla’s blik naar Agnes, waarvan ze had opgemerkt dat die in hun richting zat te kijken en zei spottend: ‘Je kunt natuurlijk naar het feestje van Agnes gaan, als je denkt dat het leuk is.’ ‘Welke Agnes,’ vroeg Elin min of meer ongeïnteresseerd, terwijl ze met haar hoofd op de tafel bleef liggen. Ze kende drie meisjes op de school die Agnes heetten en ze kende ze alle drie alleen maar van gezicht en naam, verder niet.
Ze kreeg geen antwoord op de gestelde vraag maar hoorde Camilla luid roepen: ‘Jij geeft toch een feestje?’
Alle meiden in de nabijheid begonnen te grinniken en hun gezamenlijke blikken waren op Agnes gericht. Behalve van Elin, want de verveling in haar zorgde ervoor dat ze haar hoofd in desinteresse op de tafel hield.
Argwanend keek Agnes naar Camilla en voelde kwaadheid, afstandelijkheid en ongemak in zich opkomen. Ze wilde weg!
‘Let maar niet op haar!’ hoorde ze Viktoria naast zich fluisteren en zei binnensmonds: ‘Ik haat haar.’
Elin, nog steeds voorovergebogen met haar voorhoofd op tafel, riep verveeld: ‘Iedereen is zo sáái!’
Ondertussen fluisterde Viktoria nog een keer, als hulpvaardige waarschuwing tegen Agnes: ‘Niet op reageren.’ De kwaadheid in Agnes groeide intussen uit tot woede. Ineens stond ze op, pakt de uitnodigingen, gooide ze op het dienblad en liep ermee in de richting van de balie.
Intussen piepte Elin: ‘Ik haat mijn leven!’
Camilla riep luidkeels en uitdagend: ‘Agnes, maar Agnes wij komen naar jouw feestje!’ Elin mompelde intussen: ‘Ik stop met ademen.’ Ze ademde diep in en hield het vast.
Agnes had intussen de balie bereikt en woedend smeet ze het hele dienblad met bestek, bord, glas en de uitnodigingen in een keer in de vuilnisbak.
Ze kookte vanbinnen. En terwijl ze wegliep keek ze naar de joelende en klappende meiden en stak haar middelvinger uitdagend naar hen op.
Camilla had de grootste pret en gooide de halve tomaat die ze net aan het eten was in Agnes’ richting, waardoor de hilariteit alleen nog maar toenam. De gehele populaire meidengroep en zij die daar in de buurt zaten, klapten en juichten in geestdrift, dankbaar voor dit sleuronderbrekende incident en genoten in leedvermaak. Behalve Elin. Koppig en verveelt als ze was lag zij nog steeds voorover met haar hoofd op de tafel en hield de adem in.
Ondertussen zette Viktoria het dienblad op haar schoot en bewoog de rolstoel bij het tafeltje vandaan. Ze had geen zin meer om hier alleen te blijven zitten in een omgeving van spot en hilariteit en wilde kijken waar Agnes naar toe was gegaan.
Op een gegeven moment hield Elin het niet meer vol en blies haar longen leeg. Ze kwam overeind en keek met een vragende blik in het rond, nieuwsgierig door al die herrie die in de omgeving was ontstaan.
‘Wat is er allemaal?’ vroeg ze en keek verwachtingsvol naar de rumoerige meiden.
‘Oh joh, je hebt wat gemist. Agnes werd kwaad en gooide het hele dienblad met alles erop in de vuilnisbak,’ vertelde Camilla genietend en vol enthousiasme.
‘Welke Agnes was dat dan?’ vroeg Elin nu voor de tweede keer.
‘Nou… die hier een stukje verderop met Viktoria aan tafel zat.’
‘Ik heb niet opgelet wie daar zat,’ antwoordde Elin, die nu toch een vermoeden begon te krijgen om welke Agnes het moest gaan, maar er niet helemaal zeker van was.
‘Agnes Ahlberg, die was het,’ verduidelijkte Camilla.
O, die!
‘Hm… Geeft die een feestje dan?’ vroeg Elin nieuwsgierig.
‘Ja, een feestje met niemand,’ lachte Camilla spottend en zei toen tegen de anderen: ‘Zag je hoe stom ze reageerde!’
Ze vermaakte zich uitstekend en vond het heerlijk om Agnes op deze wijze te kleineren.
Malin zat naar de balie te staren. ‘Tja, het is en blijft een vreemde. Ze eet geen vlees en is echt anders,’ mompelde ze. Ze liet zich min of meer door de omstandigheden meeslepen, maar vroeg zich tegelijkertijd toch ook in stilte af of het wel oké was wat ze tegenover Agnes deden. Een beetje nieuwsgierigheid, wat voor een soort meisje ze eigenlijk was, ging als een korte maar nadrukkelijke streling door haar gedachten en als gevolg daarvan bleef er iets van die nieuwsgierigheid als een hardnekkige indruk in de geheugenbanken van haar verstand hangen.
Tezelfdertijd zat Elin voor zich uit te kijken, ze was in gedachten verzonken: Agnes Ahlberg… ja, dat is wel een rare, ze is anders... Maar eh…eh…’


(Diep binnenin Elin werd er iets geactiveerd, iets wat nog heel klein en krachteloos was, maar de aandacht werd erop gericht zonder dat ze zich er bewust van was. Het bleef, nu eenmaal geactiveerd, in stilte onder het bewustzijnsoppervlak sluimeren, klaar om op het juiste moment in actie te komen en zo met zijn verborgen opdrachten dit meisje verder te beïnvloeden.)


…Elin bleef in gedachten voor zich uitkijken, terwijl de groep verder ging met hun lolmakerij. Iets hield haar denkwereld langer dan normaal op Agnes gericht. Ze zag haar beeltenis vaag voor zich, althans, dat wat ze zich ervan kon herinneren.
Agnes…? Agnes……?
Ineens leek het er op alsof ze haar voor het eerst echt had opgemerkt. Het bleef Elin nog even bezighouden. Toen werd haar aandacht weer op de groep gericht en de interesse voor Agnes vervaagde geleidelijk als gevolg van al die afleidende gesprekken in de onmiddellijke omgeving.
En na nog wat pittige opmerkingen van de populaire groep aan het adres van het donkerharige meisje, veranderden ze geleidelijk van gespreksonderwerp.



8


Het was overdag, na schooltijd. De leerlingen waren naar huis en de school was leeg. Er was een vredige rust over het gebouw neergedaald en de lokalen konden weer bijkomen van de herrie en levendigheid van de afgelopen schooldag.
Johan Hult was thuis en zat in de achtertuin aan z’n brommer te prutsen. Hij draaide de bougie uit de cilinderkop om het onderdeel te controleren. Onderweg van school naar huis had de brommer wat vreemd gedaan en bijna thuis gekomen was de motor afgeslagen.
Zijn aandacht was gedeeltelijk bij de handelingen die hij momenteel deed, maar het grootste deel van zijn aandacht was bij Elin. Hij was verdrietig vanwege de mislukte contactpoging.
Met een doek wreef hij de bougie schoon en peuterde met zijn duimnagel aan het contactpuntje, waarna hij het onderdeel weer terugdraaide in de daarvoor bestemde opening in de cilinderkop. Diep in gedachten en meest automatisch handelend, drukte hij het bougiekapje weer terug op z’n plaats. Na deze actie keek hij een ogenblikje tevreden naar het nu weer complete geheel. Hij kwam overeind en trapte het pedaal krachtig naar beneden om de motor te starten, die tot zijn volle tevredenheid meteen begon te lopen.
Zo, die doet het gelukkig weer, dacht hij en was blij dat hij er verder geen aandacht meer aan hoefde te besteden.
Met het denken gericht op Elin liep hij naar binnen om in de keuken zijn met zwarte vegen bevlekte handen te wassen. Terwijl hij daarmee bezig was dwaalden zijn gedachten naar het jaarboek van de school, een gedachte die als een plotselinge ingeving, zo kenmerkend voor de menselijke geest, werd geboren uit de ondoorgrondelijke diepten van het schijnbare niets. Het was het jaarboek dat aan het einde van het vorige schooljaar aan alle leerlingen was uitgedeeld. Johan dacht aan de klassenfoto’s en speciaal aan de foto van klas 8A. Er begon zich een idee in zijn hoofd te vormen. Want als hij de groepsfoto van Elin’s klas had, kon hij haar beeltenis er uitknippen en had hij Elin voor altijd bij zich.
Dat idee stond hem wel aan en daardoor gemotiveerd liep hij in straffe pas in de richting van zijn slaapkamer.
Waar heb ik dat boek ook alweer gelaten, vroeg hij zich een beetje ongeduldig af; hij kon het zich niet meer herinneren.
Al nadenkende kwam hij de slaapkamer binnen en begon overal te zoeken, haalde de boel overhoop en keek in alle laden, hoeken en gaten.
Hij raakte wat geïrriteerd.
Verdomme, waar is dat ding nou!
Het duurde hem allemaal veel te lang en bedacht toen dat zijn broertje er ook één had. Het enthousiasme ontstaan uit zijn idee maakte hem steeds ongeduldiger, dus besloot hij naar zijn kamer te gaan om daar te zoeken, hopende die van hem sneller te vinden.
Dan ruil ik het later wel weer om wanneer ik die van mij terug heb gevonden, stelde hij zichzelf met deze rechtvaardiging gerust.
Rondloerende, of zijn broertje wel of niet in de buurt was, glipte hij zijn slaapkamer binnen. Speurend keek hij om zich heen en liep vervolgens naar een bureautje dat aan de andere zijde van de kamer tegen de muur stond. Daar ging hij door de knieën en zocht een ogenblik vluchtig in een open vakje dat uitnodigend vanonder het bureaublad naar hem toe scheen te lachen.
Niets. Helemaal niets.
Toen trok hij het kastdeurtje dat zich vlak daaronder bevond open.
Nee, daar ligt het ook niet.
Shit!
Dan maar aan de rechterkant het onderste laatje proberen.
En… já, daar vond hij wat hij zocht. Even ging er een gevoel van triomf door zijn lichaam, dat snel overging in een gevoel van belofte: Elin!
Hij zag de uitvoering van zijn plannetje, dat leidde naar het zo bevredigende en begeerde resultaat, in gedachten al vaste vormen aannemen.
Terwijl hij opstond stopte hij het jaarboek vlug onder zijn sweatshirt, want hij hoorde geluiden en gepraat op de overloop. Toen ging de slaapkamerdeur open.
‘Wat doe jij in mijn kamer?’ vroeg het tien jaar oude knulletje met een verbaasd gezicht. Betrapt draaide Johan zich in de richting vanwaar het stemgeluid kwam en zag daar zijn broertje samen met zijn vriendje in de deuropening staan.
Geforceerd nonchalant en met een uitdrukking op het gezicht, zo van, je moet niet zo zeuren, zei hij, terwijl hij intussen naar de deur liep: ‘Ik was alleen aan het kijken of mijn schaatsen hier lagen.’
‘Waarom zouden ze in mijn kamer moeten liggen?’ vroeg het jongetje in opperste verbazing. Johan antwoordde niet. Hij gaf hem speels een duwtje en verliet zonder woorden de slaapkamer.
Wat moest hij verder hierover nog zeggen. Het argument dat hij gebruikt had klonk hem bij nader inzien ook niet echt logisch in de oren.
Vlug ging hij weer terug naar zijn eigen slaapkamer. Daar aangekomen ging hij op de rand van het bed zitten. Hij bekeek het jaarboek en bladerde het door totdat hij de foto van klas 8A had gevonden.
Geobsedeerd bleef hij enige tijd naar het gezicht van Elin staren, totdat hij zich er weer van kon losrukken. Haastig rommelde hij in een kastje, zoekend naar een schaar totdat hij er één gevonden had en begon toen Elin’s afbeelding uit de groepsfoto te knippen. Vervolgens werd het plaatje zorgvuldig tussen wat andere paperassen en het plastic venstertje dat voor een foto bestemd was, in de bruine al wat versleten portemonnee geschoven. Johan staarde enige tijd tevreden naar het resultaat en borg het kleinood op in de achterzak van zijn broek.

Op een andere plaats en in een ander huis, lag op bed ook een persoon naar de groepsfoto in het jaarboek te kijken. Het was Agnes en ze bevond zich weer opnieuw met Elin in sprookjesland. Ze fantaseerde dat ze Elin naast zich zag liggen, terwijl ze van dat wondermooie gezicht een engelachtige glimlach naar zich toe zag stralen.
En in de aanblik van die glimlach streelde ze zachtjes door de soepele, goudblonde haren die het liefelijke gezicht omlijstten, heel zachtjes en heel teder. Ze kreeg het er warm van. Heel haar lichaam begon te gloeien en vlinders vlogen door haar buik. Ze sidderde en de verliefdheidgevoelens wisten elk plekje binnen het verhitte lichaam te bereiken, tot in het kleinste donkere hoekje aan toe.
En zo zweefde Agnes tussen denkbeeldige, gelukstralende sterren, gevangen in een kunstmatige droomwereld ver weg van aardse realiteiten, samen met haar droomcreatie: “sprookjesprinses Elin” en ze dacht: zo zou het moeten blijven. Zo is het fijn. Wat is het leven dan toch mooi!



9


Het was vrijdagavond. Elin dacht erover na wat ze die avond zou aantrekken. Ze was niet helemaal tevreden over de broek die ze nu aan had en begaf zich naar de doucheruimte. Daar bevond zich een wasbak waarboven een kastje hing met twee deurtjes, die aan de buitenkant waren voorzien van een spiegel, zodat ze zichzelf kon bekijken. De spiegel in hun slaapkamer, waar zij en Jessica normaal gebruik van maakten, was drie weken geleden kapot gegaan. Dat was veroorzaakt omdat ze met een massief rubberen bal, die ze kort daarvoor langs de weg had gevonden, in de slaapkamer aan het stuiteren was. Ze had in haar eentje de grootste pret en was steeds harder met het nieuwe speeltje gaan gooien. Opeens was het rubberen projectiel met een knal tegen de spiegel gevlogen en luid gerinkel was het gevolg.
Haar moeder was kwaad geworden en had gezegd dat ze voorlopig geen geld voor een nieuwe had en dat ze er zelf maar voor moest sparen.
Maar Elin had nooit geld over, wel altijd tekort.
Soepel klom ze op het kleine krukje dat ze net uit de keuken had gehaald en boog haar bovenlichaam naar voren zodat ze met haar hoofd vlak bij de spiegel kwam en inspecteerde aandachtig beide ogen en wimpers. Ze streek even over de loshangende haren aan de zijkant van haar hoofd en ging rechtop staan om de kakikleurige broek die ze aan had goed te kunnen bekijken. Ze draaide een paar keer van links naar rechts en sprong omhoog om meer van de broek te kunnen zien.
Een zucht.
Ze was niet tevreden over het kledingstuk en ook niet over de spiegel. Ze kon het niet goed genoeg zien om zich naar tevredenheid een oordeel te vormen, want de spiegel hing te hoog. Dus stapte ze lichtgeïrriteerd van het krukje af en liep snel de badkamer uit. Ze dacht aan de spiegel in de liftcabine van het flatgebouw, want daar maakten zij en Jessica soms gebruik van nu die in de slaapkamer stuk was.
Het lastige van de spiegel in de liftcabine was, zo vond Elin, dat je om de haverklap op de knop moest drukken om de deur open te houden, anders ging de lift mogelijk aan de haal.
‘Ik ga naar de spiegel in de lift!’ riep ze naar Jessica toen ze in de richting van de buitendeur liep.
Jessica was in de slaapkamer bezig en worstelde ontevreden met de recalcitrantie* van haar haren. Ze probeerde die, met een kam in de ene hand en een handspiegeltje in de andere hand, in model te krijgen. Het werkte nogal onhandig en het ging absoluut niet zoals zij het wilde, wat duidelijk te zien was aan haar niet bepaald vrolijke gezichtsuitdrukking.
Laat ik ook maar naar de spiegel in de lift gaan, dacht ze, na het horen van Elin’s woorden.
Intussen kwam Elin in het trapportaal aan, liep naar de liftdeur en drukte op de knop.
Vol ongeduld stond ze te wachten totdat die open zou gaan en draaide voor een kort moment met beide armen heen en weer als waren het de drijfstangen van een stoomlocomotief, om zo uiting te geven aan het gevoel van ongeduld. Toen ging de liftdeur open en ze stapte naar binnen.
Zo, dacht ze tevreden, nu kan ik mezelf tenminste helemaal bekijken – want op de achterwand van de liftcabine was een grote spiegel gemonteerd, veel groter dan die in de badkamer en hij hing ook lager zodat ze meer van zichzelf kon zien. Tijdens het binnenlopen had ze al een korte blik in de spiegel geworpen en betreffende de broek die ze aan had begonnen zich al snel weer ideeën van afkeuring te vormen.
Nee! Nee, deze wil ik niet aan, kwam ze tot een definitief besluit.
En terwijl ze het kledingstuk uittrok en nonchalant in het trapportaal gooide, dacht ze wederom en nu met nog grotere zekerheid: nee die trek ik in ieder geval vanavond absoluut niet aan. Ik kan veel beter een rokje aantrekken en ze riep luid: ‘Jessica haal je mijn rok even, dit kan ik niet aan!’ terwijl ze tegelijk op de bedieningknop drukte om de liftdeur open te houden.
Vrijwel meteen na Elin’s vraag kwam Jessica, die al op weg was naar de lift en Elin wel had gehoord maar waarvan de vraag geheel niet tot haar was doorgedrongen, aanlopen. Ze hield met beide handen een pluk onwillige haren vast en mompelde verveeld: ‘O god, wat moet ik met m’n haren?’ Toen ze naast haar zusje stond bekeek ze zichzelf in de spiegel en was lang niet tevreden over dat wat ze zag.
Ook Elin bekeek zichzelf en deed alsof ze een filmster was.
En niet helemaal serieus riep ze hard: ‘Óh, wat ben ik mooi!…Óhhh!’
Ondertussen bleef Jessica zichzelf kritisch bekijken en mompelde vol afkeuring: ‘Mijn buik!’
Het was allemaal niet zoals zij het wilde en daardoor was ze een beetje uit haar humeur.
De liftdeur ging dicht. Elin drukte wederom op de knop zodat de deur weer open ging en de lift niet van zijn plaats zou gaan. Ze wendde zich weer naar de spiegel. ‘Ik word Miss Zwéden!’ riep ze enthousiast en keek tevreden naar haar spiegelbeeld. Jessica, die via de spiegel naar haar keek, merkte op: ‘Jij bent daar te klein voor.’
De liftdeur ging weer dicht.
Elin drukte opnieuw op de knop terwijl ze ondertussen vroeg: ‘Hoezo? Hoe oud moet je zijn?’
‘Je bent niet lang genoeg,’ legde Jessica uit.
Waarop Elin meteen reageerde: ‘Ah! Maar ik wordt evengoed Miss Zweden!’ terwijl ze wederom goedkeurend naar zichzelf in de spiegel keek.
De liftdeur was weer dichtgegaan. Elin had niet snel genoeg gereageerd en niet op tijd op de knop gedrukt. Ze was te lang met zichzelf bezig geweest, verzonken in de aandacht en de fantasieën over haar uiterlijk.
Paniekerig drukte ze diverse knoppen tegelijk in en meteen daarna drukte ook Jessica willekeurig een paar knoppen in, in een poging de lift tegen te houden. Maar tevergeefs, de deur ging niet meer open en de lift ging zacht zoemend naar beneden. Ontzet en op een beschuldigende toon vroeg ze aan Jessica: ‘Shit, waar is mijn rok?’ Jessica keek haar niet begrijpend aan en vroeg: ‘Welke rok?’
Elin – in toenemende mate in paniek – vroeg indringend: ‘De rok! Heb je de rok niet meegenomen!’ Ze besefte dat de liftcabine alleen naar beneden kon gaan, als daar iemand op de knop had gedrukt.
Intussen had de lift de begane grond bereikt en was met een klein schokje tot stilstand gekomen. Elin voelde zich erg ongemakkelijk, ze stond daar op blote voeten en had alleen een onderbroekje een bh en een hemdje aan. Een angstig visioen doemde op, het was het beeld van diverse mensen die aan de andere kant van de liftdeur stonden te wachten.
Toen ineens dacht ze: maar eh…het zijn niet zomaar mensen, het zijn allemaal mannen die daar staan!
Al die mensen waren in haar angstige gedachtekronkels ineens mannen geworden!
SHIT!
De liftdeur begon open te gaan.
Tijdens het kenmerkende geluid van de openschuivende deur kroop Elin beschaamd achter Jessica, zover mogelijk in hoek van de liftcabine, bang voor het idee dat al die vermeende mannen met hun priemende blikken voor de opening zouden staan. De deur ging verder open en daar stond Brigitta – de moeder van de twee meisjes. Ze had boodschappen gedaan en droeg in beide handen een volle tas. Met een verbaasde blik keek ze naar het tafereel dat ze voor zich zag. Wat moet dát nou voorstellen, dacht ze en zei: ‘Elin! Ben je nou helemaal… Wou je zo naar buiten gaan?’
‘Nee, het is…. Ik wou alleen in de spiegel kijken…’
Óh mijn god!’ riep Brigitta, terwijl ze de liftcabine binnenliep. ‘Dit kan je toch niet doen, wat spoken jullie toch uit als ik weg ben. Vlug naar boven en kleed je aan,’ zei ze geërgerd en drukte tegelijkertijd op de knop.
‘Ja maar, de lift ging naar beneden voor dat ik hem kon tegenhouden,’ sputterde Elin tegen. Jessica zei niets en stond er schaapachtig bij te kijken. Brigitta gaf geen antwoord en keek haar slechts veelbetekenend aan en na een ongemakkelijk stilzwijgen tussen het vrouwelijke drietal, was de lift intussen weer boven aangekomen. De deur ging open, zodat ze de cabine weer konden verlaten. Brigitta maakte aanstalten om naar buiten te gaan en zag toen ook nog eens dat de deur van hun appartement wagenwijd openstond. Dat beviel haar allerminst en gedachten van protest formeerden zich voor het geestesoog.
Ondertussen pakte Elin de broek op die daar roer- en vormloos voor de liftdeur op de grond lag te wachten. Ze was beledigd door de reactie van haar moeder en vond dat ze onterecht beschuldigd werd. Ze kon er helemaal niets aan doen, was haar volstrekt overtuigde mening.
‘Moet je nou toch eens kijken,’ uitte Brigitta zich vol ongenoegen over de openstaande deur, ‘iedereen kan zo naar binnen lopen, snappen jullie dat zelf nou niet.’
‘Ja maar, mama we waren gewoon boven in de lift. Het was niet de bedoeling dat hij naar beneden zou gaan. Het ging per ongeluk,’ verdedigde Jessica zich, waarop Elin haar bijviel: ‘Ik was alleen maar te laat om op de knop te drukken en toen was de deur al dicht.’
‘Ik wil niet meer hebben dat jullie in de lift voor de spiegel gaan staan. Als iemand anders de lift wil gebruiken kan dat niet of sta je daar voor gek, dus het gebeurt niet meer.’
Elin liep met een boos gezicht naar de slaapkamer, waar ze zich in zacht, binnensmonds gemopper verder aankleedde. Ze ging naar de huiskamer en plofte neer in de fauteuil. Jessica zat op de bank en staarde in gedachten verzonken voor zich uit.
‘Hoe laat gaan we naar het feestje van Christian vanavond?’ vroeg Elin aan Jessica. En nog voordat Jessica kon antwoorden zei Brigitta, die net wat boodschappen in een kast aan het opbergen was: ‘Jullie gaan vanavond niet meer weg. Blijf maar eens een keer thuis. Altijd ‘s avonds de deur uit is ook niet nodig. Morgen is het zaterdag en dan willen jullie ook weg. Dus vanavond blijven jullie thuis. En zo doen we dat.’
‘Verdomme!’ mompelde Jessica binnensmonds en tegelijkertijd riep Elin: ‘Maar ik wil weg!’ Ze was het er helemaal niet mee eens en vroeg: ‘We mogen niet uit omdat ik zonet geen kleren aan had?’
‘Snap je niet dat je niet zo kunt rondlopen,’ ging Brigitta daarop in. ‘Als ik nou een ander was geweest…?’
‘O ja als! Ik had eens voor gek kunnen staan!’ viel Elin haar opgewonden in de rede. ‘Koop dan gewoon een spiegel!’
‘Wij hadden een spiegel, maar iemand heeft hem kapotgemaakt.’ Elin trok een raar gezicht naar haar moeder en zei, omdat ze niet zo gauw een passend antwoord had: ‘Je zeurt.’
Jessica mengde zich ook weer in het gesprek en met een sussende en verzoenende stemklank zei ze: ‘Maar mama, het was alleen de lift. Ze wou zo niet uitgaan…’
‘Je kunt best thuis blijven, ik hou niet van die Raves of iets dergelijks.’ Elin zat intussen verveeld en met een gevoel van irritatie naar een hoek van de kamer te staren en dacht: wat weet zij nou over Raves.
Jessica gaf het nog niet op en probeerde haar moeder over te halen: ‘Maar mama, het is geen Rave! Het is een doodnormaal feest! Alleen Elin heeft het steeds over Raves!’
Brigitta vond het genoeg en zei: ‘Einde discussie.’
‘Wij zijn nog nooit op een Rave geweest,’ probeerde Jessica nog een keer. En terwijl Brigitta zich omdraaide en naar de keuken liep, zei Jessica tegen Elin: ‘Weet je dat Raves uit zijn, ik heb het in de Vecko-Revyn gelezen. Het stond op de uitlijst.’
‘Waar staat dat het uit is?’ vroeg Elin, terwijl ze opstond en in de richting van het tijdschrift liep dat naast haar zus op de bank lag. ‘Het staat hier ergens,’ antwoordde Jessica en pakte het blad op met de bedoeling de beoogde pagina op te zoeken. Elin, die intussen bij Jessica was aangekomen greep het blad uit haar handen, ging op de bank zitten en begon verontwaardigd en met felle bewegingen de bladzijden om te slaan, terwijl ze in kwaadheid uitriep: ‘Aahhh! Waarom wonen we ook in dat fucking klote Åmål. Als iets in is komt het hier pas als het alweer uit is, zo achterlijk zijn we hier.’
Ondertussen had ze de pagina gevonden en keek naar de uitlijst: fast-food; pasta; Rave; Spice girls en brulde: ‘Oohhh we kunnen hier niet wonen! Wij moeten verhuizen!’
Brigitta kwam weer de huiskamer inlopen en hield een zak chips en een fles cola in handen en zei: ‘Ik werk vanavond. Jullie kunnen gezellig hier blijven. Ik heb chips en frisdrank gekocht.’ Ze zette de spullen op de salontafel neer en verliet direct weer de huiskamer. Ze had niet zo heel veel tijd meer, vond ze en wilde opschieten.
Jessica keek Elin aan en zei ironisch: ‘Goed werk, Elin! Gezellig thuis.’ Elin reageerde niet, ze was in gedachten en er viel een geforceerd berustende stilte...
Na korte tijd ging Brigitta de deur uit en riep: ‘Tot kijk!’ De meiden gaven geen antwoord en zaten sip op de bank voor zich uit te kijken. Toen boog Elin zich naar Jessica toe en fluisterde op een toon alsof ze met een samenzwering bezig waren: ‘We gaan straks weg, dat merkt ze toch niet.’

10


Na de gebeurtenis in de kantine was Agnes met een kwade kop de school uitgelopen. Ze was in een slecht humeur – dat was natuurlijk niet zo vreemd na wat er recent was voorgevallen. Met het hoofd naar beneden gebogen liep ze huiswaarts, diep in gedachtekronkels verzonken.
Waarom weet ik nooit wat ik terug moet zeggen. Die stomme trut van een Camilla ook, dat gezeur altijd van dat mens. Ze heeft altijd wat op te merken, kon ik haar maar aan. Ze zullen nu wel over mij aan het kletsen zijn en Elin hoort het ook allemaal.
Zij zal mij nu ook wel zéker niet mogen. Waarom moet ze nou ook met die Camilla omgaan.
Ik houd van Elin, maar ze zal wel een hekel aan mij hebben. Nu helemaal, dat kan haast niet anders.
Tijdens de traag slenterende gang waar ze in voortschreed, doemde vaag, omdat haar aandacht meer naar binnen dan naar buiten was gericht, de donkergroene vormen op van een zitbankje. Ze was moe van al die toestanden: dat steeds herhalende gepieker over Elin.
Even zitten, zo kwam een gedachte als een opdringerig maar aantrekkelijk signaal tussen al die andere gedachten door. Ze ervoer een onverklaarbare vermoeidheid, die als een stalen kooi het energiearme lichaam omvatte en op alles een remmende werking scheen te hebben.
Waarom ben ik toch zo moe, ging het als een vluchtige maar moedeloze schaduw door Agnes’ denkwereld. Lusteloos zeeg ze neer op de inmiddels bereikte bank.
Na geruime tijd zo gezeten te hebben, met het hoofd naar beneden gebogen en de ogen dicht, verzonk ze almaar dieper en dieper in allerlei sombere gedachten. Ze vond er helemaal niets meer aan.
Is dit nu mijn leven. Niemand vindt mij leuk. Ik doe altijd alles verkeerd…
Ineens drongen er geluiden van voetstappen en gepraat tussen het negatieve denken door.
Vlug deed ze haar hoofd omhoog, want ze wilde niet dat anderen zagen in welke toestand ze verkeerde.
Woelende gedachten vielen stil.
Twee oudere vrouwen liepen, druk in gesprek met elkaar, in rustige pas voorbij. Ze volgde automatisch hun bewegingen zonder dat hun aanwezigheid werkelijk tot haar doordrong, als waren het schimmen uit een andere wereld. Traag stond ze op, keek even in de richting vanwaar ze zo-even gekomen was en slenterde weer verder op de route naar huis. De gehele buitenwereld was wazig en viel grotendeels buiten Agnes’ bewuste beleving. In gedachten verzon ze verschillende mogelijkheden om Camilla terug te kunnen pakken, maar verwierp die dan onmiddellijk weer, omdat ze van zichzelf vond dat ze het toch niet zou kunnen uitvoeren.
En ingekapseld in deze sombere en nogal apathische gedachtegangen, naderde ze uiteindelijk de woning. Daar aangekomen liep ze het trapje op naar de donkergroene voordeur, haalde de sleutel uit haar broekzak, opende de deur en ging naar binnen. Ze hoorde vertrouwde geluiden die vanuit de keuken kwamen. Mama is daar bezig, concludeerde ze, liep langs de deuropening en groette met een kort hallo.
Onmiddellijk liep ze door naar boven, naar de veilige en geborgen omgeving van de knusse slaapkamer. Met een moedeloos gebaar gooide ze de schooltas op de grond en liep naar het boekenkastje. Daar pakte ze een cd waarop de zacht vloeiende klanken van klassiekenmuziek werden gedragen uit het doosje, deed het in de stereo-installatie, drukte op de play-knop en de kamer werd gevuld met een mooie maar droevige melodie die paste bij Agnes’ huidige stemming.
Ze ging op bed liggen, de ogen starend naar boven gericht, alwaar de expressie van een droevige blik in de eindeloos lijkende witheid van het plafond gevangen bleef. Verwarde en tegenstrijdige gedachten draaiden als een onrustig mengsel door het verstand, zonder orde en regelmaat.
Onbewust hield ze nek en schouderspieren in gespannen toestand en een vaag aanvoelende onprettige druk omklemde het gehele achterhoofd.
Na enige tijd zo gelegen te hebben kwam ze weer overeind. Ze wilde het één en ander op papier zetten, zodat ze het gevoel van beklemdheid en teleurstelling kon uiten. Dit was de manier die Agnes wel vaker gebruikte om wat stoom af te blazen als ze erg in de knoop zat en verwerkte dit soort teksten dan op een later tijdstip in haar computerdagboek.
Met een futloze, slenterende gang liep ze naar het computertafeltje toe en pakte daar een stukje papier op dat met zijn nog ombeschreven maagdelijkheid uitnodigend voor gebruik naast het toetsenbord lag. Vervolgens ging ze op het bij het tafeltje behorende stoeltje zitten, waarna ze het papiertje weer voor zich op het tafelblad neerlegde en er enige tijd in een doodse afwezigheid naar staarde. Vele verschillende en tegenstrijdige gedachten stroomden met hoge snelheid naar een centraal punt, botsten en de daardoor onder druk komende realiteitszin trok Agnes weer enigszins uit de in nevelen gehulde bedwelmende afwezigheid.
Wat moet ik schrijven?
Ik hou van Elin.
Ik hou van meisjes, maar het mag niet en niemand mag het weten, zo bouwde ook dát aspect van het probleem zich verder op als een onredelijke belemmering voor datgene dat ze werkelijk wilde. Ze bleef nog even in gedachten verzonken staren; het denken ging moeilijk en traag. Het leek wel of ze suffig was, maar begon toen uiteindelijk toch te schrijven.
Met onregelmatige bewegingen en langzamer dan normaal, verschenen de woorden één voor één op het papier.
Verdiept in het neerschrijven van die dingen waar ze door beziggehouden werd, hoorde ze even later in de verte roepen: ‘Agnes, kom eens even naar beneden!’
Wat nou weer!
Ze rukte zich los uit het moeizame en plakkerige gepeins, kwam langzaam vanuit de stoel omhoog en legde het net beschreven velletje papier op de boekenplank neer. Ze legde er twee cd-doosjes bovenop, zodat het uit het zicht was en had het voornemen er straks weer mee verder te gaan.
Ongeïnteresseerd slenterde ze naar beneden en liep de huiskamer in. Daar waar het midden van de kamer gescheiden werd door een muur, met daarin een grote opening waar vroeger twee schuifdeuren hadden gezeten, bleef ze staan en leunde met de linkerschouder tegen de post.
Met een verveelde uitdrukking staarde ze naar de bewegingen van haar moeder, die ijverig bezig was in de eenvoudig maar smaakvol ingerichte huiskamer.
Links aan de muur hing een ingelijste reproductie te pronken van een Zweedse haven, waarin vissersboten en hun bemanning een drukke bedrijvigheid uitstraalde.
Twee van Karin’s textiele kunstwerken sierden, onder elkaar hangend, de smalle strook die de scheidingsmuur vormde waartegen Agnes geleund stond. Bij de andere post, rechts van Agnes, stond in de hoek een forse plant op de vloer, die met zijn frisgroene gestalte een prettige sfeer uitstraalde. Naast de plant, tegen de muur, stond een kast met twee deurtjes en drie laden, waarin het serviesgoed, bestek en enkele tafelkleden opgeborgen waren.
De borden en schalen met hun bloemetjesversiering en goudkleurige randen, waren grotendeels zichtbaar door het geslepen glas in de deurtjes, waar in het midden van elk een roos was gegraveerd.
Boven de kast hing de muur vol met kleine schilderijtjes en foto’s in lijstjes, die op een speels wijze over het oppervlak waren verdeeld.
Naast de kast stond een forse schemerlamp van een oud model, die uit het huis van Karin’s ouders was gekomen en waar ze zeer aan gehecht was. De vensterbanken van de twee ramen die zich tegenover Agnes bevonden, waren rijkelijk gevuld met grote en kleine bloempotten voorzien van verschillende planten.
In de zitkamer, die zich momenteel achter Agnes’ rug bevond, stonden twee robuuste, gestoffeerde banken. De één was bordeaux rood en de ander donkergroen. Samen met de massiefogende salontafel vulden ze het grootste deel van de ruimte. Ook in dit gedeelte van de huiskamer waren de muren ruim behangen met reproducties, een hangplant, familiefoto’s en nog één van Karin’s textiele kunstwerken. Ook hing er een abstract schilderij, dat met zijn opvallende kleurvlakverdeling bij sommige mensen een interessante, subjectieve beleving op gang bracht.
Ölof had het ooit eens in een opwelling op een veiling gekocht. Op de één of andere manier was hij er toen nogal door gefascineerd. Karin had het doek in eerste instantie niet echt mooi gevonden. Later was ze eraan gewend geraakt en kon het toen enigszins waarderen, maar het was nooit tot een punt gekomen dat ze er werkelijk door geraakt werd.
Agnes zag dat haar moeder de tafel aan het dekken was. Ze had er net een wit tafelkleed opgedaan dat bedrukt was met grote blauwe ballen.
Karin – Agnes’ moeder – vroeg: ‘Hoeveel heb je er uitgenodigd?’ Agnes voelde zich ongemakkelijk en stond wat met haar vingers te frunniken. De vraag prikte en ze werd mentaal terug geslingerd naar eerdere momenten van mislukking en vernedering. Als bliksemschichten schoten een aantal mogelijke antwoorden voorbij, waaruit ze snel en automatisch een keuze maakte.
‘Een paar,’ loog ze. ‘Maar ik weet niet of ze…’
‘Ik zet alles neer dan kan je zitten waar je wilt,’ viel Karin haar dochter in de rede.
‘Wat ruik ik daar?’ vroeg Agnes op beschuldigende toon die gevoed werd door opgekropte frustraties.
‘Er staat rosbief in de oven,’ antwoordde Karin.
‘Oh ja, wat goed zeg! Geweldig!’ zei ze met een ironie die naar sarcasme neigende.
‘Ik dacht dat jou vrienden het misschien zouden kunnen waarderen…’
‘Jouw dochter is vegetarisch en jij maakt vlees op haar verjaardag. Briljant.’ viel ze haar moeder antagonistisch* in de rede.
Sussend zei Karin: ‘Maar liefje…’
Agnes draaide zich verontwaardigd om en liep weg. Ze ging weer terug naar boven, plofte neer op het bed en bleef daar voorlopig liggen. Ze had nergens zin in en was door al die verwarde gedachten het briefje onder de cd-doosjes alweer vergeten.
Karin ging verder met het gereedmaken van de tafel en dacht gedurende die bezigheid na over de reacties van haar dochter: ze is niet bepaald opgewekt van school gekomen, redeneerde ze.
Zou er iets gebeurd zijn?
Even bleef ze staan en staarde met een peinzende blik de kamer in.
Ach! dacht ze toen, ze zal wel weer één van die buien hebben. Het zal wel overgaan als ze hier vanavond gezellig met verschillende schoolgenootjes zit.
Ze was de buien van Agnes wel gewend en vond dat ze er niet teveel aandacht aan moest besteden, de feiten onbewust op afstand houdend en daarom niet vermoedend wat de werkelijke oorzaak kon zijn.

Hoofdstukken

  1. LIEFDE EN BARRIÉRES DEEL 8
    1077 woorden, 0 reacties, laatste update: 18 aug 2012 - 6:47

Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.